Dat er in ons land zoveel problemen zijn én blijven met de uitvoering van beleid ligt volgens ambtenaren eerst en vooral aan de politiek. ‘Op beleidsdepartementen regeert de waan van de dag.’
Ambtenaar dient eerst de minister, dan pas de burger
Dat er in ons land zoveel problemen zijn én blijven met de uitvoering van beleid ligt volgens ambtenaren eerst en vooral aan de politiek.

Organisatiecultuur
Die somber stemmende conclusie trekken onderzoekers van Venster (ICTU) uit een begin dit jaar gehouden enquête onder ruim 1500 medewerkers en managers werkzaam bij beleidsdepartementen en uitvoeringsorganisaties. Bijna 70 procent van de beleidsambtenaren geeft in die enquête aan dat op hun departementen ‘de waan van de dag regeert.’ En de organisatiecultuur op die departementen zou volgens de helft van de respondenten het aanpakken van maatschappelijke problemen in de weg staan. ‘Ambtenaren te veel zijn gefocust op hun bewindspersoon’, zo vinden ze zelf.
Groot en complex
Het zijn de belangrijkste uitkomsten van de Personeelsenquête Rijk, opgesomd in het rapport Oplossen grensoverschrijdende knelpunten dat in opdracht van Binnenlandse Zaken is gemaakt. De problemen in de uitvoering zijn volgens de onderzoekers ‘groot en complex’ te noemen. Zo geeft ongeveer de helft van alle respondenten aan belangrijke problemen bij de uitvoering van beleid te ervaren. Dat geldt zowel voor degenen werkzaam bij een beleidsdepartement als voor de respondenten van uitvoeringsorganisaties. Het aandeel medewerkers en managers dat geen problemen in de uitvoering ervaart, is met 17 procent relatief klein.
Politiek de oorzaak
Uit de enquête blijkt dat de problemen bij de uitvoering van beleid met name worden veroorzaakt door een gebrekkige samenwerking tussen uitvoeringsorganisaties en beleidsmakers. Vooral daardoor komt de uitvoering van beleid in de knel. Gebrekkige samenwerking met andere overheden en uitvoeringsorganisaties wordt minder vaak als oorzaak.
Behalve een gebrekkige samenwerking over de grenzen van organisaties en beleidsterreinen heen, spelen ook andere factoren een rol. Volgens respondenten ligt de oorzaak van de problemen in de uitvoering vooral in de politiek. Dat scoort met 44 procent het hoogst. Beleidsdepartementen en uitvoeringsorganisatie volgen op gepaste afstand met 25 en 19 procent.
Verkokering
Ook door gebrek aan organisatie- of beleidsterrein overstijgende samenwerking ontstaat verkokering. ‘En daarmee sterk domeingericht denken en werken binnen organisaties en beleidsterreinen, zonder voldoende onderlinge afstemming of samenwerking’, aldus de onderzoekers. Een ander probleem dat ze signaleren, is dat beleid niet is afgestemd op of met de uitvoering. Beleidsmakers zouden vaak onvoldoende zicht hebben op de uitvoering. Die uitvoering wordt bovendien te weinig of te laat betrokken bij ontwikkeling van beleid en er is onvoldoende aandacht voor uitvoeringstoetsen. ‘Regelingen of initiatieven worden opgezet zonder consultatie of gesprek vooraf over de uitvoerbaarheid, waarna het probleem bij de uitvoering ligt en vaak met veel spoed moet worden opgelost’, zo is de ervaring. Niet zelden komt voor dat er onvoldoende inhoudelijke afstemming plaatsvindt waardoor beleid en uitvoering tegen elkaar inwerken in plaats van samenwerken.
Onvoldoende afstemming
Verkokering uit zich volgens veel respondenten ook in het ontbreken van een integrale aanpak bij thema’s waarbij meerdere uitvoeringspartijen zijn betrokken. Er is onvoldoende afstemming over wie wat doet bij de realisatie van overheidsbrede voorzieningen, bijvoorbeeld in het domein schulden. Het wordt extra lastig als er problemen ontstaan waar verschillende diensten of ministeries bij betrokken zijn, zoals asiel en migratie. ‘De neiging is dat iedere speler stelt dat dit niet zijn probleem is, waardoor het probleem niet wordt opgelost.’
Wij-zij-denken
Onderling vertrouwen is beperkt: in plaats van werken vanuit de gedachte van één overheid is er sprake van wij-zij-denken. ‘Ook wanneer uitvoeringstoetsen worden uitgevoerd door uitvoeringsorganisaties blijft het voor de uitvoeringsorganisaties lastig om het gewijzigd beleid uit te voeren’, zo geven vooral medewerkers in de uitvoeringsorganisaties aan. Dat geldt volgens hen zeker voor de plannen van het kabinet Schoof, dat ‘grote plannen’ voorstelde met ‘grote impact op de uitvoering.’
Een ander vaak genoemd probleem is de privacywetgeving en het delen van persoonsgegevens. Er zouden veel ideeën en initiatieven zijn om samen te werken tussen uitvoerende organisaties, maar dat wordt door de privacywetgeving in de weg gezeten. Onder andere de toepassing en interpretatie van de AVG zou zijn doorgeschoten.
Oneerlijke regels
Al met al wordt volgens respondenten die werkzaam zijn voor uitvoeringsorganisaties, te weinig uitgegaan van de burger. Dit heeft onder meer te maken met de afstand van beleid tot diezelfde burger. De medewerkers van de uitvoeringsorganisaties moeten dit beleid dan maar uitvoeren, ook als ze voelen dat een regel niet klopt, onlogisch of oneerlijk is.
Reacties: 4
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Men zou ook kunnen concluderen dat ambtenaren weigeren het kabinetsbeleid uit te voeren en juist burgerlijke trekjes vertonen. Type ik https://www.google.com/search?q=ambtenaren+in+Den+Haag+protesteren+regelmatig+op+de+stoep&gs_ivs=1
dan krijg ik en enorme lijst van protestacties van deze "actievoerders" die de draai van het kabinetsbeleid niet kunnen maken.
De eeuwige balanceer act van de ambtenaar die zeker ook in het gemeentelijk circus aan de orde is. Vaak worden kool en geit gespaard waardoor de verantwoordelijkheid voor het maken van moeilijke keuzes ten onrechte bij de uitvoering terecht komt.
Departementsambtenaren dienen primair hun minister, binnen geldende kaders. Dat is hun taak.
Provincie-ambtenaren dienen primair hun gedeputeerden, binnen gelden kaders. Dat is hun taak.
Gemeente-ambtenaren dienen primair hun College, binnen geldende kaders. Dat is hun taak.
Wat een non-artikel!
Ambtenaren geven over het algemeen slechts advies, tenzij zij onder bepaalde voorwaarden bevoegd zijn om zelfstandig uitvoeringsbesluiten te nemen. Dat laatste gebeurt slechts zéér incidenteel.
Over het algemeen vindt -naar ik aanneem- over de inhoud van het ambtelijk concept advies vooroverleg plaats met de Minister. De Minister besluit. Afhankelijk van zijn bevoegdheden inzake het dossier gebeurt dit na/in overleg met de Kamer(s). Ambtenaren nemen dus in een zéér beperkt opzicht uitvoeringsbesluiten, maar altijd onder verantwoordelijkheid van een Minister.