Flevoland subsidieert scholing ondernemers

Scholingsoffensief
Voor bedrijven stelt de provincie twee keer 500 euro beschikbaar om leidinggevenden naar een cursus te sturen. Zelfstandigen kunnen een tegoedbon van 250 euro krijgen. ‘Flevoland is een arme provincie. Met dit scholingsoffensief naar aanleiding van de crisis willen we de mobiliteit binnen het mkb toch staande houden. Het mkb moet zich blijven scholen’, aldus provinciewoordvoerder Amanda Kause.

Woon-werkbalans
Uit een nulmeting onder 500 werkgevers en 200 zzp’ers bleek dat er vanuit het veld behoefte is aan deze aanpak. Niet alle sectoren komen in aanmerking voor de subsidie. ‘Flevoland is de meest innovatieve provincie van Nederland. We zetten in op hoogwaardige kwaliteit. We bedienen dan ook alleen onze kansrijke speerpuntsectoren: zakelijke dienstverlening, ict, creatieve industrie, logistiek en groothandel, industrie, en toerisme en congressen.’ Met de subsidie probeert Flevoland de scheve woon-werkbalans in de provincie te veranderen. ‘Nog steeds werken veel Flevolanders buiten de provincie. We proberen er alles aan te doen om de werkgelegenheid deze kant op te krijgen, met name in de kansrijke sectoren.’

Scholingsmakelaars
Kause bevestigt dat bedrijven cursussen zelf ook wel kunnen betalen. ‘Maar je ziet wel dat bedrijven hier eerder in investeren, wanneer ze vanuit de provincie worden ondersteund. Natuurlijk moeten ze zelf ook nog geld bijleggen voor een goede cursus.’ Het cursusaanbod dat wordt vergoed is heel breed. ‘Als het de kwaliteit maar verhoogd. We hebben een scholingsdatabase op de website, waar allerlei opleidingen op onder meer mbo en hbo-niveau worden aangeboden. Bedrijven kunnen zich ook laten adviseren door scholingsmakelaars.’

Arbeidsmarkt
Kause vindt niet dat werklozen of mensen met een slechte startkwalificatie met de politieke keuze voor ondersteuning van het mkb buiten de boot vallen. ‘De aanpak wordt Statenbreed gesteund. Dit is slechts een onderdeel van ons beleid. Beleid op startkwalificaties ligt bij gemeenten, maar we hebben wel het sociaal platform arbeidsmarkt, waarin we op regionaal niveau met gemeenten naar de arbeidsmarkt kijken.’