Greenport Holland, een nieuw merk

Geen uitstel
Gisteren presenteerde hij haar het rapport ‘Vitaal tuinbouwcluster 2040’, dat met luid applaus in ontvangst werd genomen. En dat is maar goed ook, want ‘de sector kan geen uitstel meer dulden’, zegt de voorzitter van de adviesgroep ‘Tuinbouwcluster Greenport.NL’.

Tuinbouw als multionational
De tuinbouw verkeert in zwaar weer door de crisis. Dat is slecht nieuws voor Nederland, want de sector is een van ‘s lands belangrijkste exportsectoren en goed voor meer dan honderdduizend banen. Maar ook voor de rest van de wereld: ons land is koploper op het gebied van duurzaamheid en voedselveiligheid. ‘Daarom moeten we een offensief beleid voeren om wereldspeler te worden en te blijven’, aldus Nijkamp. Dat betekent nieuwe producten ontwikkelen en de blik naar buiten richten. De tuinbouw moet als een multinational gaan opereren.

Productiehubs
Latijns-Amerika en Azië zijn de plekken waar de bevolking de komende decennia explosief zal stijgen, weet Nijkamp – dáár moet je dus zijn. ‘Niet alleen door lokale bedrijfjes in te huren, maar door agressief een rol te spelen met productiehubs, veilingen, distributiekantoren en handelshuizen.’ Op de Aalsmeerse bloemenveiling na loopt de tuinbouwsector nu achter op internationaal gebied.

Mister Tuinbouw
Een belangrijke oorzaak daarvan is de gebrekkige onderlinge organisatie. Nijkamp: ‘We weten wie Mister Schiphol is, en Mister Port of Rotterdam, maar wie is Mister Tuinbouw? Tijdens handelsmissies vallen er soms vijf vertegenwoordigers van de sector over elkaar heen. Er moet een democratisch opererend orgaan komen met één CEO die met de minister van Buitenlandse Zaken mee op reis gaat.’

Mainport
Greenport  Holland moet dat orgaan gaan heten. Nijkamp pleit voor een mainport-statuur, net als Schiphol en de Rotterdamse haven. Daarmee kan het centraal besluiten nemen waar de hele sector zich bij heeft neer te leggen. Als de aanbevelingen van het rapport gevolgd worden, is Greenport Holland na de zomer een feit.