Overslaan en naar de inhoud gaan

‘Voor ons is het aller-, aller-, allerbelangrijkste: duidelijkheid’

Interview over de warmtewet die de Tweede Kamer heeft aangenomen. Met de Delftse wethouder Maaike Zwart, en met Teun Bokhoven.

Werkzaamheden vorig jaar in Delft aan Warmtelinq, de verbinding voor restwarmte uit de Rotterdamse industrie.
Werkzaamheden vorig jaar in Delft aan Warmtelinq, de verbinding die restwarmte uit de Rotterdamse industrie door Zuid-Holland vervoert. − ANP

Het woord ‘essentieel’ ligt de Delftse duurzaamheidswethouder Maaike Zwart in de mond bestorven. Namens haar collega’s in de RES-regio Rotterdam-Den Haag voert zij het dossier van de warmtenetten aan. ‘Voor onze regio is warmte es-sen-tieel’, zegt ze bijvoorbeeld met grote nadruk. ‘Zeker met de netcongestie die er nu is. Onderzoek na onderzoek na onderzoek onderstreept hoe essentieel de warmtetransitie is in deze regio.’

Aanleiding om te praten is de Wet collectieve warmte, die de Tweede Kamer donderdag heeft aangenomen - na vele jaren van soebatten. De wet betekent een lang aangekondigde herordening van de warmtemarkt. Na inwerkingtreding moeten op termijn alle warmtebedrijven in merendeels publieke handen zijn of komen. Eveneens op termijn verandert de berekening van het warmtetarief dat huishoudens moeten betalen. Dat tarief wordt langzaam losgekoppeld van de gasprijs en voortaan berekent naar de gemaakte kosten.

Met twee petten op

Behalve Maaike Zwart schuift ook Teun Bokhoven aan, tot voor kort voorzitter van het Uitvoeringsoverleg Gebouwde Omgeving, waarmee hij een deel van het Klimaatakkoord van 2019 uitwerkte. Momenteel is hij onder meer voorzitter van Stichting Nieuwe Warmte Nu, dat met 200 miljoen euro uit het Nationaal Groeifonds 20.000 woningen en 800 hectare glastuinbouw van hun gasaansluiting af moet helpen.

‘Ik zit hier met twee petten op’, zegt wethouder Maaike Zwart. ‘Eén, als wethouder duurzaamheid in Delft, waar we op dit moment een warmtenet op aardwarmte aanleggen. Twee, als warmtetrekker in de RES-regio Rotterdam-Den Haag. Wij hebben in die regio het voordeel dat we echt veel bronnen hebben: veel geothermie, veel restwarmte via Warmtelinq, maar ook allerlei kleinere bronnen: aquathermie, riothermie van de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dus er is hier best een mix aan bronnen. Dat is lang niet in elke regio zo.’

Het belangrijkste overheidsnieuws van de dag

Schrijf je in voor de Binnenlands Bestuur nieuwsbrief

Het belangrijkste overheidsnieuws van de dag

Schrijf je in voor de Binnenlands Bestuur nieuwsbrief

Wat is voor jullie het springende punt in de Wet collectieve warmte?

Maaike Zwart: ‘Voor ons, dan spreek ik voor de regio, is het aller-, aller-, allerbelangrijkste: duidelijkheid. Die onduidelijkheid van de afgelopen jaren was dodelijk voor projecten. We stonden te smachten: “Oké jongens, hoe gaat die marktordening er uitzien? Welke rol krijgen wij als overheden?” Wij zijn er als gemeente groot voorstander van dat warmtebedrijven publiek worden. Dat beredeneren we vanuit het vertrouwen van inwoners dat we terug te winnen hebben. Dat vertrouwen heeft de afgelopen jaren best een knal gekregen. Ook in onze regio zijn projecten stil komen te vallen.

Als wij als bestuurders met een goed verhaal naar onze inwoners kunnen, dan kunnen we echt van de kant. Ik heb het dan aan de ene kant over de betaalbaarheid van een warmteaansluiting en aan de andere kant dat inwoners straks te maken hebben met een publieke warmtepartij die hen vanuit publieke waarden behandelt.

Teun Bokhoven: ‘Wij hebben ons buiten de marktordeningsvraag gesteld, maar wel gezegd: die randvoorwaarden zijn voor any case belangrijk. Daarvoor maakt het in wezen niet uit of het een privaat of publiek bedrijf is. Maar het allerbelangrijkste, en dat onderschrijft wat Maaike zegt, is dat de onduidelijkheid in de markt heeft geleid tot een totale stagnatie. We zitten nu in een cruciaal moment. Als we niet op heel korte termijn dat proces weer aan de gang krijgen, zodat gemeenten de nieuwe wetsregels in hun warmteprogramma's op kunnen gaan nemen, ontstaat er een self-fulfilling prophecy. Want inwoners en woningcorporaties gaan niet wachten tot een gemeente eindelijk A, B of C roept, maar vervangen hun cv-ketel zelf al met een warmtepomp. Voor je het weet, is er een soort gespikkeld bezit van elektrische warmtepompen in wijken die juist geschikt zijn voor een warmtenet. Dat vergroot het vollooprisico bij de aanleg van warmtenetten, en creëert meer netcongestie.

Nu de Wet collectieve warmte er doorheen is, begint fase B: dan moeten de financiële parameters op orde komen. Maar eerst is de Wcw een elementaire stap die we nu zetten.’

‘Als wij als bestuurders met een goed verhaal naar onze inwoners kunnen, dan kunnen we echt van de kant’

Hoe is het zover gekomen dat de tijdsdruk zo groot is? Over deze warmtewet wordt al vele jaren gesproken.

Teun Bokhoven: ‘Misschien kun je dat plaatsen in de bredere politieke inertie van de afgelopen jaren, met wisselende en veel demissionaire kabinetten. Niet alleen dit dossier, maar veel dossiers hebben niet de voortvarendheid gekregen die nodig was. Dit gaat om een systeemverandering waarin je veel meer de publieke belangen laat domineren. Vanaf 2015 hebben we gezegd: we willen van aardgas af. Toen pas zijn we ons echt bewust geworden van de enorme impact die dat heeft. Als je kijkt naar de transitievisies warmte die de gemeenten na 2019 hebben opgesteld: die gaven pas voor het eerst echt zicht op de enorme potentie van warmtenetten in al die gemeenten.’

‘Misschien kun je dat plaatsen in de bredere politieke inertie van de afgelopen jaren, met veel demissionaire kabinetten’

Iets anders wat mij verbaast: na al die jaren blijft er twijfel over de betaalbaarheid van aansluitingen op het warmtenet. Terwijl die betaalbaarheid als de crux wordt gezien. De Kamer heeft net een motie van ChristenUnie-Kamerlid Pieter Grinwis aangenomen, waarin wordt geëist dat de ‘relatieve betaalbaarheid’ op orde is voordat de koppeling aan de aardgasprijs wordt losgelaten. Maken jullie je zorgen over de betaalbaarheid?

Maaike Zwart: ‘De Wcw is daarin een essentiële stap. Maar wel: ‘een stap’. Wat ik hier in Delft heb gezien, is dat publieke middelen essentieel zijn om die business case van de grond te krijgen, zowel voor de warmtebron als voor het warmtenet. Als je daar aan het begin van een nieuw warmteproject geld bij doet vanuit het rijk, werkt dat door in heel veel aspecten van het traject. Dus zowel in de aansluitkosten, als in de exploitatie, als in de kosten die mensen dertig jaar lang moeten betalen. Die overheidssubsidie is in die zin een hele effectieve maatregel. Als je kijkt naar alle verschillende energiesystemen zijn maatschappelijk gezien de warmtenetten de goedkoopste om in te zetten, maar vanwege een heleboel redenen komt dat nog niet zo bij die eindgebruiker terecht. De Wcw gaat daar een belangrijke stap in zetten, want als je de publieke taken groter maakt, gaan de financieringsstromen ook anders werken. Maar wel met nadruk: een stap. Er is meer nodig.’

‘In het sentiment en in de perceptie van Nederlanders is aardgas de referentie’

Welk onderdeel van de Wcw zal er voor zorgen dat u straks een goed bod aan de huishoudens in Delft kan doen?

Maaike Zwart: ‘De Wcw biedt de broodnodige duidelijkheid. Daarbovenop is vertrouwen terugwinnen in verband met betaalbaarheid essentieel. Daar zijn meerdere oplossingen voor mogelijk, maar een prijsgarantie heeft mijn voorkeur. Een prijsgarantie is een mooi instrument om aan de deur simpel te kunnen uitleggen: u bent gegarandeerd van een betaalbare prijs. Ik moet bij die deuren in een paar zinnen kunnen uitleggen waarom het aanbod te vertrouwen is. Het allerbelangrijkste is dat we dat vertrouwen terug willen.’

Teun Bokhoven: ‘Dat is de kern. We zijn in die zin een uniek land, doordat we altijd met aardgas hebben verwarmd. Ik had net hiervoor een gesprek over Denemarken. In Denemarken is men vanaf 1980 gewend aan het feit dat aardgas werd uitgefaseerd. Daar is in 45 jaar een cultuur ontstaan van warmtenetten. 

Wij stoppen datzelfde proces in vijf tot tien jaar. In Denemarken was de vergelijking niet gas, maar vooral het gebruik van kolen en olie uit de vroegere periode. In het sentiment en in de perceptie van Nederlanders is aardgas de referentie. Nou weten we allemaal, als je naar de scenario's kijkt van het Internationaal Energie Agentschap (IEA), dat de aardgasprijs volatiel blijft, maar uiteindelijk gaat stijgen. Dat komt door het Europese emissiehandelsysteem, door de groene bijmengverplichtingen, door schaarste en geopolitieke onafhankelijkheden die we in Europa willen. Veel trends geven een opwaartse druk, waarbij we weten dat de decentrale vorm van duurzame warmte in de prijsvorming stabieler zal zijn.

Mijn gevoel is dat over vijf jaar de discussie over die relatieve prijsgarantie niet meer zo belangrijk hoeft te zijn, als de perceptie van mensen verandert. Toen de Oekraïne-crisis begon en de aardgasprijs door het dak ging, nam het aantal aanvragen bij warmtebedrijven exponentieel toe. Het is dat psychologische effect: wat is de perceptie van mensen bij de verandering die ze doormoeten?’

Waarom heeft u dan toch gezegd blij te zijn met die motie van Kamerlid Grinwis over de ‘relatieve betaalbaarheid’?

Bokhoven: ‘Omdat ik vind dat dat in ieder geval een grote bewustwording toont. Het toont dat het een randvoorwaarde is die iedereen in de Tweede Kamer nu begint te herkennen. Ik vind dat zo belangrijk omdat na het aannemen van de Wcw de volgende stap komt: het inrichten van ondersteunend instrumentarium en de middelen daarbij. Als de Kamer zich nu in moties uitspreekt voor die relatieve betaalbaarheid, dan vind ik het ook de verantwoordelijkheid van die Kamer dat ze de vervolgstappen invult. Op de derde dinsdag van september zullen we dan zien hoe dat vorm krijgt.’

Als verklaring bij zijn motie zei Grinwis dat hij het gevoel heeft dat de overheid qua betaalbaarheid in het diepe springt zonder nog te weten hoe ze aan de kant komt. Herkent u dat gevoel?

Bokhoven: ‘Als je in het diepe springt, heb je een associatie met koudwatervrees. Politiek besturen is keuzes maken. Grinwis lijkt dan te vergeten welke consequenties dit heeft als hij dit niet doet. We hebben dat door meerdere adviesbureaus laten doorrekenen: de maatschappelijke kosten zijn gigantisch, alleen al door de netverzwaring die nodig is als we dit niet doen. Het is net als dat wij allemaal weten dat klimaatverandering leidt tot zeespiegelstijging, maar dat ondertussen in mijn dorpje in Zuid-Holland 8000 woningen worden gebouwd op zes meter onder de zeespiegel. Weet je, we denken soms niet voldoende na over de verdere consequentie. En laat ik eerlijk zijn: als wij morgen beginnen met het opnemen van aantallen warmtenetaansluitingen in de warmteprogramma’s waaraan gemeenten nu werken, dan praten we over de jaren 2030 tot 2050 voordat ze gerealiseerd zijn. Dat is een realistische doorlooptijd. We spreken dan over een heel andere wereld waarin we zullen leven. Maar nú moet je mensen over de streep trekken.’

‘We spreken dan over een heel andere wereld waarin we zullen leven. Maar nú moet je mensen over de streep trekken’

Wat is een cruciaal instrument om de betaalbaarheid op orde te krijgen?

Bokhoven: ‘Dat zijn al wel de technicalities van dit dossier. Kijk, als je bij een nieuw warmtenet de aansluitkosten weet te reduceren door een hogere bijdrage va de Warmtenetten Investeringssubsidie (WIS), heeft dat direct effect op de kosten voor het huishouden en uiteindelijk op de hele exploitatie, want je hebt een ander afschrijvingsvolume waarop je je als warmtebedrijf gaat baseren. Dat is één van de knoppen waar je aan kunt draaien. Je kan ook draaien aan de knop van de inpandige kosten, door die wat zwaarder te subsidiëren. We hebben ook een imperfectie in hoe we in ons systeem naar de stroomnetkosten kijken. De elektriciteitsnettarieven betalen we met zijn allen: ze zijn gesocialiseerd. De warmtetarieven betalen we alleen binnen een warmtewijk zelf. Die imperfectie moet eigenlijk uit het systeem, al lukt dat niet op korte termijn.

Bovendien is een onderdeel van de wet het vereveningsfonds, waarmee extreme prijzen kunnen worden opgevangen. Dat fonds wordt gevoed met bijdragen uit alle warmtementen. Er is nu net een amendement op de wet aangenomen waardoor het verenigingsfonds ook met middelen van het rijk kan worden aangevuld.’

De gemeentes moeten uiterlijk volgend jaar warmteprogramma’s opstellen, waarin staat welke wijken wanneer van het gas gaan. Is dat moeilijk?

Maaike Zwart: ‘Alle gemeentes hebben daar al ervaring mee op gedaan. Ons laatste warmteplan komt uit 2021. Wat ik wel zie, is dat het aannemen van eerst de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) en nu de Wcw erg helpt bij het vertrouwen dat gemeenten hebben in het slagen van die warmtenetten. Wat belangrijk is om te bedenken: we moeten dit echt samen doen. Rijk en gemeentes hebben elkaar keihard nodig. Als wij niet de juiste instrumenten hebben, is het papier wat je maakt, en niet daadwerkelijk de aanzet tot realisatie van een warmtenet. Kijk, dit is echt een transitie die bij mensen achter de voordeur komt. Dus dit is een transitie die je dicht bij mensen vormgeeft. Wij gaan die wijk in om vragen op te halen. Wij zitten in dat buurthuis, we zijn bereikbaar. Dat is wat alleen gemeentes kunnen doen. Dat moet je niet vanuit het rijk aansturen. In die zin vind ik de rolverdeling die nu in die beide wetten staat logisch en passend bij de transitie waar we in zitten. Het is vooral essentieel dat het rijk zorgt dat de randvoorwaarden op orde zijn, waarmee wij aan de slag kunnen.’

‘Als wij niet de juiste instrumenten hebben, is het papier wat je maakt’

Moet een gemeente die nu een warmteprogramma opstelt, niet nu al volledige duidelijkheid hebben over de financiering?

Maaike Zwart: ‘Ik denk dat dat gemeentes helpt: hoe meer zekerheid, hoe makkelijker het is die besluiten te nemen. Tegelijkertijd betekent besturen altijd besluiten nemen met onvolledige informatie. Dat is ons vak. Daar zijn wethouders en gemeenteraden mee bekend.

Het effect van netcongestie wordt steeds duidelijker. Het klinkt heel stom, maar dat is wel zo: er is niet altijd een alternatief voor een warmtenet. Het is keihard werken om die transitie van de grond te laten komen, omdat we anders op elektra he-le-maal vastlopen. Als het rijk hier nog jaren mee stoeit, ook met dat financiële instrumentarium eronder, lopen we tegen die risico's aan.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Melden als ongepast

Door u gemelde berichten worden door ons verwijderd indien ze niet voldoen aan onze gebruiksvoorwaarden.

Schrijvers van gemelde berichten zien niet wie de melding heeft gedaan.

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heeft u al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heeft u al een account? Log in