Het verlies aan sociale verbondenheid op thuiswerkdagen leidt tot minder positieve emoties en daardoor minder enthousiasme en betrokkenheid. Onderzoek aan de Open Universiteit wijst uit dat het ook leidt tot minder innovatief gedrag van werknemers.
Motivatie werknemers verdampt bij veel thuiswerken
Wanneer sociale verbondenheid ontbreekt, stokt het innovatieproces, vooral het delen en toepassen van ideeën.
Innovatief gedrag
In zijn proefschrift, waarop hij komende deze week hoopt te promoveren, zet Wilfred van den Brand uiteen wat er met het welbevinden en het innovatief gedrag van werknemers gebeurt als gevolg van thuiswerken.
Sinds de coronapandemie is thuiswerken niet meer weg te denken. De toegenomen flexibiliteit biedt voordelen, zoals een betere werk-privébalans, maar heeft volgens Van den Brand ook nadelige gevolgen voor de sociale kant van werk.
Minder enthousiasme
Van den Brand onderzocht in vier dagboekstudies de impact van (veel) thuiswerken. De resultaten laten zien dat het verlies aan sociale verbondenheid op thuiswerkdagen leidt tot minder positieve emoties en daardoor minder enthousiasme en betrokkenheid. En die positieve emoties vormen juist een belangrijke bron voor innovatief gedrag – het bedenken, delen en toepassen van nieuwe ideeën. ‘Wanneer sociale verbondenheid ontbreekt, stokt het innovatieproces, vooral het delen en toepassen van ideeën’, aldus de promovendus.
Nuance
Daarbij hoort overigens wel enige nuance, want niet iedereen reageert hetzelfde. Werknemers met veel vertrouwen in hun eigen kunnen blijken beter bestand tegen het verlies aan sociale interactie, aldus Van den Brand. ‘Maar ook zij floreren vooral wanneer zij regelmatig op locatie werken. Wie veel thuiswerkt, mist de sociale impulsen die energie en motivatie voeden.’
Werkdruk
Thuiswerken heeft nog een ander gevolg: het leidt tot werkintensivering. Veel mensen ervaren dat hun werk intensiever wordt: meer taken in minder tijd en oplopende prestatieverwachtingen. De combinatie van verminderde sociale verbondenheid en toenemende intensiteit zet niet alleen het innovatief gedrag, maar ook het dagelijks welbevinden onder druk.
‘Meer dagelijkse werkdruk en minder autonomie leiden tot emotionele uitputting’, aldus Van den Brand. De mate waarin werkintensivering uitputtend werkt, hangt mede af van de manier waarop leidinggevenden daarmee omgaan. ‘Dagelijks versterkend leiderschap – gericht op participatie en het geven van verantwoordelijkheid en vertrouwen – kán helpen om uitputting te voorkomen, maar alleen, wanneer het met mate wordt toegepast. Wanneer leidinggevenden hierin doorschieten, kunnen verwachtingen te hoog worden, met het risico dat werknemers zichzelf voorbijlopen. Goed leiderschap draait dus om evenwicht: uitdagen zonder te overbelasten.’
Mentale reserves
Van den Brand, in het dagelijks leven universitair docent aan de Open Universiteit in Heerlen, toont met zijn studie aan dat zowel thuiswerken als werkintensivering de energie in organisaties onder druk zetten. ‘Thuiswerken bedreigt de positieve energie die nodig is voor betrokkenheid en innovatie, terwijl werkintensivering de mentale reserves uitput. Duurzame prestaties vragen daarom om evenwicht tussen flexibiliteit en verbondenheid, en tussen stimuleren en overvragen.’

Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.