Beste bestuurder in het openbaar bestuur: ik snap uw fixatie op AI hélemaal en vind dit allesbehalve gek. De aantrekkingskracht van ‘iets nieuws’ is nou eenmaal ongeëvenaard. Ik heb het met een leeg bureau of een nieuw schriftje waarin nog niet is geschreven. Als ik al van een nieuw schrift het gevoel krijg dat ik vanaf nu alles anders en vooral béter ga doen, dan begrijp ik dat u de beloftes over AI niet kunt weerstaan. Ook omdat u kansen ziet dat AI daadwerkelijk de individuele burger en de maatschappij als geheel verder kan brengen.
Spiksplinternieuw!
De komst van AI voelt als een kans om helemaal opnieuw te beginnen.

‘Betere zorg, gebruiksvriendelijkere dienstverlening, sneller contact met de juiste ambtenaar, effectieve schuldhulpverlening, enz.’. Als AI dit op verantwoorde wijze binnen bereik kan brengen is dat niet iets om overdreven cynisch over te blijven.
Daarom zal ik niet stellen dat AI een tijdelijke hype is zoals blockchain, MP3-spelers en loom-regenboogarmbandjes. Ik hoop en verwacht met u mee dat het een ontwikkeling is die nog lang relevant en belangrijk is, met toekomstige toepassingen die voor de volgende generatie niet meer weg te denken zijn uit het wereldbeeld.
Maar nu is het nog lekker nieuw en een kans om helemaal opnieuw te beginnen. Tenminste, zo voelt het. Zelfs wetgeving, niet altijd het favoriete deel, voelt minder saai dan de bestaande regelgeving; alleen al omdat de AI-verordening fris en nieuw is.
Dat is misschien de reden dat we allemaal massaal op zoek zijn naar nieuwe regels, nieuwe adviseurs, nieuwe toezichthouders, nieuwe commissies, eigenlijk alles, als het maar nieuw is.
Alleen……zoals doorgaans blijkt rond 10 januari, halverwege mijn schriftje of op die retraite waar u zichzelf zou gaan heruitvinden: je neemt altijd jezelf en de bestaande problemen mee. Dat wil niet zeggen dat goede voornemens nooit werken, maar wel dat er altijd een context is. En die context verandert niet omdat u er een ander stickertje op plakt. AI-toepassingen worden niet in een juridisch vacuüm ontwikkeld; de ‘gewone’ regels gelden nog steeds.
Denk bijvoorbeeld eens in dat uw buurvrouw een nieuw soort auto ontwerpt: eentje met zeven wielen die fundamenteel anders rijdt dan een gewone auto. Zonder stuur bijvoorbeeld. Je kunt het eigenlijk niet eens een auto meer noemen. Hoe zou u het dan vinden als de buurvrouw allerlei nieuwe regels wil bedenken voor dit voertuig, maar niets wil weten van de geldende verkeersregels. Dat er allerlei kennissessies zijn over verkeersregels voor zevenwielige auto’s, maar dat om de één of andere reden nooit iemand wordt uitgenodigd die zelf een rijbewijs heeft en kan wijzen op de geldende regels voor voertuigen op de weg. En als u haar attendeert op de wegenverkeerswet, wijst zij er vervolgens op dat u geen expert bent op haar bijzondere voertuig.
Stel je voor dat er allerlei kennissessies zijn over verkeersregels voor zevenwielige auto’s, maar dat om de één of andere reden nooit iemand wordt uitgenodigd die zelf een rijbewijs heeft en kan wijzen op de geldende regels voor voertuigen op de weg.
Zo voelt dat soms voor specialisten op het gebied van gegevensbescherming. Denk bijvoorbeeld aan uw Functionaris Gegevenbescherming (FG) die intern toezicht houdt op de naleving van de AVG en in sommige gevallen ook de Wpg.
Niet bij elke toepassing van AI wordt worden persoons- en of politiegegevens verwerkt. Dus uw FG hoeft echt niet bij alle AI-projecten betrokken te worden. Andersom geldt echter ook: dat AI toegepast wordt bij de verwerking van persoons- en of politiegegevens betekent niet dat de bestaande regels opeens niet meer gelden. De AVG en Wpg gelden nog steeds, en het intern toezicht erop ook.
Het is een vreemde maar hardnekkige denkfout, dat u voor AI-toepassingen nooit langs de FG hoeft. Het tijdig en naar behoren betrekken van uw FG bij deze verwerkingen geldt nog steeds en uw privacy-adviseurs kunnen u bovendien uitleggen dat voor de AVG en Wpg een omgekeerde bewijslast geldt. Het is aan u om te waarborgen en aantonen dat u de wet volgt, ook wanneer u AI inzet bij de verwerking van persoons- en/of politiegegevens.
Daarmee maken AVG en Wpg-experts zich niet belangrijker dan ze zijn, ze wijzen er simpelweg op dat er meer regels zijn dan de nieuwe AI-verordening. Het is geen wedstrijd. U heeft hier als bestuurder een belangrijke rol in, omdat zowel bij de burger als bij u, alle lijnen samenkomen. Het zal de burger worst wezen bij welke afdeling of expertisegebied de oplossing zich bevindt, als hij of zij maar behoorlijk en rechtmatig geholpen wordt. Dat zal voor u niet veel anders zijn, gok ik.
Niet alleen gegevensbescherming en security, maar ook andere expertisegebieden worden soms buiten beschouwing gelaten zodra iets als AI wordt bestempeld. Het tijdig en naar behoren betrekken van uw FG is weliswaar verplicht, maar slechts maar een deel van de oplossing. Het is zinnig om niet alleen uw FG, maar ook adviseurs vanuit andere expertisegebieden integraal te laten adviseren over nieuwe (AI-)projecten.
Wat helpt, zijn heldere besluit- en verantwoordingslijnen zodat elk expertisegebied op het gepaste moment een duit in het zakje kan doen.
Misschien kan iemand dáár eens een AI-toepassing op bouwen: het faciliteren van besluitvorming die alleen tot stand kan komen als het democratisch gelegitimeerd is, binnen de grenzen van de wet plaatsvindt en langs alle verplichte en niet-verplichte expertisegebieden is geweest (zoals clientraden, de OR, de reguliere lijn waaronder financiën, communicatie, HRM, et cetera). Waarbij niet iedereen het eens hoeft te zijn, maar u wél gegarandeerd een vanuit alle opzichten bezien compleet voorstel krijgt voorgelegd, zodat u een geïnformeerde beslissing kunt nemen. Dat zou een zeldzaam mooie nieuwe uitvinding zijn waar AI ‘believers’ en ‘sceptici’ elkaar werkelijk de hand kunnen schudden.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.