Corporaties moeten vaker investeringscapaciteit bundelen

In onder meer de provincies Zuid-Holland en Friesland wordt een mogelijke herverdeling van de investeringscapaciteit van corporaties onderzocht. Corporaties met relatief volle kassen maar weinig ontwikkelmogelijkheden zouden dan kunnen bijspringen bij collega’s waar het omgekeerde aan de hand is.

Verschillen

Door het niet doorgaan van de huurbevriezing heeft de corporatiesector volgens minister Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, BBB) voorlopig voldoende financiële middelen om de nieuwbouwopgaven aan te kunnen. In een Kamerbrief over de woondeals ziet zij echter ook ‘aanzienlijke verschillen tussen regio’s en individuele corporaties’. Het volledig kunnen realiseren van de opgave vraagt volgens Keijzer dat ‘woningcorporaties binnen hun regio, maar ook regio-overstijgend samenwerken aan de opgave’.

Onderzoek

In onder meer Zuid-Holland en Friesland is volgens Keijzer inmiddels al gestart met onderzoek naar de investeringscapaciteit van corporaties en een mogelijke herverdeling hiervan. Zo zouden corporaties met onbenutte investeringscapaciteit voortaan armlastiger collega-corporaties kunnen bijspringen. Ook in Drenthe zouden corporaties zo al tot onderlinge steun zijn gekomen.

Te lang

Uit dezelfde Kamerbrief over de woondeals blijkt dat met name de provincies Noord- en Zuid-Holland de in de woondeals gemaakte afspraken over nieuwbouwaantallen nog niet waarmaken. Keijzer wijst op bekende problemen als stikstof, netcongestie en een tekort aan ambtelijke capaciteit. ‘Daarnaast zijn ook lange juridische procedures, natuurvergunningen, de investeringscapaciteit van corporaties, financiële haalbaarheid van ontwikkelingen en het niet tijdig op orde zijn van de mobiliteitsontsluitingen genoemd. Aanvullend constateer ik zelf dat planprocessen te lang duren, het te vaak te lang duurt voordat partijen tot overeenstemming komen over kosten, risico, programmering en voorwaarden.’

Omgevingsplan

Keijzer wil, zoals bekend, via het programma STOER fors gaan snijden in de bouwregelgeving. Ook wil ze beter in kaart hebben wat binnen de bestaande regelgeving al geoorloofd is. ‘Zo heb ik met Noord-Brabant afgesproken samen te onderzoeken of de mogelijkheid uit de Omgevingswet voor het versnellen van het starten met de bouw van woningen, voor gemeenten vergemakkelijkt kan worden. Dit kan door in het omgevingsplan vergunningvrije bouwactiviteiten op te nemen.’