Mijn column ‘Verweer met open vizier’ kon afgelopen maand op veel bijval rekenen. Mensen herkennen het dilemma en het verweren tegen een melding werd een evenwichtsoefening genoemd. Durven we echter ook te kijken naar de andere kant van die evenwichtsbalk? Daar waar de melder zit?
Melden met open vizier
Melden met open vizier betekent niet dat je minder duidelijk bent, het betekent dat je niet bang bent voor het hele verhaal.
De melder wordt vaak gezien als de ‘zwakkere’ partij. Een melding vraagt in vele gevallen immers moed. Er wordt iets benoemd wat schuurt, wat pijn doet en de melder heeft er vaak lang mee rond gelopen. Mag en durf je dan toch ook kritisch te zijn op de melder en diens melding? Ik vind dat dat moet. In het belang van alle betrokkenen.
Uiteraard, de verantwoordelijkheid voor het grensoverschrijdende gedrag ligt bij degene die het gedrag vertoont. Maar een melding is niet alleen een signaal, het is het begin van een proces. En in dat proces heb je als melder invloed. Anders dan bij een melding over een zakelijke integriteitsschending (zoals fraude) blijf je als melder namelijk betrokken. Je bent niet alleen aangever, maar je bent ook onderdeel van het proces dat volgt. Die invloed maakt dat je als melder ook een verantwoordelijkheid hebt. Richting de beklaagde en richting de organisatie.
Als melder heb je bijvoorbeeld invloed op de manier waarop je meldt. Kies je voor een opsomming van verwijten, generalisaties en zware termen? Of voor een beschrijving van wat er gebeurde, wat dat met je deed, en waarom je het belangrijk vindt dat dit gehoord wordt? ‘Ik voelde me onveilig toen je dit zei’ is iets anders dan ‘je hebt me psychologisch mishandeld’.
Een melding zou geen machtsmiddel mogen zijn, maar een grens: tot hier en niet verder
De eerste laat ruimte voor dialoog. De tweede is een oordeel, vaak gebaseerd op een gevoel dat echt is, maar dat daardoor nog niet automatisch objectief of juridisch te duiden is. Dat maakt het moeilijker om met elkaar in gesprek te blijven, terwijl juist die ruimte soms essentieel is.
Een verweer van een beklaagde is namelijk niet per definitie alleen maar ontkenning. Soms is het verwarring. Soms is het schrik of angst voor wat er zal volgen. Soms is het onbegrip of verdriet. En natuurlijk, soms ook uitsluitend verdedigend. Maar als je geen ruimte laat voor een reactie, kun je ook niet verwachten dat er iets verandert.
Dit betekent dat je bewust mag kiezen hoe je meldt. Wil je alleen dat jouw waarheid wordt erkend? Of wil je ook weten of de ander zich überhaupt bewust was van zijn of haar gedrag? Wil je herstel of vergelding? De toon van de melding zegt daar vaak al iets over.
Een melding zou geen machtsmiddel mogen zijn, maar een grens: tot hier en niet verder. Grenzen kun je op verschillende manieren trekken. Je kunt een deur dichtgooien, of je kunt hem op een kier zetten. In beide gevallen geef je een duidelijk signaal, maar in het tweede geval is er nog ruimte voor gesprek. Als je dat wil.
Melden is spannend. Zeker als er sprake is van een afhankelijkheidsrelatie. Melden met open vizier betekent niet dat je minder duidelijk bent, het betekent dat je niet bang bent voor het hele verhaal. Daarvoor is het belangrijk dat je de juiste bijstand krijgt, bijvoorbeeld van een vertrouwenspersoon. Dan kan een melding ook een begin van iets zijn. Dat ‘iets’ vereist ruimte en zorgvuldigheid. Niet alleen van de beklaagde, maar ook van degene die meldt.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.