Prinsjesdagonderzoek 2025
Politiek vertrouwen daalt naar niveau van voor kabinet-Schoof.

Het vertrouwen in de landelijke politiek is gedaald, zo blijkt uit onderzoek in opdracht van NOS. Inmiddels geven drie op tien (29%) kiezers aan vertrouwen te hebben. Vorig jaar betrof dit 44 procent. Kiezers hebben weinig vertrouwen op het gebied van immigratie en de woningmarkt, en zijn van mening dat de grote problemen in het land niet worden aangepakt.

Ipsos I&O: Peilpraat
Bekijk hier Peilpraat september: Wat vinden kiezers van uitsluiten? Bekijk hier Peilpraat mei: Is er toekomst voor NSC? Bekijk hier Peilpraat april: Tevredenheid met kabinet op dieptepunt, welke alternatieven zien kiezers? Bekijk hier Peilpraat maart: Hoe internationale spanningen de Nederlandse politiek beinvloeden. Bekijk hier Peilpraat februari: De hardwerkende Nederlander en potentie voor nieuwe linkse partij.
In het jaarlijkse Prinsjesdagonderzoek, uitgevoerd door Ipsos I&O in opdracht van de NOS, schetsen wij de publieke opinie op het gebied van politiek en economie. Vorig jaar constateerden we dat het vertrouwen in de politiek was gestegen ten gevolge van het aantreden van kabinet Schoof. Hoe is dat nu een jaar later nadat de regering (tweemaal) is gevallen?

Ipsos I&O: Peilpraat
Bekijk hier Peilpraat september: Wat vinden kiezers van uitsluiten? Bekijk hier Peilpraat mei: Is er toekomst voor NSC? Bekijk hier Peilpraat april: Tevredenheid met kabinet op dieptepunt, welke alternatieven zien kiezers? Bekijk hier Peilpraat maart: Hoe internationale spanningen de Nederlandse politiek beinvloeden. Bekijk hier Peilpraat februari: De hardwerkende Nederlander en potentie voor nieuwe linkse partij.
Drie op tien hebben vertrouwen in landelijke politiek
Momenteel hebben drie op tien (29%) Nederlanders vertrouwen in de landelijke politiek. Een veel grotere groep (68%) heeft (heel) weinig vertrouwen. Het vertrouwensniveau is daarmee vergelijkbaar met de jaren 2021-2023. Verleden jaar, kort na het aantreden van het kabinet Schoof, zagen we een opleving. Destijds gaf 44 procent aan de landelijke politiek te vertrouwen.

Het dilemma van de ambtenaar: tegenkracht of tegenmacht?
Bekijk hier de video.

Veiligheidsmonitor

Doorgaans hebben hoger opgeleiden meer vertrouwen in de politiek dan lager en middelbaar opgeleiden. In 2024 was met name het vertrouwen onder lager en middelbaar opgeleiden gestegen. Zij hadden relatief vaak gestemd op de coalitiepartijen (met name PVV en BBB) en hoopten op een nieuwe wind waarin hun belangen beter vertegenwoordigd zouden worden.

Het dilemma van de ambtenaar: tegenkracht of tegenmacht?
Bekijk hier de video.
Een jaar later is het kabinet Schoof (tweemaal) gevallen en zien we dat de vertrouwenscijfers van lager en middelbaar opgeleiden weer gelijk zijn aan 2023. Onder hoger opgeleiden constateren we eveneens een daling van tien procentpunt.

Veiligheidsmonitor

Vooral ontevredenheid over immigratie en wonen
Kiezers met weinig vertrouwen in de politiek vroegen we aan te geven vanwege welke onderwerpen zij weinig vertrouwen hebben in de politiek. Immigratie en asiel (68%) en de woningmarkt (64%) worden dan het vaakst genoemd. Het eerstgenoemde thema is vooral bron van onvrede voor PVV’ers (87% noemt immigratie) en JA21’ers (92%). Onvrede over de woningmarkt is gelijker verdeeld over het politieke spectrum.

Politiek is met zichzelf bezig, niet in staat tot samenwerking en lost problemen niet op
Naast inhoudelijke redenen kunnen kiezers de politiek ook wantrouwen vanwege de manier van politiek bedrijven. Drie op vier kiezers zonder vertrouwen in de politiek vinden dat de politiek problemen niet oplost (76%) en vooral met zichzelf bezig is (74%). Ook zeggen twee op drie (68%) dat de politiek niet in staat is tot samenwerking. Relatief weinig worden zaken genoemd die te maken hebben met zich niet vertegenwoordigd (28%) of gehoord (24%) voelen. De ontevredenheid heeft dus minder te maken met de vertegenwoordigende rol van de politiek en meer met bestuurlijk onvermogen.

Een vijfde rekent erop dat politiek na verkiezingen beter gaat functioneren
Op 29 oktober mag de Nederlandse kiezer weer naar de stembus. Heel veel vertrouwen over een ‘beter functionerende politiek’ na de verkiezingen is er niet. Een vijfde (18%) is het eens met de stelling ‘Ik heb er vertrouwen in dat de landelijke politiek na de komende Tweede Kamerverkiezingen beter gaat functioneren’. Dit betreft relatief vaak kiezers van GL-PvdA (36%), CDA (28%) en D66 (27%).
Ruim een derde (37%) is het niet eens met deze stelling. De rest oordeelt neutraal of weet het niet.

% een beetje/veel vertrouwen in de landelijke politiek
% eens met stelling “Ik heb er vertrouwen in dat de landelijke politiek na de komende Tweede Kamerverkiezingen beter gaat functioneren” *
Actuele thema’s: verdeeldheid over extra lasten voor hogere defensie-uitgaven
De Nederlandse bevolking vindt nog altijd in ruime mate (63%) dat Nederland Oekraïne moet blijven steunen. Vorig jaar onderschreef 58 procent deze stelling.
De andere voorgelegde stellingen over actuele thema’s kunnen op minder steun rekenen. Een op drie (32%) staat achter het intrekken van de Spreidingswet. Meer mensen (45%) niet. Eén op drie kiezers (31%) zijn bereid meer belasting te betalen voor de verhoogde defensie-uitgaven, 38% tegen wil dat niet.

Pessimisme over economisch vooruitzicht
Tot slot, de economie. We stelden kiezers de volgende vraag: Als u denkt aan de komende twaalf maanden, denkt u dat de economische situatie in Nederland beter wordt, hetzelfde blijft of slechter wordt?
Veel optimisme is er niet. Zeven procent denkt dat de economische situatie gaat verbeteren. Vier op tien (42%) verwachten een stabiele situatie terwijl 44 procent verslechtering verwacht. Vooral kiezers van PVV (55%), BBB (52%), SP (59%) verwachten een verslechtering. Dat geldt ook voor minima (53%).
Onderzoeksverantwoording
Dit onderzoek vond plaats van zaterdag 13 september tot maandagochtend 15 september 2025. In totaal werkten 1.115 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. De steekproef is grotendeels getrokken in het I&O Research Panel. Een deel (n = 70) deed mee via PanelClix. Dit zijn voornamelijk jongeren, lager opgeleiden en respondenten met een niet-westerse achtergrond. Ipsos I&O voerde dit onderzoek uit in opdracht van NOS.
De onderzoeksresultaten zijn gewogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in november 2023. De weging is uitgevoerd conform de richtlijnen van de Gouden Standaard (CBS). Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken. Bij onderzoek is er sprake van een betrouwbaarheidsinterval en onnauwkeurigheidsmarges. In dit onderzoek gaan we uit van een betrouwbaarheid van 95 procent. Bij een steekproef van n=1.000 en een uitkomst van 50 procent is er sprake van een foutmarge van plus of min 2,8 procent.
* = Basis: allen (n=1.115).
** = Basis: heeft (heel) weinig vertrouwen in de politiek (n=753).

Ipsos I&O: Peilpraat
Bekijk hier Peilpraat september: Wat vinden kiezers van uitsluiten? Bekijk hier Peilpraat mei: Is er toekomst voor NSC? Bekijk hier Peilpraat april: Tevredenheid met kabinet op dieptepunt, welke alternatieven zien kiezers? Bekijk hier Peilpraat maart: Hoe internationale spanningen de Nederlandse politiek beinvloeden. Bekijk hier Peilpraat februari: De hardwerkende Nederlander en potentie voor nieuwe linkse partij.

Het dilemma van de ambtenaar: tegenkracht of tegenmacht?
Bekijk hier de video.

Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.