Gemeenten zijn vanaf 1 januari verplicht om regionaal samen te werken bij de inkoop van (hoog)specialistische jeugdzorg. De Eerste Kamer heeft dinsdag ingestemd met het wetsvoorstel dat dit regelt. Deze Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg moet ervoor zorgen dat gespecialiseerde jeugdzorg beter beschikbaar komt voor kinderen en gezinnen die deze zorg het hardst nodig hebben.
Nieuwe wet jeugdzorg aangenomen in Eerste Kamer
Verder moet de regering een concrete, langjarige financiële strategie voor de jeugdzorg opstellen
Door regionaal samen te werken zouden gemeenten en zorgaanbieders efficiënter werken en besparen op administratie. Daardoor zou er meer tijd vrijkomen voor daadwerkelijke zorg aan kinderen en gezinnen.
Minimum
De nieuwe wet vormt een belangrijk onderdeel van de Hervormingsagenda Jeugd en legt de basis voor meer uniformiteit. Zo moet onder meer de registratie van gegevens gelijkgetrokken worden, waardoor informatie – zoals over wachttijden – beter te vergelijken is tussen regio’s. Dit moet helpen om tijdig te signaleren waar knelpunten ontstaan. Ook wordt vastgelegd welke vormen van zorg minimaal gezamenlijk moeten worden ingekocht. Dat moet leiden tot een betere spreiding en landelijke beschikbaarheid van specialistische jeugdhulp.
Daarnaast stelt de wet eisen aan de financiële bedrijfsvoering van jeugdhulpaanbieders. Daarmee wil het kabinet voorkomen dat financiële problemen bij aanbieders leiden tot het wegvallen van zorg.
Brede steun
Het wetsvoorstel kreeg brede steun in de senaat. GroenLinks-PvdA, D66, PVV, FVD, VVD, JA21, ChristenUnie, BBB, OPNL, 50PLUS en Fractie-Walenkamp stemden voor. Alleen SGP, Volt, SP en Partij voor de Dieren waren tegen.
Financiële strategie
De Eerste Kamer nam dinsdag tevens enkele moties aan. Zo moet de regering een concrete, langjarige financiële strategie voor de jeugdzorg opstellen. Daarin moet ook preventie een structurele plek krijgen. Hoewel gemeenten recent tijdelijk extra middelen hebben ontvangen voor de jeugdzorg, ontbreekt volgens Carla Moonen (D66) en Elly van Wijk (BBB) de structurele zekerheid over de financiering. ‘De uitvoerbaarheid van de jeugdzorg valt of staat met goede en voorspelbare financiering’, aldus de motie-indieners.
‘Ontijdig’
Demissionair staatssecretaris van Volksgezondheid Judith Tielen (VVD) ontraadde de motie. Volgens haar is er op dit moment sprake van ‘een financieel werkbare situatie’. ‘We zijn gewoon echt de komende jaren akkoord met elkaar’, zei Tielen vorige week dinsdag in de senaat. De bewindsvrouw benadrukte toen dat er wordt gewerkt aan een nieuw financieringsmodel, en noemde de motie daarom ‘ontijdig’.
De Tweede Kamer ging half april akkoord met het wetsvoorstel. Daar stemden GroenLinks-PvdA, Volt, D66, NSC, ChristenUnie, CDA, VVD, BBB, JA21 en PVV voor. SP, PvdD, DENK, SGP en FVD stemden tegen.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.