Gemeenten hebben zich massaal gericht op het sluitende maken van de begroting voor 2025. Dat blijkt uit het jaarlijkse verslag van de provinciale financieel toezichthouders over het door hen uitgevoerde toezicht op gemeenten. Maar liefst 98,5 procent van de gemeenten is het gelukt om voor dit jaar de begroting rond te krijgen. In het rapport, dat zeer kritisch is over het rijksbeleid van bezuinigingen op lokale overheden, spreken de provincies van ‘donkere wolken’ boven de meerjarenraming.
Provincies: ‘donkere wolken’ boven gemeentefinanciën
Gemeenten hebben zich massaal gericht op het sluitende maken van de begroting voor 2025, maar na dit jaar staan de meeste in het rood.

Forse opgave
Ondanks dat vrijwel alle gemeenten voor 2025 een sluitende begroting hebben kunnen aanleveren is de financiële positie van gemeenten volgens de provinciaal toezichthouders penibel. Meer dan in voorgaande jaren was het een ‘forse opgave’ om de begroting rond te krijgen. ‘Zo bleven de lasten stijgen door oplopende zorgkosten en aanhoudende inflatie. Verder confronteerde het Rijk de gemeenten laat in het jaar tijdens de voorjaarsnota 2024 met een extra daling van de algemene uitkering in 2025 van € 675 miljoen.’
Evenwicht afhankelijk van reserves en bezuinigingen
De meeste begrotingen zijn uiteindelijk sluitend gemaakt door een combinatie van bezuinigen op de uitgaven, het uitstellen van investeringen, het verhogen van de inkomsten en inzetten van de reserves. ‘Het structureel evenwicht is daarmee bij veel gemeenten afhankelijk van nog te realiseren bezuinigingen of de inzet van de reserve’, aldus de provincies. Dat wordt snel zichtbaar als je iets verder kijkt dan alleen 2025.
Signalen genegeerd
De meerjarenraming 2026 - 2028 is bij ongeveer driekwart van de gemeenten namelijk niet structureel sluitend. Die tekorten zijn veroorzaakt door het rijk, zeggen de provincies ronduit, en haar keuze om ‘2,3 miljard uit het gemeentefonds’ te halen. ‘Ondanks alle oproepen (van gemeenten zelf maar ook van diverse instituten zoals de Raad van State, De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, de Rijksuniversiteit Groningen en de Raad voor het Openbaar Bestuur) lijkt het steeds onwaarschijnlijker dat er een algehele oplossing gaat komen voor de financiële problematiek van gemeenten.’
Maatregelen hebben gevolgen
Ten opzichte van de meerjarenbegrotingen van gemeenten vorig jaar zijn de tekorten iets afgenomen. Dat komt door de maatregelen die gemeenten zelf nemen, aldus de toezichthouders. Dit met hogere belastingen, een lager voorzieningenniveau en minder investeringen als gevolg. Daarbij komt dat een groot deel van de bezuinigingen in het sociaal domein terechtkomen. De provincies noemen deze bezuinigingen ‘risicovol’, vanuit een financieel oogpunt. Ook begroten gemeenten nu meer dan eerder bezuinigingen. Ook dat is risicovol, omdat die bezuinigingen eerst nog gerealiseerd moeten worden.
Onzekerheid
Provincies wijzen er in hun rapportage op dat gemeenten kampen met grote onzekerheid over de bekostiging via het gemeentefonds. Niet alleen omdat het rijk kortingen doorvoert, maar ook omdat er een herverdeling is doorgevoerd en zaken als het afschaffen van de opschalingskorting jarenlang zijn doorgeschoven.
Minister minimaliseert problemen
In een brief aan de Tweede Kamer minimaliseert demissionair minister Uitermark de zorgen van provincies. Zo schrijft ze dat door gemeenten begrote tekorten ‘niet altijd’ gerealiseerd worden. Ook merkt ze op dat er bij de voorjaarsnota 2025 extra middelen zijn vrijgemaakt voor gemeenten. Die zijn niet meegenomen in de rapportage van de provincies. De Tweede Kamer nam vorige week echter nog een motie aan waarin het kabinet werd opgeroepen de korting op het gemeentefonds op te lossen.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.