Woonadres
De man vroeg de gemeente Rotterdam in 2005 om informatie uit de gemeentelijke basisadministratie. Hij wilde weten aan wie in de voorafgaande twee jaren gegevens over hem waren verstrekt en welke informatie was afgegeven. Het ging hem er met name om aan wie zijn oude woonadres was meegedeeld.
EU-Hof: 'Toegang voor burgers tot GBA moet langer'
Burgers die informatie willen over hun gegevens in de gemeentelijke basisadministratie mogen niet worden afgescheept met informatie van…
Een jaar
De gemeente gaf hem die informatie slechts van een jaar. De Raad van State vroeg het Hof of de termijn strookt met EU-regels.
Niet voldoende
Het Europees Hof van Justitie oordeelt dat het verstrekken van gegevens over een jaar niet voldoende is. Volgens de regels staat het EU-lidstaten vrij een termijn te bepalen voor het bewaren en verstrekken van informatie. Daarbij moet wel een belangenafweging worden gemaakt. Dat betekent dat er in het geval van de Rotterdammer had moeten worden aangetoond dat het langer bewaren van informatie een buitensporige last zou betekenen voor de gemeente.
Last
Met die last valt het in dit digitale tijdperk wel mee, veronderstelt Ton Kassenaar, adviseur van de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken. En dus zullen gemeenten niet langer kunnen volstaan met de informatietermijn van een jaar, zoals die is vastgelegd in de Wet GBA. Die schrijft nu voor dat burgers kunnen opvragen aan wie hun GBA-gegevens zijn verstrekt in het jaar voorafgaand aan het verzoek. Kassenaar: ‘Je zult die procedure moeten aanpassen, evenals het computersysteem om te voorkomen dat de informatie na een jaar automatisch wordt verwijderd.’
Controleren
Overigens komt het volgens hem weinig voor dat burgers een dergelijk verzoek indienen. ‘Maar het is hun goed recht, ook om te controleren of op de juiste manier met hun gegevens wordt omgegaan.’
