Interview met burgemeester Eric van Oosterhout van Emmen
‘Zit geluk dan in zes musea?’
Emmen bungelt weer onderaan in de woonaantrekkelijkheidsindex. Burgemeester Eric van Oosterhout ligt er niet wakker van.

Emmen bungelt weer onderaan in de woonaantrekkelijkheidsindex. Burgemeester Eric van Oosterhout ligt er niet wakker van. ‘Omdat de criteria niet zo relevant zijn. Laat de Atlas voor gemeenten aan de mensen zelf vragen wat zij belangrijk vinden.’
Amsterdam staat natuurlijk weer op de eerste plaats in de woonaantrekkelijkheidsindex van de Atlas van de vijftig grootste gemeenten, uitgebracht door onderzoeksbureau Atlas Research. En natuurlijk is Emmen dit jaar weer hekkensluiter. Een columnist van het Dagblad van het Noorden ziet het zo: ‘Je wilt er niet wonen, je kunt er niet komen, er is geen cultuur en lekker eten kan ook al niet.’
‘Het gaat vervelen, hè?’, reageert burgemeester Eric van Oosterhout (60). ‘Als je niets aan de criteria verandert en niet nadenkt over wat een gemeente écht tot de beste maakt, dan kan ik je voorspellen waar we volgend jaar staan, en het jaar daarop ook. We doen mee aan een wedstrijd waarbij de een drie dobbelstenen heeft en de ander één. Zo kom je er nooit.’
Terwijl het in Emmen (107.000 inwoners) gewoon aangenaam vertoeven is, en niet alleen voor hem, zegt burgemeester Van Oosterhout in The Dinner Club op het Marktplein. Amsterdam is er niks bij. ‘Mensen wonen hier fijn, veilig en zijn gelukkig. Dat bleek wel toen we een paar jaar geleden in het Atlastheater gaststad waren van de Atlasconferentie over geluk. Op dat thema scoort Emmen bovengemiddeld hoog. Daaruit zou je kunnen afleiden dat de criteria die Atlas Research belangrijk vindt voor de aantrekkelijkheid van een gemeente, níet de criteria zijn waarop mensen zitten te wachten.
Laat Atlas nou eens aan de mensen zelf vragen wat zij belangrijk vinden als het om wonen gaat. Dus niet wat jij van de Atlas voor gemeenten in Amsterdam belangrijk vindt. Met podiumkunsten of het aantal musea raak je toch niet de kern van een gelukkig leven? Ik heb nog nooit iemand gehoord die tegen mij zei: “Burgemeester, ik word ongelukkig omdat we hier geen zes musea hebben, ik verhuis naar Amsterdam.”’
Underdog
De gemeente houdt op de sociale media bij hoe mensen reageren op de laatste plek voor Emmen in de woonaantrekkelijkheidsindex. Burgemeester Van Oosterhout: ‘Eén helft reageert knorrig, zo van: donder toch op, we weten het nu wel. De andere helft prijst Emmen. Ik reageerde vorige week in het Dagblad van het Noorden op de Atlas. “Heel goed burgemeester, belachelijk die laatste plaats”, was de reactie op het Marktplein. Je bent toch de underdog hè? In die zin versterkt die laatste plaats de gemeenschapszin. Ga straks anders het Marktplein op en vraag hoe mensen het leven hier vinden. Laat je niet afschrikken als ze zeggen: ‘‘t Kun minder”, want dat betekent: het gaat goed.
Zo zijn Drenten, ze zijn trots en bescheiden tegelijk. Ik wil wedden dat negen van de tien Emmenaren zullen zeggen dat ze het hier prima naar hun zin hebben. Ik vermoed zomaar dat je die respons niet krijgt op de Dappermarkt in Amsterdam.’ Overigens: niks tegen de hoofdstad, al jaar en dag nummer één in de woonaantrekkelijkheidsindex. Nou ja, wel wat tegen die ‘poenerige voetbalclub in dat sfeerloze stadion’. Van Oosterhouts middelste dochter werkt en woont er. ‘Voor 1.500 euro in de maand in een tweekamerappartement van vijftig vierkante meter in Oud-West. Met een hond. Voor dat geld hoef je met hem in Emmen niet naar een parkje. Het bos is om de hoek.’ En denk nou niet dat Oud-West een rijkeluisbuurt is. Van Oosterhout: ‘Je hebt er extremere vormen van armoede dan in Emmen, maar het gemiddelde wordt opgekrikt door Oud-Zuid en de grachtengordel.’
Eric van Oosterhout begrijpt als vader van drie dochters dondersgoed dat een jonge meid (of vent) na de studie in Amsterdam of Utrecht (nummer twee op de Atlaslijst) blijft plakken. En tien jaar later neerstrijkt onder de rook van die steden. Waar het zo betaalbaar ook niet meer is. Van Oosterhout: ‘Zo zit het ook met mijn vrienden. Maar als ze hier komen, kijken ze hun ogen uit. De vrijheid, de natuur en de huizenprijzen! Met mijn burgemeestersalaris vind ik in de Randstad niets speciaals, hier heb ik iets bijzonders, vind ik zelf. Een enorme tuin met een voetbaldoel erop. Je woont hier op eredivisieniveau.’
Deltaplan
Burgemeester Van Oosterhout verwacht dat Randstedelingen onder invloed van corona andere woonkeuzes gaan maken. ‘Daar mikken we ook op in het Deltaplan voor het Noorden. Als beleidsambtenaar bij een ministerie woon je in een duur huis in een randgemeente van Den Haag. Maar wat nu als je drie dagen in de week vanuit digitaal vanuit huis kunt werken? Corona laat zien dat het kan. Dan koop je toch zo’n huis als de burgemeester van Emmen heeft? Met de overwaarde van je huis in Voorburg verricht je hier wonderen. Je hebt hier het prachtige dierenpark Wildlands, er is echt een rijk cultureel leven, bijvoorbeeld in het Atlastheater waar je voorstellingen kunt zien die je ook in andere grote steden ziet. Er is glasvezel, er is een ziekenhuis en iedere wijk of dorp heeft een of meerdere basisscholen.’
De geboren en getogen Emmenaar Bouke Arends vertrok eind 2018 naar het westen. Gevraagd naar zíjn visie op Emmen als ‘s lands onaantrekkelijkste grote woongemeente, zegt de oud-wethouder in Emmen en huidig burgemeester van Westland: ‘Johnny Jordaan zong in de jaren 50: ‘Liever in Mokum zonder poen dan in Parijs met een miljoen.’ Eigenlijk gaat dat liedje over Emmen. Niet een theater op elke hoek van de straat of sterrenrestaurants in overvloed zorgen voor geluk, maar elkaar letterlijk en figuurlijk de ruimte geven en klaarstaan voor elkaar maakt mensen gelukkig. Geluk zit niet in allerlei grote dingen maar juist in de bekendheid en geborgenheid van het elkaar kennen in de gemeenschap.’
‘Wij noemen dat hier naoberschap. In de woonaantrekkelijkheidsindex kom je dat niet tegen, maar we staan wel bovenaan in de lijst van gemeenten waarin wordt omgezien naar elkaar’, reageert Arends’ collega in Emmen. Dat klinkt mooi, maar is dat naoberschap anno 2021 niet vooral sentiment? Van Oosterhout: ‘Iedere burgemeester, van Drenthe tot Gelderland, heeft het erover, maar het is echt meer dan een bestuurlijk praatje. Nieuwe inwoners nodigen we een paar keer per jaar uit. En dan vraag ik altijd: “Hoe ben je hier nou in de buurt opgevangen?” Dan hebben ze allemaal een verhaal. Je komt hier bijna nooit anoniem wonen.’
Steen
Toen de Van Oosterhouts in het dorp Weerdinge (562 inwoners) kwamen wonen, kwam Dorpsbelangen langs. De burgemeester van Emmen: ‘We hebben toen iedereen in het dorpshuis ontmoet. Het is traditie om een steen mee te nemen. Die leg je op de berg die er al ligt. Dat is toch mooi? Je bent letterlijk onderdeel van de gemeenschap. Je helpt elkaar, je groet elkaar. Daarvan word je toch gelukkiger dan van zes musea? En als je geen behoefte hebt aan dat naoberschap, ook goed. Er gaat echt geen baksteen door je ruit met oud en nieuw. Er is hier sowieso heel weinig agressie. Emmen behoort al jaren tot de veiligste grote gemeenten van Nederland.’
Toonbeeld is de aanhang van de plaatselijke FC. ‘Komt ook niet voor in de woonaantrekkelijkheidsindex.’ Van Oosterhout, in zijn glorietijd rots in de branding op het middenveld van het Nederlands burgemeesterselftal: ‘Publiek is even niet welkom in de voetbalstadions; overal leidt dat tot rellen en geweld tegen de politie. Hier niet. Een paar fans proberen bij FC Emmen door de hekken te kijken, en daarna gaan ze gewoon weer naar huis. We hebben hier eigenlijk nooit gesodemieter. We vierden in 2018 de promotie van FC Emmen naar de eredivisie. De volgende dag rapporteerde de politie over de schade. Het was zorgelijk: een lantarenpaal was verbogen.
Toen FC Emmen dit jaar degradeerde, hadden we allemaal een kater, maar niemand vond het nodig om de boel kort en klein te slaan. Het zijn echt geen koorknapen, maar ze voelen dat hun club het uithangbord van Drenthe is. De club verbindt mensen.’
Armoede
Dat Emmen al jaren onderaan in de woonaantrekkelijkheidsindex bungelt, is zoals het is. Met de laagste plek op de sociaal economische index is dat anders. Van Oosterhout: ‘Aan die criteria van de Atlas heb je wat. Daar hebben we een opdracht.’ Tegelijk: een sinecure is dat niet. Van Delfzijl tot Heerlen is werk aan de winkel op het gebied van armoede, werkgelegenheid en laaggeletterdheid. Van Oosterhout: ‘Het gaat voor een groot deel goed in de Randstad en slecht aan de oostkant. Alles wordt meer in de Randstad, hier wordt het minder. Als we niet oppassen kapseist het schip.’
Van Oosterhout interviewde onlangs journaliste Floor Milikowski over haar nieuwe boek Een klein land met verre uithoeken – ongelijke kansen in veranderend Nederland. ‘Ze schrijft dat Emmen langzaam leeg loopt en vergrijst. Dat willen we niet. Er zijn zevenduizend bedrijven in Emmen. We zijn de grootste maak-industriekern van Noord-Nederland. We willen meer werkgelegenheid en onze onderwijsvoorzieningen versterken. Dan wil je niet te boek te staan als de onaantrekkelijkste grote gemeente van Nederland.’
Tegelijk was dat wel een belangrijke drijfveer voor Van Oosterhout om er burgemeester te willen worden. ‘Ik ben mijn carrière begonnen in Noordoost-Groningen en ik heb een bewuste keuze gemaakt om in het oosten van Nederland te blijven werken. Het is hier niet af. Als het gemeentehuis in Emmen sluit, hebben veel mensen echt een probleem. Als het gemeentehuis in Wassenaar dichtgaat, moet je je paspoort ergens anders halen. Dat is lastig, maar een echt probleem zal het niet zijn. Waarom werken er duizend mensen bij de gemeente Emmen? Zij houden zich bezig met sociaal beleid, met inkomensversterking, verbetering van huisvesting, onderwijs, veiligheid. Er is hier gewoon veel te doen.’
Flatje
Dus toen Van Oosterhout in 2000 in beeld kwam om voor de PvdA in de Tweede Kamer te gaan zitten, bedankte hij voor de eer. ‘Ik moet er niet aan denken. Zit je van maandag tot vrijdag in een flatje in Scheveningen, terwijl je hier heerlijk woont en nuttig werk kunt doen. In Emmen kunnen mensen je steun gebruiken. Ik geef inwoners die door het noodlot worden getroffen altijd mijn 06-nummer. Bel maar, misschien kan ik helpen.’
Zo is de Neerlandicus en oud-leraar ook al zijn hele werkzame leven lang verbonden aan projecten om laaggeletterden te helpen. Van Oosterhout: ‘Ik denk erover om een dag in de week voor de klas te gaan staan of om in een buurthuis mensen te gaan helpen met lezen en schrijven. Dat is Emmen. Je ziet het ook bij FC Emmen: aanpakken. Let maar op: ze gaan weer promoveren!’
CV
Eric van Oosterhout (Breda, 1961) studeerde Nederlands in Groningen. Hij werkte na zijn studie bij de gemeente Veendam en bij het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. Van Oosterhout was raadslid voor de PvdA in Veendam, maar moest het raadslidmaatschap opzeggen toen hij in die gemeente hoofd van de afdeling welzijn en onderwijs werd. In 2005 werd hij er gemeentesecretaris. In 2007 werd Van Oosterhout burgemeester van de Drentse gemeente Aa en Hunze. In maart 2017 werd hij burgemeester van Emmen. Eric van Oosterhout is ook secretaris van de VNG.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.