Advertentie

'Wethouders moeten minder dominant besturen'

Het aantal wethouders dat er jaarlijks de brui aan geeft stijgt nog steeds. Dat komt omdat ze nog te veel de neiging hebben dominant te besturen, in plaats van binding te zoeken, meent oud-wethouder en bestuurskundige Wim Carabain in zijn vrijdag gepresenteerde boek ‘Beperkt houdbaar.’

16 maart 2009

Verstrekkende gevolgen
In 2008 zijn maar liefst 196 wethouders gedwongen of vrijwillig vertrokken. 122 Wethouders, acht procent van het totaal, gingen onderuit na een politieke vertrouwensbreuk. Het aantal vertrokken en politiek gesneuvelde wethouders is daarmee sinds de raadsverkiezingen van 2006 voor het derde jaar op rij gestegen. In de periode 2006-2010 komt het aantal afgetreden wethouders naar verwachting uit op 35 procent. Gemiddeld is dat één wethouder per gemeente. En dat heeft verstrekkende gevolgen, stelt Carabain in zijn boek. Beleid komt tot stilstand, coalities raken ontwricht.

 

Dualisme
Met name de invoering van het dualisme in 2002 heeft ervoor gezorgd dat wethouders steeds meer op een eiland opereren. Ze worden immers niet zonder meer gesteund door hun partijgenoten en evenmin door hun collegawethouders. En de invloed van maatschappelijke organisaties op het gemeentelijk beleid is groter geworden. Veel wethouders kunnen nog niet goed omgaan met die cultuuromslag. Volgens Carabain, oud-wethouder van Voorschoten, hechten ze dikwijls nog te sterk aan een ‘dominante bestuurlijke rol’.

 

Bindend besturen
Carabain meent dat wethouders meer ‘bindend’ zouden moeten besturen. Dat houdt in dat ze minder uitgaan van hun eigen ideeën over het te voeren beleid, maar juist proberen de wensen van de samenleving, de gemeenteraad en het collegeprogramma op elkaar af te stemmen. 'Bestuurders die de tijdgeest verstaan, leggen het accent in hun bestuurlijke praktijk minder op het tonen van daadkracht en meer op het organiseren van samenwerking.'

 

Lees meer in het dossier Gevallen Wethouders.

 

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Daniel Hake / Adviseur milieukwaliteit
Wethouders ondervinden tenminste gevolgen van handelingen die de raad als onverantwoord beschouwt. Hoe anders is het bij het kabinet, dat elke binding met de samenleving mist, beleid voert waar een meerderheid het mee oneens is (bijv. Irak, zorgstelsel), en zelfs bij grove fouten nog weet te blijven zitten. Het wordt tijd voor dualisme op alle bestuursniveaus.
Dick Kaas
Allereerst ik ken het boek niet en reageer op de samenvatting. Mijn conclusies uit ervaringen vroeger en nu zijn:
- dualisme heeft niets verbeterd (zie ook evaluatie. raden zijn niet dualistischer geworden;ze besturen niet alleen op hoofdlijnen want burgers verwachten wat anders van ze)
- wethouder zijn is niet meer als vroeger iets wat je werd na lange praktijktraining; de kennis en kunde ontbreekt dan ook vaak of men verwacht er veel te veel van. In beide gevallen leidt dit tot problemen.

Dick
Folkert Meijer / Adviseur
Vanuit mijn vakgebied (RO, Mobiliteit en infrastructuur) kijk ik toch wat specifieker en anders hiertegenaan:
Vanwege de lange looptijd van projecten (ruim over de 4 jaar) en de grote risico's die hier vaak omheen hangen (Zie Herrema rond de NZ lijn) zie je vaak risicomiujdend gedrag bij bestuurders in dit gebied. Ze kijken mijn inziens te vaak naar risicobeperkte korte termijn maatregelen. Om trendbreuken te kunnen inzetten (en die zijn écht nodig bij de huidige problematiek) hebben we een sterke visie nodig en bestuurders met een sterke backbone. Volgens mij is het dus tijd voor meer bestuurlijk ondernemerschap! Als dit er toe leidt dat bestuurders meer vallen, dan is dit maar zo.... Maar wethouders die hun kop niet boven het maaiveld uit hoeven te steken, die leiden ons niet tot een trendbreuk!
Trudy Veninga / Fractievoorzitter
Dus...als je samenwerking organiseert steek je je kop niet boven het maaiveld uit en ben je niet daadkrachtig? Hier wordt daadkracht verward met autoritair gedrag!
Advertentie