Hoe kaalplukken ouderen te voorkomen
Nu het streven is ouderen, met ondersteuning, zo lang mogelijk thuis te laten wonen, zijn meer mensen kwetsbaarder voor misbruik en geweld.

Ouderen zijn een makkelijk doelwit voor mishandeling en uitbuiting. Zeker nu ze langer thuis wonen, ook als ze hulpbehoevend zijn. De lokale aanpak van dit probleem stokt juridisch vaak bij vroege signalering. Tijdelijke bewindvoering wordt nog weinig ingezet.
Een alleenstaande, dementerende man, die emotioneel wordt gechanteerd door een veel jongere vrouw met kinderen. Zij weet flink op zijn gemoed in te werken. Lang blijft het misbruik onopgemerkt, tot een lid van het wijkteam melding doet van een vermoeden van misbruik. Het slachtoffer, hoewel aanvankelijk vermogend, eindigt in de schulden.
‘Zij kon lange tijd doorgaan met bedragen opnemen en spullen bestellen. Je kon het zo gek niet bedenken of ze deed het’, zegt Jeroen van Mierle, wijkagent Senioren en Veiligheid (‘Ik behoor wat leeftijd betreft bijna zelf bij de doelgroep’) in Dordrecht. Het beschreven geval is niet de enige schrijnende casus die Van Mierle op zijn bureau krijgt. Samen met andere ketenpartners neemt de politieman deel aan een lokale alliantie tegen ouderenmishandeling.
Alleen al in de regio Drechtsteden worden daar jaarlijks honderden aangiftes van gedaan. Daar zitten dan wel de aangiften sociale mediafraude – de beruchte whatsappjes van ‘zoon of dochter’ die om geld verlegen zit – bij inbegrepen.
Nu het streven is ouderen, eventueel met ondersteuning, zo lang mogelijk thuis te laten wonen, zijn meer mensen kwetsbaarder voor misbruik en geweld. Ouderenmishandeling heeft overeenkomsten met andere afhankelijkheidssituaties, zoals kindermishandeling en partnergeweld. Maar sommige aspecten zijn typerend voor senioren. Zo krijgen of verlenen zij vaker mantelzorg, waarbij de relatie aan de kant van zowel de verzorger als de verzorgde kan ontsporen. Door geestelijke of lichamelijke achteruitgang kunnen ouderen verder hun eigen zaken niet altijd meer altijd zelf behartigen. Hun netwerk is door het wegvallen van familie en vrienden soms beperkt. Schaamte kan ook een rol spelen: je eigen kind of partner geef je niet makkelijk aan. Verwaarlozing komt ook voor: een oudere financieel ‘kort houden’, met te weinig geld om van te leven.
Ouderen zijn digitaal niet altijd even handig
Uit angst om hulp te verliezen of familierelaties te beschadigen laten ouderen ongewenste situaties vaak voortduren. Ten slotte speelt mee dat ouderen digitaal niet altijd even handig zijn. Dat maakt ze een makkelijke prooi voor vormen van misbruik die lang worden verheimelijkt.
Niet pluis-gevoel
Landelijke cijfers over ouderenmishandeling liegen er niet om. Naarmate de vergrijzing doorzet zal het er niet minder op worden. Een studie van onderzoeksbureau Regioplan, uitgevoerd in Boxtel, Rotterdam en Tilburg, geeft aan dat naar schatting een op de twintig thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ooit te maken krijgt met mishandeling. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) neemt aan dat het feitelijk aantal gevallen hoger ligt. Financieel misbruik komt het meest voor, gevolgd door psychische en lichamelijke mishandeling.
Op lokaal niveau moeten gemeenten zorgen voor een ‘sluitende keten’ van bewustwording en preventie, evenals hulpverlening en nazorg. Maar bij tijdige signa - lering gaat het al mis, zoals ook blijkt uit het relaas van de wijkagent en de bewindvoerder. Professionals in de (gezondheidsen thuis-)zorg, maatschappelijke ondersteuning en welzijn hebben een meldcode en moeten bij een sterk vermoeden ouderenmishandeling, huiselijk geweld en (financiële) mishandeling melden bij Veilig
Thuis of de politie. In veel regio’s worden lokale of regionale allianties tegen ouderenmishandeling gevormd, waarin veel partijen – zowel publiek als privaat – een rol kunnen hebben. Zo wordt notarissen en banken ook gevraagd alert te zijn op misbruik, bij het opstellen en veranderen van testamenten die een ‘niet pluis-gevoel’ geven, of vragen oproepende omstandigheden bankopnames.
Tijdelijke bewindvoering
Hoe eerder wordt ingegrepen, hoe beter. ‘Maar bij financiële uitbuiting van ouderen lopen we meestal achter de feiten aan’, is Van Mierles ervaring. ‘Het idee is om in te grijpen zo gauw er een gegrond vermoeden is. Dat kan door bijvoorbeeld tijdelijke bewindvoering in te laten stellen door de kantonrechter. Zulke pogingen stranden echter vaak bij gebrek aan bewijs. In het beschreven geval was het medische dossier onvoldoende onderbouwd. Een rapportage van een geriater ontbrak. Aan de mogelijkheid van het aanvragen van een spoed-onderbewindstelling is toen niet gedacht.’
Bij financiële uitbuiting lopen we meestal achter de feiten aan
Jeroen van Mierle
Een andere mogelijke interventie is een tijdelijk huisverbod, de mogelijkheid om (vermeende) plegers van misbruik de toegang tot een woning te ontzeggen. Zo kan slachtoffers direct bescherming worden geboden en escalatie worden voorkomen. In de tussentijd kunnen maatregelen worden getroffen.
Die bestuurlijke maatregel wordt echter nog weinig toegepast bij ouderenmishandeling, schrijft de VNG. Een onder bewind gestelde kan niet meer over zijn of haar goederen en vermogen beschikken. Meestal bekijkt de rechter of een familielid de rol van bewindvoerder kan vervullen. Is dit niet mogelijk of onwenselijk (in het merendeel van de gevallen van ouderenmishandeling is de pleger partner of familie), dan kan een externe professionele bewindvoerder worden aangesteld.
Familierecht
‘De meeste slachtoffers zijn opgelucht als zo’n maatregel wordt ingesteld’, weet Dimitri Tsimarakis, jurist en zelfstandig bewindvoerder in Gorinchem. Hij heeft zich gespecialiseerd in financieel misbruik, vooral van senioren. Zijn schatting is dat in 80 tot 90 procent van de zaken met ouderen die op zijn bureau komen sprake is van een vorm van misbruik. ‘Wat zeer zou helpen is bescherming van slachtoffers in een vroeg stadium’, vindt ook hij. Een strafrechtelijk traject wordt lang niet altijd ingezet, tenzij klip en klaar sprake is van diefstal of verduistering. Tsimarakis staat op het standpunt dat opsporingsinstanties niet alleen misdrijven moeten vervolgen, maar net zo goed een taak hebben bij het tijdig stoppen of voorkomen ervan.
‘Vervolging en bescherming zijn vervlochten, maar kennen hun eigen juridische weg. Het personen- en familierecht biedt voldoende aanknopingspunten om dit te realiseren. Ook een officier van justitie is bevoegd om beschermingsbewind aan te vragen. En het ene hoeft het andere niet uit te sluiten. Met andere woorden: als je niet kunt opsporen of vervolgen, wil dat niet zeggen dat je een bestaande situatie niet kunt stoppen.’ De kantonrechter kan volgens hem het bewind limiteren, terwijl tussentijds op proportionaliteit en subsidiariteit (inzet van het minst ingrijpende middel) kan worden getoetst. ‘Verzoeker zou dan binnen twee maanden aan moeten tonen of de maatregel verlengd dient te worden.’
Kantonrechters zijn niet ongenegen mee te werken, maar voor beschermingsbewind moet een beroep worden gedaan op de juiste wettelijke grondslag: problematische schulden, verkwisting en psychische of lichamelijke beperking. Het aantonen van de noodzaak van een maatregel op basis van de gronden kost volgens Tsimarakis veel tijd, en is soms zelfs onmogelijk. Andere vormen van stelen komen ook voor: onrechtmatig spullen verkopen, of aankopen doen tegen de wil van het slachtoffer. Soms worden ouderen gedwongen hun testament of wilsbeschikking te wijzigen of worden ze financieel kort gehouden en verwaarloosd, terwijl er voldoende geld beschikbaar is.
‘Ik ben wel eens een heel weekeinde druk geweest omdat ik wilde dat een verduisterde auto van een cliënt terugkwam’, put hij uit zijn praktijk. ‘Uiteindelijk lukte dat, omdat het voertuig door de politie gesignaleerd werd.’ Lang niet alle bewindvoerders zijn even happig op zulke tijdrovende zaken.
Medische verklaring
Bij onderbewindstelling wegens mentale problemen is een medische verklaring nodig. ‘Dan nog is het moeilijk bewijzen dat betrokkene op het moment dat het misbruik plaatsvond niet heeft ingestemd met het meenemen van goederen of het opnemen van geld. Of dat het slachtoffer ten tijde van het misbruik ook al dementeerde.’ Een andere ingang biedt het Algemeen Burgerlijk Wetboek, waar bescherming als grondslag volstaat. Meestal is bij ouderenmishandeling sprake van een glijdende schaal: van kwaad tot erger. ‘Signalen kunnen zijn dat kinderen of andere familieleden die zich voorheen weinig lieten zien opeens vaak op bezoek komen’, aldus Tsimarakis.
‘Een thuishulp of vrijwilliger wordt gevraagd te pinnen en neemt meer op dan afgesproken, of houdt geld achter bij het boodschappen doen. Na verloop van tijd ontstaan schulden en wordt de huur niet meer betaald. Dan trekt de corporatie aan de bel.’ Juist in zulke gevallen bewijst een keten van signalering en zorg z’n waarde. Het misbruik stopt pas als er geen financieel voordeel meer is te behalen, of als de dader is betrapt. ‘Soms is het al voldoende als de dader beseft dat hij of zij in de gaten gehouden wordt’, weet Van Mierle.
Na Kamervragen over ouderenmishandeling heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport toegezegd een ‘expertpool’ op te zetten, waar gemeenten en regio’s expertise kunnen inhuren, ter ondersteuning bij de aanpak van ouderenmishandeling. ‘Met een inhoudelijke focus die bij de lokale context past’, voegt een woordvoerster van het ministerie toe.
Expertpool
Zo’n maatwerkaanpak is nodig, omdat elke gemeente het lokale veld anders organiseert. De beoogde expertpool kan volgens de woordvoerster met enige vertraging later dit jaar met zijn werk beginnen. ‘De uitwerking van een passende financiële constructie en de concretisering van het type ondersteuning, en hoe die praktisch kan worden ingevuld, vraagt extra tijd’, zegt ze. ‘Op die manier wordt ingezet op een goede match tussen de inzet van experts en lokale en regionale behoeften. Zo kunnen gemeenten die nog werken aan een goede basis voor de aanpak van ouderenmishandeling de expertpool inzetten als onder andere kwartiermaker. En gemeenten die al een goede basis hebben, kunnen een stap verder gaan in het toespitsen van hun aanpak, bijvoorbeeld door het versterken van lokale samenwerking, met hulp van de expertpool.’ Met de regio’s is volgens haar het onderwerp besproken. Het wachten is nu op een voortgangsrapportage, half december.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.