Ongewenste sluiproute
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) vermoedt ‘een ongewenste sluiproute’ die lekken mogelijk maakt. De gemeentekoepel gaat minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken, PvdA) vragen ‘of zij het nodig vindt om dit mogelijke hiaat in de wet te repareren’, laat een woordvoerder weten. Aanleiding is een advies van Douwe Jan Elzinga, hoogleraar staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen en columnist van Binnenlands Bestuur, aan de gemeente Ede.
Lek in geheimhoudingsplicht
Volksvertegenwoordigers kunnen aan hen opgelegde geheimhouding gemakkelijk omzeilen. Als zij vertrouwelijke onderwerpen in openbare…
Lees hier het hele artikel Lek in geheimhoudingsplicht uit Binnenlands Bestuur nr. 39, 25 september 2009.
Lees hier de notitie Immuniteit versus geheimhoudingsplicht van D.J. Elzinga.
Reacties: 6
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Misschien is het raadzamer het lek tussen de oren te dichten!
Immers, er wordt zo naar de media te oordelen (verlenging oorlog Afganistan?) nogal veel vertrouwelijk voorbereid, waarbij vergeten wordt dat het in dit land om een democratie gaat.
Dat volksvertegenwoordigers met een constructie proberen hieraan te ontkomen, verbaast mij dan ook niets.
als geheimhouding in het belang van de overheid is, zoals bv bij commerciële zaken, dan is lekken niet wijs.
bewust lekken is manipulatief en dient vooral eigenbelangen.
ongewenst 'lekken' in regelgeving af te vangen, zal zeker niet eenvoudig zijn
Het is jammer dat in de Edese zaak niet de werkelijke vraag beantwoord is. Waarschijnlijk omdat de juiste vraag ook niet gesteld is.
De vraag die nu beantwoord is is de vraag of het betreffende raadslid gestraft kan worden voor het "schenden van de geheimhoudingsplicht". En dat kan dus blijkbaar niet; het raadslid is immuun voor vervolging.
De vraag die echter veel interessanter is, is de vraag of dit raadslid die geheimhoudingsplicht ook werkelijk geschonden heeft.
In deze kwestie gaat het over stukken waarvan in een raadscommissie afgesproken was dat deze geheim moesten blijven.
Desondanks verschenen de stukken enige tijd later op de openbare website van de gemeente. Het raadslid zag in deze publicatie aanleiding zich van zijn geheimhoudingsplicht ontslagen te achten.
Het lijkt me dan ook dat in deze kwestie de vragen over "hoe gaan we om met geheimhouding" en "wat zijn de kaders waarbinnen geheimhouding moet plaatsvinden" méér op z'n plaats zijn.
Een raadslid dat "geheimhouding" wat anders interpreteert, of een raad die bij het minste of geringste naar het middel van geheimhouding grijpt. Wat is een grotere bedreiging voor een open en transparante overheid?
Terzijde moet gezegd worden dat in de onderhavige kwestie het er alle schijn van heeft dat de burgemeester in kwestie nog een appeltje te schillen had met het betreffende raadslid.
A.S. den Boer (raadslid) schrijft: "Als geheimhouding in het belang van de overheid is..." Maar sinds wanneer heeft de overheid een apart belang? Het zou allemaal moeten gebeuren in het algemeen belang, d.w.z. het belang van alle burgers. Dan is er waarschijnlijk heel wat minder geheimhouding nodig dan allerlei bestuurders en aan hen volgzame raadsleden nu "nodig" vinden.
Paul van der Hart heeft gelijk. De politieke kaste reageert als een oester en probeert onmiddellijk een "lek in de regelgeving" te dichten, in plaats van over de zaak zelf na te denken. Die reflex om onmiddellijk een afleidingsmanoeuvre te beginnen in de vorm van een discussie over regeltjes, is een nagel aan de doodskist van de democratie. Mede met dank aan de overgrote meerderheid van onze "volksvertegenwoordigers".
Raadslid Den Boer van "mijn" gemeente heeft natuurlijk gelijk, al is het belang van de overheid inderdaad - zoals Michiel Jonker stelt - gelijk aan het algemeen belang. Raadslid Den Boer doelt echter (denk ik) op bijvoorbeeld onderhandelingen die lopen voor grondaankoop. Het openbaar maken van elementen uit de onderhandelingen, kan zeer in het voordeel werken van commerciële partijen, zoals wel bleek uit de strop van € 10 miljoen die de gemeente Amersfoort eind 2008 te verwerken kreeg. In die zin is het eigen belang van de overheid te omschrijven als het waarborgen van het algemeen belang. Daarvoor is wel eens nodig dat zaken - enige tijd - vertrouwelijk blijven.
Dat het Edese D66-raadslid van Dalen en de burgemeester, voorheen staatssecretaris van Defensie, van de Knaap elkaar niet liggen is duidelijk. De achtergronden daarvan (m.n. de affaire Spijkers) zijn ook bekend.
Waar het om gaat is echter dat deze burgemeester een duur advies nodig heeft om uit te vinden wat hij, uit hoofde van zijn functie, eigenlijk als parate kennis voorhanden dient te hebben. Of aan de gemeentelijke juristen had kunnen vragen.
Bovendien als en indien een alerte journalist (die zijn schaars op de Veluwe, maar toch) had gezien wat het raadslid zag op de website van de gemeente, en daarover had gepubliceerd was de commotie intern bij de gemeente niet minder geweest. Maar was er niet zo veel herrie ontstaan over een blunder van de ICT-jongens van de gemeente Ede.
Bij alle gedoe wordt ook uit het oog verloren dat er de facto een flinke schadepost voor de gemeente dreigt als de Europese Commissie inderdaad tot in gebreke stelling van de gemeente overgaat. Want dat betekent dat de gemeente niet volgens de Europese aanbestedingsregels heeft gehandeld, en dat levert doorgaans een forse boete op.
Tot slot: als sommige CDA en CU raadsleden, en in het spoor daarvan de burgemeester, de zaak niet zo hadden opgeblazen, zou er ook niet zo veel landelijke publiciteit zijn ontstaan.
Het lijkt er een beetje op dat er op de boodschapper geschoten wordt om de boodschap naar de achtergrond te drukken.