De Nederlandse waterleidingbedrijven investeren structureel te weinig om het drinkwaterleidingnet op den duur robuust en op peil te houden. ‘We moeten voorkomen dat de drinkwatervoorziening op het zelfde plankje terecht komt als de spoorwegen.'
Onvoldoende geld voor vervanging waterleidingen
Nederland investeert 400 miljoen te weinig om het drinkwaterleidingnet op peil te houden. Dat stelt ingenieur van Eekeren, ingenieursbureau…
Professor in Sjanghai
Dat stelt ingenieur Marc van Eekeren, directeur zakelijke ontwikkeling van ingenieursbureau Royal Haskoning. Hij is tevens buitengewoon hoogleraar aan een universiteit in Sjanghai. ‘Nederland kent waarschijnlijk de meest betrouwbare drinkwatervoorziening ter wereld, maar die positie staat onder druk omdat we steeds meer zijn gaan koersen op kostenreductie in plaats van innovatie, laat staan op vervanging’, aldus Van Eekeren.
400 miljoen euro te weinig
Per jaar investeren de drinkwaterbedrijven gezamenlijk rond de 250 miljoen euro aan vervanging van leidingen en aan het op peil houden van de infrastructuur. Dat is voor het moment voldoende, maar het bedrag moet volgens Van Eekeren omhoog tot 650 miljoen euro. ‘Alleen dan zullen we de infrastructuur in de toekomst in goede of zelfs betere staat kunnen doorgeven aan de volgende generatie’.
Riolering krijgt 6 maal zoveel
Als ‘water’ingenieur kijkt hij met enige jaloezie naar de rioleringsbranche: ‘Daar investeren ze bij een vergelijkbare lengte aan leidingen – rond de 115 duizend kilometer- ruim zes maal zoveel in vervanging. Daar was wat achterstallig onderhoud, maar dat zijn ze nu flink aan het wegwerken. De drinkwatervoorziening daarentegen dreigt op het zelfde plankje te komen als de spoorwegen. Dat moeten we niet hebben’.
VEWIN herkent beeld niet
De Vereniging van Drinkwaterbedrijven VEWIN zegt zich niet te herkennen in het geschetste beeld. ‘De huidige drinkwaterinfrastructuur functioneert goed, is robuust en drinkwaterbedrijven zijn voorbereid op de vervanging die de komende decennia nodig zal zijn.
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Ons drinkwaternet zal voor het grootste deel "robuust en op peil" zijn, dat geldt echter niet voor heel Nederland. In Drenthe bijvoorbeeld, aan de Eldijk in Dalen waar ik toevallig al 20 jaar woon, moeten wij het nog steeds doen met een waterleiding uit 1958 (eternit!!) die gemiddeld 2x per jaar doorbreekt, een vaak veel te lage druk heeft, e.d.
Bij de start van de restauratie/renovatie van onze eeuwenoude dorpskern Urk weigerde de WMO de uit 1945 daterende ac leidingen te vervangen. In sommige straten leeft een angst dat er meer slopende ziektegevallen voorkomen dan elders.Enig verband?
Een ingenieur die adviseert om te bouwen neem ik altijd met een korreltje zout. Hoewel een externe soms de vinger van buiten beter op de zere plek legt.
Als u ontevreden bent over uw waterkwaliteit, laat het gewoon meten.
Als u leiding elk jaar breekt
en u storing heeft, stel ze in gebreke. Zou u bij elk aner product ook doen. Overstappen lukt niet
De waterleidingbedrijven in Nederland gaan er prat op dat ze altijd zo goed scoren in de efficiency-benchmarks en er nog steeds sprake is van dalende tarieven. Koepelorganisatie VEWIN neemt daarbij andere spelers in de (afval)waterketen zoals waterschappen en gemeenten nogal eens de maatals zouden die van de drinkwaterbedrijven kunnen leren. Keerzijde daarvan is kennelijk dat onvoldoende vervangingsinvesteringen worden gepleegd. Aandeelhouders (veelal gemeenten) in raden van commissarissen wordt geadviseerd primair oog te hebben voor een goede, ongestoorde drinkwatervoorziening i.p.v. het laagste tarief. Het gaat tenslotte om een primaire levensbehoefte.
Uit o.a. een publicatie van VEWIN (Infrastructuur Drinkwatervoorziening) blijkt dat de historische boekwaarde van de huidige drinkwaterstructuur zo'n 2,6 miljard bedraagt. Uitgaande van een levensduur van zeg 25 jaar leert een simpel rekensommetje dat de waterleidingbedrijven minimaal ruim 100 Meuro per jaar aan vervanging dienen uit te geven. De vergelijking met de rioolbranche gaat niet op omdat deze i.t.t. de drinkwatersector de afgelopen decennia niet of veel te weinig hebben geinvesteerd in uitbreiding en/of vervanging.