De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is het eens met de Algemene Rekenkamer dat het gelijktijdig subsidiëren van (toekomstige) warmtenetten en warmtepompen in dezelfde wijk de haalbaarheid, betaalbaarheid en uitlegbaarheid van de warmtenetten negatief beïnvloedt. Daardoor lopen de totale nationale kosten voor energie onnodig op.
VNG: schaarse warmtemiddelen beter benutten
De VNG onderschrijft de visie van de Algemene Rekenkamer dat warmtesubsidies efficiënter moeten worden ingezet.
Doelmatig
De VNG oordeelt dat het warmtealternatief met de laagste nationale kosten ook altijd het aantrekkelijkste alternatief voor eindgebruikers moet zijn. ‘We moeten de schaarse financiële middelen doelmatig inzetten en het rijk moet zijn stimuleringsbeleid optimaliseren om betaalbaarheid te bereiken.’
Hoog inkomen
De Rekenkamer stelde vorige week vast dat subsidies voor (hybride) warmtepompen vooral terecht komen bij woningeigenaren met een relatief hoog inkomen. ‘De installatie van warmtepompen in warmtenetwijken heeft tot gevolg dat de warmtenetten door minder bewoners betaald moeten worden en dus minder aantrekkelijk worden’, stelt de VNG nu vast. ‘Om toch te zorgen voor betaalbaarheid, zijn dan weer extra regelingen vanuit het rijk nodig.’
Onderzoek
Daardoor draagt de huidige inzet van subsidies onvoldoende bij aan de betaalbaarheid. ‘Dit kan leiden tot negatieve gevolgen voor de bestaanszekerheid van mensen met een relatief lager inkomen in appartementen en huurwoningen.’ Volgens de VNG is meer onderzoek nodig naar het verbeteren van het financieel instrumentarium onder de warmtetransitie, zodat het ‘bijdraagt aan een meer doelmatige en rechtvaardige besteding van de financiële middelen’.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Het totale nationaal energiebeleid dient te worden aangepast aan de huidige situatiatie (o.m. primair prioriteit op isolatie woningen en bedrijfspanden, capaciteit stroomnet en kernenergie. Secondair op warmtepompen, warmtenetten, aardwarmte, waterstof en windmolens op zee, waar techisch en financieel mogelijk.