Het is bij bepaalde groepen nieuwe bijstandsgerechtigden erg lastig om goed in te schatten hoe groot de kans is dat iemand weer aan het werk gaat. Dat blijkt uit onderzoek door de gemeente Den Haag. In voorgaande jaren werd in 4 op de 10 gevallen het potentieel van nieuwe aanmelders niet goed ingeschat. Bijvoorbeeld bij alleenstaande moeders blijkt de initiële inschatting vaak niet te kloppen.
Inschatting kans op re-integratie gaat 4 op de 10 keer fout
'We moeten er niet automatisch van uitgaan dat persoonlijke problemen per definitie een belemmering vormen voor re-integratie.’
Onderschatting en overschatting
In het onderzoek wordt gesproken over onderschatting en overschatting als het gaat om het onjuist inschatten van iemands vermogen om vanuit de bijstand weer een betaalde baan te vinden. Van overschatting is sprake wanneer de gemeente bij intake verwacht dat iemand snel weer aan het werk kan, maar dit uiteindelijk toch niet lukt. Onderschatting is het tegenovergestelde. Dan verwacht de gemeente dat iemand niet makkelijk kan re-integreren, maar lukt dit wel.
4 op de 10 keer fout
Inschatten blijkt in de praktijk lastig, ondervindt de gemeente Den Haag. Tussen 2016 en 2020 werd bij ruim 5.000 nieuwe bijstandsgerechtigden het potentieel onder- of overschat. Dat betreft zo’n 4 op de 10 instromers. De kans bestaat echter dat de groep nog groter is. Omdat mensen met een lage kans op re-integratie vaak andere hulp aangeboden krijgen, die minder gericht is op snel weer aan het werk gaan, en zij mogelijk wel hadden kunnen re-integreren wanneer ze passende ondersteuning hadden ontvangen
Psychische problematiek
Het inschatten van iemands kansen gaat het vaakst mis bij mensen met psychische problemen, een gebrek aan arbeidsmotivatie, of wanneer zij kinderen hebben jonger dan 12 jaar. Het potentieel van mensen die ten tijde van de instroom in de bijstand psychische problemen hebben wordt regelmatig onderschat. Dan gaat het vooral om mensen die wel een startkwalificatie en een goede taalbeheersing en leerbaarheid hebben. Bij die groep wordt dus te snel geconcludeerd dat psychische problematiek ervoor zorgt dat iemand niet aan de slag komt.
Alleenstaande moeders
Alleenstaande moeders krijgen ook regelmatig te maken met een verkeerde inschatting. Binnen die groep is een grote diversiteit aan uitgangsposities als het gaat om taalbeheersing en werkervaring. Op basis van die uitgangspositie wordt dan vaak een inschatting gemaakt, terwijl het alleenstaande ouderschap grote invloed heeft op de keuzevrijheid. Ook worden alleenstaande moeders door de gemeente sneller vrijgesteld van de participatieverplichtingen. Volgens de onderzoekers berust dit op een misverstand.
Reactie wethouder
Wethouder Nur Icar schrijft in een brief aan de gemeenteraad dat hij de dienstverlening wil gaan verbeteren. ‘Dat begint al bij de eerste intake, waar we nu soms te snel kiezen tussen re-integratie en participatie. We moeten er niet automatisch van uitgaan dat persoonlijke problemen per definitie een belemmering vormen voor re-integratie.’ In het bijzonder wil hij de focus op alleenstaande ouders intensiveren. Andersom moet ook overschatting worden aangepakt, aldus de wethouder. ‘In sommige gevallen is het wellicht verstandiger om af te zien van verdere inspanningen om mensen naar betaald werk te begeleiden, tenzij zij daar zelf expliciet om vragen.’
Om iemands kansen voor re-integratie in te schatten maakt Den Haag gebruik van de zogenaamde Persoons Profiel Scan (PPS). Dat is een instrument dat ontwikkeld is door psychologisch advies- en onderzoeksbureau NOA in samenwerking met de Vrije Universiteit van Amsterdam. Bijstandsvragers vullen ervoor een uitgebreide vragenlijst in met niet alleen vragen over praktische zaken als arbeidsverleden, opleidingsniveau en taalbeheersing, maar ook over persoonlijke omstandigheden zoals gezondheid, schulden, arbeidsmotivatie en psychisch welbevinden.
Opmerkelijk is dat de PPS niet door alle nieuwe bijstandsgerechtigden wordt ingevuld. Dat doet slechts de helft. Ook wordt het door de gemeente gebruikt als hulpmiddel, maar maakt de consulent uiteindelijk de beslissing over het soort dienstverlening dat iemand krijgt. Volgens de onderzoekers zou het aantal verkeerde inschattingen van iemands arbeidsperspectief verminderd kunnen worden als de PPS breder wordt ingezet. Wethouder Icar zegt toe de PPS ook in andere talen te gaan aanbieden. Momenteel is deze alleen beschikbaar in het Nederlands.

Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.