Advertentie

Uitvoering is ook politiek

Welke regionale schaal hoort bij welke opgave en hoe organiseer je daar de democratische controle? De Rijksoverheid laat weliswaar herindelingen van onderaf plaatsvinden, maar drukt steeds krachtiger op ‘niet vrijblijvende regionale afspraken’. Jan van Zanen geeft zijn visie op dit dilemma.

29 januari 2020

In een interview in het jubileumnummer van Binnenlands Bestuur geeft professor Douwe Jan Elzinga een interessante visie op de lokale politiek en de rol van de gemeenten. Professor Elzinga pleit voor een lokale democratie waarin gemeenten ook daadwerkelijk eigen politieke keuzes kunnen maken, met een grotendeels vrij besteedbaar budget. Daarbij zouden gemeenten zich niet bezig moeten houden met de uitvoering, dat kunnen ze beter overlaten aan een gedeconcentreerde Rijksoverheid.

Verder geeft de hooggeleerde aan dat de VNG te veel taken naar gemeenten heeft toegetrokken.\ Daarmee zou een rommelige inrichting van het openbaar bestuur zijn ontstaan. Dat laatste is nog versterkt omdat opeenvolgende ministers van Binnenlandse Zaken zich geen bewaker van de inrichting van het openbaar bestuur hebben getoond.

Het interview biedt een mooi startpunt voor een gesprek over hoe je naar de rol en positie van gemeenten kijkt en de toegevoegde waarde om daar ook vanaf enige afstand op te kunnen reflecteren. Vanuit mijn praktijk als burgemeester van Utrecht, voorzitter van de VNG en mijn eerdere ervaringen in het lokaal bestuur deel ik graag drie observaties als startpunt voor zo’n  gesprek.

De mensen die mij aanspreken in de buurten en wijken van mijn stad vragen mij keer op keer over allerlei uitvoeringsaspecten van onder andere de gemeente, maar vaak ook van andere overheden. Van tastbare zaken in de openbare ruimte tot ingewikkeldheden met bureaucratie (die kennen vaak geen gemeentegrens). En daarmee is vanuit mijn praktijk gezien de uitvoering van groot belang voor de lokale politiek. De kwaliteit van de uitvoering en de mate waarin de uitvoering aansluit bij de leefwereld van inwoners is bij uitstek politiek. Dat zien we het meest schrijnend als het misgaat, zoals bij de Belastingdienst waar juist het gebrek aan aanraakbaarheid en nabijheid de problemen verergerden.

Mijn tweede punt is het begrip gemeentelijke autonomie, waar ik al een tijdje mee worstel. Voor

onze inwoners maakt het weinig uit welke overheidslaag handelt. In hun ogen zijn we gewoon één

overheid, en terecht. Als je de gemeentelijke taak beperkt tot de opgaven waarover gemeenten autonome beslissingen kunnen nemen, dan ondermijnt dat onze positie als eerste overheid. Wij, gemeenten, ervaren juist dat maatschappelijke opgaven meestal een antwoord op meerdere

overheidslagen vragen. Om het goed te doen voor onze inwoners moeten overheden samenwerken, in plaats van zich terugtrekken op hun eigen domein.

Mijn derde punt betreft de verschuiving die in onze gemeenten plaatsvindt van representatieve

naar participatieve democratie. Geen gemeenteraad kan het zich tegenwoordig veroorloven

besluiten te nemen waar inwoners geen enkele invloed op kunnen uitoefenen, ook al heeft de

gemeenteraad natuurlijk het laatste woord. Dat geldt overigens niet alleen voor inwoners, maar ook voor maatschappelijke instellingen en ondernemers. We werken samen aan maatschappelijke opgaven omdat dat de enige manier is waarop je in de complexe wereld van vandaag stappen vooruit kunt zetten.

Levert dat een rommelig beeld op van het openbaar bestuur in Nederland? Daar heeft Elzinga zeker een punt. En dat is wellicht ook een spiegel van de veranderingen in de samenleving. En daar proberen we als vereniging zo goed en zo kwaad als het gaat mee om te gaan. Bijvoorbeeld met een visie op de maatschappelijke opgaven en onze rol daarbij, als eerste overheid. Of door als gemeenten al zoekende de juiste schaal bij de opgave te vinden, oftewel ‘meerschaligheid’, door interbestuurlijk samen te werken.

Waar de rommeligheid wat mij betreft steeds meer ontstaat, is op de schaal van de regio. Welke regionale schaal hoort bij welke opgave en hoe organiseer je daar de democratische controle? De Rijksoverheid laat weliswaar herindelingen van onderaf plaatsvinden, maar drukt steeds krachtiger op ‘niet vrijblijvende regionale afspraken’. Elzinga verwijst daar ook naar. En precies daar zit hem de crux. Dát gesprek willen we voeren met de minister van Binnenlandse Zaken, niet met elke vakminister afzonderlijk.

Douwe Jan, ik maak graag snel een afspraak.

Jan van Zanen is voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie