Geen enkele politieke partij heeft een toegankelijk partijprogramma. Dat blijkt uit een onderzoek van politicoloog en expert digitale toegankelijkheid Iacobien Riezebosch. Ze onderzocht de pdf’s van 24 partijprogramma’s en conceptpartijprogramma’s op toegankelijkheid.
Geen enkel partijprogramma is toegankelijk
Geen van de onderzochte pdf’s van de partijprogramma's voldoet aan de internationale toegankelijkheidsnormen.
Internationale standaarden
Alle beschikbare partijprogramma’s werden getoetst aan de internationale ISO-standaarden die relevant zijn voor toegankelijke documenten: WCAG 2.1(Web Content Accessibility Guidelines) en PDF/UA (de technische standaard voor toegankelijke pdf’s). Geen van de 24 pdf’s voldoet aan de internationale toegankelijkheidsnormen (WCAG 2.1 en PDF/UA-1).
Uit het onderzoek blijkt onder meer dat geen van de partijprogramma’s een beschrijvende documenttitel in de metadata heeft staan, of werkende navigatie via koppen, of tekstalternatieven bij afbeeldingen, zodat blinde mensen weten wat er op de afbeeldingen te zien is. In 11 van de 24 onderzochte programma’s is er onvoldoende contrast tussen tekst en achtergrond. Dat maakt de tekst voor slechtziende kiezers moeilijk leesbaar.
Structurele ongelijkheid
Er zijn ongeveer 2,8 miljoen kiesgerechtigden die blind, slechtzien, dyslectisch of doof zijn, of cognitieve of motorische beperkingen hebben. Voor hen zijn toegankelijke documenten een voorwaarde om gelijkwaardig te kunnen deelnemen aan het democratisch proces.
‘Wanneer bijna 3 miljoen kiesgerechtigden essentiële politieke informatie niet volledig kunnen raadplegen, is er sprake van een structurele ongelijkheid in informatievoorziening,’ schrijft Riezebosch. ‘Dat ondermijnt het gelijkheidsbeginsel waarop democratie is gebaseerd.’
Slecht leesbaar
Een toegankelijke pdf kan er op het oog hetzelfde uit zien als een ontoegankelijke pdf, maar onder de motorkap is het verschil groot. Een toegankelijke pdf bevat een laag met codes (tags) die de structuur en betekenis van alle elementen aangeven. Daardoor is voor digitale hulpmiddelen duidelijk wat de koppen, alinea’s en afbeeldingen zijn, hoe ze zich tot elkaar verhouden en in welke volgorde ze moeten worden gepresenteerd. Deze laag ontbreekt in alle gevallen. Slechts 8 van de 24 programma’s maakt überhaupt gebruik van tags.
Met een voorbeeld van een voorvertoning uit een schermlezer en voorleessoftware laat Riezebosch zien hoe slecht leesbaar een tekst wordt die niet toegankelijk is gemaakt. In het voorbeeld worden regelnummers in de tekst geplaatst door een verkeerde opmaak. Daardoor leest de kiezer: ‘En als u mij vraagt of wij de 63 oplossingen hebben: kan ik eigenlijk maar één ding zeggen: 64.’

Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Tijdens het RTL4 debat kwam o.a. de hypotheekrente aan de orde. De belangrijkste aspecten kwamen in het debat niet aan de orde zoals:
-wat zijn de gevolgen voor het financiële systeem en het belastingsysteem als de hypotheekrente wordt afgeschaft? Wat zijn de gevolgen voor de woningprijzen: komen veel woningen net als in het verleden opnieuw onder water te staan? Hoe te handelen t.a.v. hypotheken bij de bedrijven?
-hoe liggen de totale financiële verhoudingen op dit moment tussen eigenaren en huurders? Zie woonkosten hieronder.
-is het terecht dat een eventuele opbrengst van het afschaffen van de hypotheekrente wordt verwerkt in de belastingtarieven, waarvan eigenaren dan duidelijk minder financieel voordeel zullen terugkrijgen en huurders juist meer?
Kortom, het idee om hypotheekrente af te schaffen roept nogal wat vragen op waarover beter moet worden nagedacht. Of wordt hier in de plaats van bouwen, bouwen, bouwen soms weer een nieuw lapmiddel voor de woningmarkt geïntroduceerd?
Kosten.
Denk bij kosten eigenaren m.n. aan: indirecte bijdragen van veel eigenaren aan sociale woningbouw, overdrachtsbelasting, betaalde b.t.w., betaalde hypotheekrente/onder aftrek hypotheekrente , forfait eigenwoning, OZB, rioolbelasting waterschapsbelasting (eigenaar en gebruiker), onderhouds- en renovatiekosten.
Denk bij kosten van huurders met name aan: indirecte investeringskosten derden voor sociale woningbouw, huur/onder aftrek huurtoeslag, waterschapsbelasting (allen gebruiker), alleen kleine onderhoudskosten.