Om het zogenaamde Bodemarchief – alles wat onder de grond ligt - beter te beschermen, werd op 1 september 2007 de Wet op de archeologische monumentenzorg van kracht. Die wet regelt dat zoveel mogelijk bodemschatten onder de grond bewaard moeten worden. Op die manier worden de schatten het best geconserveerd en het geeft toekomstige generaties toegang tot ons collectief verleden.
Wet op archeologie schiet doel voorbij
De wet op de archelogische monumentenzorg moet de historische bodemschatten veiligstellen. Maar de wet, die sinds vorig jaar van kracht is,…
De tweede richtlijn bepaalt dat overheden rekening moeten houden met archeologie in hun ruimtelijke ordeningsbeleid. En als laatste geldt: de verstoorder betaald. Als het niet mogelijk is de bodemschatten op de vindplek te bewaren, dan draait de projectontgwikkelaar op voor de kosten van berging, conservering en het documenteren van de vondst.
De opstellers van de wet gingen ervan uit dat de kosten hiervan zo zouden oplopen, dat projectontwikkelaars al gauw naar een andere locatie zouden omzien.
Marktwerking in de archeologie heeeft er echter voor gezorgd datg er veel nieuwe partijen de opgravingsmarkt hebben betreden. Met als gevolg lagere prijzen, die de projectontwikkelaars gemakkelijk in de huizenprijs kunnen doorberekenen. Daarmee staat het in situ bewaren steeds meer onder druk.