Advertentie

Opkomstintentie en vertrouwen in provincie hand in hand

Gemeenten kunnen op het vertrouwen van 60 procent van de bevolking rekenen. Provincies scoren lager.

10 februari 2023
Rood potlood
Shutterstock

Bijna de helft (45 procent) van de Nederlanders heeft vertrouwen in de provincie als bestuurslaag. Dat is duidelijk meer dan het deel dat vertrouwen heeft in de overheid (36 procent), maar minder dan in de eigen gemeente (60 procent).

Teamleider

Publiek Netwerk in opdracht van Veiligheidsregio Gelderland-Zuid
Teamleider

Manager ontwikkeling internationale voertuigregelgeving

RDW
Manager ontwikkeling internationale voertuigregelgeving

Dat blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van Binnenlands Bestuur in de aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart naar onder andere het vertrouwen in de politiek en intenties om te gaan stemmen. Het onderzoek maakt duidelijk hoe groot het vertrouwen is dat kiezers hebben in de eigen provinciale besturen. Kijkend naar welk deel van de inwoners van elke provincie aangeeft vertrouwen te hebben in de eigen provincie, valt op dat het noorden en het noordoosten van het land relatief hoog scoren.

In Drenthe (57 procent), Overijssel (52 procent), Friesland (52 procent) en Groningen (48 procent) heeft men meer vertrouwen dan gemiddeld (45 procent). Dat geldt ook voor Zeeland (52 procent) en Utrecht (51 procent).

Maar het is volgens I&O Research-onderzoeker Asher van der Schelde niet zo dat vertrouwen in de eigen provincie hand in hand gaat met vertrouwen in de overheid. ‘In het noorden en noordoosten, waar het vertrouwen in de provincie relatief hoog is, hebben mensen doorgaans (nog) minder vertrouwen in de landelijke overheid dan gemiddeld’, zegt hij. In de Randstelijke provincies (Noord- en Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland) hebben inwoners ongeveer evenveel vertrouwen in de landelijke overheid als in eigen provincie. In de rest van Nederland heeft men meer vertrouwen in de provincie.

60 procent van de kiezers geeft aan ‘zeker’ te gaan stemmen

Gemeenten kunnen op het vertrouwen van de meerderheid (60 procent) van de bevolking rekenen. Dat geldt niet voor de andere drie bestuurslagen waarvoor kiezers naar de stembus kunnen. De provincie scoort wel hoger dan de Nederlandse overheid en de Europese Unie. Zes op tien Nederlanders geven aan ‘zeker’ te gaan stemmen bij de aankomende verkiezingen. Dat kan volgens onderzoeker Asher van der Schelde een lichte overschatting zijn omdat doorgaans circa de helft van Nederlanders komt opdagen bij provinciale verkiezingen.

Wel is het zo dat provincies met een hoge opkomstintentie vier jaar geleden ook een relatief hoge opkomst kenden, zegt hij. In provincies waarin een groot deel van de bevolking vertrouwen heeft in de provincie als bestuurslaag, geeft een groter deel aan ‘zeker’ te gaan stemmen bij de verkiezingen. Opvallend is dat het vooral niet-Randstedelijke provincies zijn waarin het vertrouwen en de stemintentie hoog is. Utrecht lijkt een uitzondering op die regel.

Klik om te vergroten

Bekendheid commissaris

Op de vraag of stemgerechtigden een (of meerdere) gedeputeerde(n) en de commissaris van de koning kennen zien de onderzoekers opnieuw grote verschillen tussen de Randstedelijke provincies en de andere provincies. In Limburg geven vier op vijf aan de commissaris te kennen. Meer dan de helft kan zelfs zijn naam – Emile Roemer – noemen. Ook in Friesland, Groningen en Drenthe geeft de meerderheid aan de commissaris te kennen, al kan de meerderheid deze bestuurder niet bij naam noemen. Ook gedeputeerden genieten bovengemiddeld veel bekendheid in deze vier provincies. Dat geldt ook voor Zeeland en Gelderland.

Over het algemeen geldt dat Nederlanders in de Randstad totaal niet op de hoogte zijn van wie de functie van commissaris van de koning in hun provincie bekleedt. In Noord-Holland, Zuid-Holland, Flevoland, Utrecht en ook de niet-Randstedelijke provincies Gelderland en Overijssel geldt dat voor minimaal zeven op tien respondenten. ‘Zestien procent van de Nederlanders kan de commissaris bij naam noemen. In 2019 betrof dit 24 procent. Dat aandeel is nu dus duidelijk gezakt’, aldus Van der Schelde.

Een op drie Zeeuwen zegt een of meerdere gedeputeerden te kennen in Zeeland. Dat is ruim meer dan gemiddeld (19 procent). De bekendheid is het laagst in Zuid-Holland en Flevoland. Opnieuw blijkt dat Randstedelingen minder goed op de hoogte zijn van de bewindslieden op provinciaal niveau. 

Animo afschaffing provinciale staten gering

De helft van de Nederlanders vindt dat een apart bestuur voor provincies nodig is om Nederland goed te kunnen besturen. Vijftien procent is van mening dat de Provinciale Staten overbodig zijn en zodoende moeten worden afgeschaft. Datzelfde percentage is voorstander van het afschaff en van de Eerste Kamer. Veel meer mensen (66 procent) zijn het daarmee oneens. ‘De enige staatsrechtelijke verandering voor deze bestuurslagen waar enige steun voor is is het direct verkiezen van Eerste Kamerleden’, zegt Asher van de Schelde. ‘Bijna de helft kan zich vinden in deze hervorming, terwijl drie op tien tegen zijn.’ Vier jaar geleden pleitten nog zes op tien Nederlanders voor een direct verkozen Eerste Kamer. Een groot deel van die steun is verdampt waardoor het percentage voorstanders weer gelijk is aan 2015. 

Verantwoording

Het onderzoek vond plaats van vrijdag 13 tot en met maandag 16 januari 2023. In totaal werkten 2.489 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan het onderzoek. Het grootste deel van de steekproef is afkomstig het I&O Research Panel, 249 respondenten deden mee via PanelClix. Dit zijn allen Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie