In analyses van de val van het kabinet Schoof worden al vergelijkingen gemaakt met het einde van Rutte-IV (2023), Rutte-I (2012) en Balkenende-I (2002). Maar juist de vergelijking met de lokale politiek levert interessante inzichten op. Hieronder drie redenen waarom deze kabinetten lokaal nooit op deze manier zouden zijn gevallen en daaruit volgende lessen.
Kabinet Schoof was lokaal nooit gevallen
Lokaal volgen er geen nieuwe verkiezingen na de val van een college en neemt de grootste partij ook niet altijd deel aan het college.
Allereerst is er lokaal vaker sprake van consensus. Uit onderzoek blijkt dat er in gemeenteraden vaker unaniem wordt besloten. Daar zijn enkele verklaringen voor. In gemeenten zijn er doorgaans minder fracties dan in de Tweede Kamer en er spelen minder ideologisch beladen onderwerpen. Toch lijken politici en partijen elkaar lokaal – uitzonderingen daargelaten - wat meer te gunnen.
Als tweede zijn er lokaal geen tussentijdse verkiezingen mogelijk. Dus nadat het vertrouwen in het uitvoerend bestuur is opgezegd, komt er geen verkiezing voor een nieuwe samenstelling van de volksvertegenwoordiging. Vanwege electoraal motief een kabinet laten vallen, zoals Wilders deed bij Schoof en Rutte bij zijn laatste kabinet kan lokaal dus eigenlijk niet. De gemeenteraad blijft na het aftreden van het college immers gewoon in dezelfde samenstelling actief tot de vier jaar om zijn. Er gaan stemmen op om dat te veranderen en in de lokale politiek net als landelijk tussentijdse verkiezingen mogelijk te maken. Het einde van Rutte-IV en Schoof-I lijken de beste argumenten om dat voorlopig nog maar even niet te doen.
En als derde neemt in ongeveer in tien procent van de gemeenten de grootste partij na verkiezingen geen deel aan de coalitie en het college. Dat leidt tot kritiek van met name die grootste partij die soms klaagt over ondemocratische praktijken en buitensluiten. Maar het staat partijen vrij een coalitie te verkennen met welke partij dan ook en een coalitie met een meerderheid in de volksvertegenwoordiging kan doorgaans met verschillende partijen tot stand komen. Als een coalitie met de grootste partij niet tot goed bestuur leidt, is het lokaal dus niet vreemd om die dan in de oppositie te laten. Wellicht is deze praktijk voor de landelijke politiek momenteel nog de meest leerzame les.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.