Steeds meer Gelderse gemeenten nemen afscheid van chemische bestrijdingsmiddelen tegen de eikenprocessierups. Van de 51 gemeenten in de provincie zijn er inmiddels 19 volledig gestopt met het gebruik van deze middelen. Vier andere zijn bezig met het afbouwen ervan. Dat blijkt uit een inventarisatie van Omroep Gelderland.Vijf jaar geleden gebruikte nog het merendeel van de gemeenten chemische bestrijding.
Gelderse gemeenten stoppen met spuiten tegen processierups
Van de 51 Gelderse gemeenten zijn er inmiddels 19 gestopt met het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen tegen de eikenprocessierups.
De eikenprocessierups zorgde in 2019 voor een piek in overlast, vooral door de brandharen die voor hevige jeukklachten zorgen. Veel gemeenten grepen naar chemische middelen om de plaag in te dammen. Maar die aanpak had een keerzijde: niet alleen de eikenprocessierups wordt bestreden, ook andere rupsen en insecten sneuvelen. Daardoor verdwijnt het voedsel voor natuurlijke vijanden van de rups, zoals koolmezen, en neemt de plaagdruk uiteindelijk juist toe.
Natuurlijke vijanden krijgen meer ruimte
Naast de groep die is gestopt met spuiten, gebruikt een derde van de Gelderse gemeenten nog wel chemische middelen. Wel geven meerdere gemeenten aan terughoudender te zijn geworden. Sommige spuiten uitsluitend op gevoelige locaties, zoals routes van grote evenementen.
De belangrijkste reden om te stoppen is de schade aan de biodiversiteit. Gemeenten kiezen steeds vaker voor ecologische methoden, zoals het ophangen van nestkasten voor mezen en het inzaaien van bermen met bloemen en kruiden. Dat moet de populatie natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups versterken en op termijn zorgen voor een stabieler ecosysteem.
Overlast neemt niet toe na stoppen
Volgens onderzoek waaraan de provincie Gelderland meedeed, werken deze natuurlijke maatregelen goed. Het aantal nesten neemt af en ze zijn kleiner van omvang. Ook blijkt dat het laten hangen van nesten op plekken met weinig overlast gunstig kan zijn, omdat het natuurlijke vijanden in stand houdt.
Hoewel dit jaar in acht gemeenten weer een lichte toename van rupsen is gemeld, komt die zowel voor bij gemeenten die gestopt zijn als bij gemeenten die nog spuiten. Er is dus geen direct verband zichtbaar tussen het stoppen met middelen en de plaagdruk. De overgang naar ecologische bestrijding vraagt volgens onderzoekers om een lange adem, maar legt op termijn de basis voor een duurzamere aanpak.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.