sociaal / Partnerbijdrage

Wet inburgering; 3 tips voor gemeenten

Wet inburgering; 3 tips voor gemeenten

20 februari 2020
InsightImage-TwoThirdsWidth.jpg

Gemeenten hebben in het nieuwe stelsel van de Wet Inburgering veel vrijheid om keuzes te maken om uiteindelijk invulling aan de wetgeving te geven. In dit artikel 3 tips om deze keuzevrijheid in te vullen.

Extra taken voor gemeenten

De nieuwe wet Inburgering is per 1 januari 2021 een feit. Vanaf dat moment moeten gemeenten extra taken uitvoeren als het gaat om het bieden van passende leerroutes en maatschappelijke begeleiding voor statushouders. Volgens de VNG is voor de uitvoering van deze taken € 94 miljoen programmakosten, € 103 miljoen uitvoeringskosten en eenmalig € 54 miljoen voor de voorbereiding nodig. Belangrijk is dat taal en werk gecombineerd wordt aangeboden, zodat statushouders zo snel mogelijk inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt en goed ingeburgerd zijn in de Nederlandse samenleving. Dit lijkt eenvoudig, maar stelt gemeenten voor een aantal vraagstukken waar vandaag de dag al over nagedacht moet worden.

Zo is in voorafgaande maanden duidelijk geworden dat het Ministerie verwacht dat 60% van de statushouders instroomt in het onderwijs of in de B1 route. Op basis van deze cijfers is een voorlopig financieel plaatje én een set aan verplichtingen opgesteld. Wij verwachten daarentegen dat ongeveer 60% instroomt in de Z-route, die langduriger en intensiever is en daarmee tot hogere kosten zal leiden. Naar ons idee is dit beeld helaas dan ook té rooskleurig.  

Verder is het belangrijk voor gemeenten om na te denken over het volledig zelf uitvoeren van de verplichtingen of het (gedeeltelijk) uitbesteden. Gemeenten moeten hierin een keuze maken en daarbij de uitvoering van de nieuwe wet, het reeds bestaande netwerk van organisaties en de verwachte beperkte instroom van het aantal statushouders meenemen in de overwegingen. Wij verwachten dat de meeste gemeenten zonder samenwerking met andere gemeenten en partners de nieuwe wet niet kunnen uitvoeren. 


De 3 belangrijkste tips

  1. Denk na over (regionale) samenwerking
    De wetgever vindt regionale samenwerking bij uitvoering van deze taak zeer belangrijk, vanwege het bieden van maatwerk en flexibiliteit van de leerroutes. De verwachting is dat de komende jaren het aantal statushouders van een dermate (geringe) omvang is, dat regionale samenwerking noodzakelijk is. Samenwerking komt de effectiviteit en efficiency ten goede, daarbij kunnen aanzienlijke regionale verschillen zijn die verband houden met de spreiding van statushouders in Nederland. Met name gemeenten van beperkte omvang en een relatief hoog aantal statushouders zijn eerder geneigd de samenwerking te zoeken. Wij voorzien dat een aantal onderdelen zich goed leent voor regionale samenwerking; bijvoorbeeld bij inkoop van leerroutes en de gezamenlijke voorbereiding. Regionale samenwerking ligt minder voor de hand daar waar het gaat om het onderdeel maatschappelijke begeleiding, al dan niet in combinatie met het lokale welzijnswerk. Dit geldt ook voor het uitvoeren van de brede intake en PIP; dit is immers een gemeentelijke taak. 
     
  2. Betrek werk bij beleidsvorming rondom inburgering
    De nieuwe Wet inburgering brengt meer met zich mee dan alleen inkoop van de drie leerroutes. Het gevaar bestaat dat gemeenten bij de inkoop een té beperkte benadering kiezen en zich uitsluitend richten op de inkoop van de taalcomponent. Een belangrijk uitgangspunt van de nieuwe wet is de combinatie tussen leerroutes en werk. Wij zien dat leerwerkbedrijven een belangrijke bijdrage kunnen leveren bij het aanbieden van het werkcomponent. Door samenwerking met lokale leerwerkbedrijven kan de gemeente een geïntegreerde benadering bieden, waarmee het doel van de wet optimaal wordt geborgd. 
     
  3. Prestaties en inkoop; neem onzekerheden mee in aanbestedingsstukken
    Bij de inkoop van leerroutes heeft het Ministerie verschillende verplichtingen voor ogen. Voor de uitvoering van de Z-route geldt een inspanningsverplichting. Voor het uitvoeren van de B1 en onderwijsroute geldt een resultaatsverplichting. 

    Op de resultaatsverplichting is de afgelopen maanden veel kritiek gekomen. Door invoering van deze verplichting wordt een gemeente gedeeltelijk (financieel) verantwoordelijk  gehouden voor het inburgeringsproces als geheel en meer specifiek voor het succesvol afronden van de leerroutes. De statushouder zelf heeft een belangrijke rol in het bereiken van het resultaat. Daarnaast geldt dat betrokkenheid van diverse partijen in de keten, leidt tot een beperkte sturing op het resultaat door gemeente. Gedeelde verantwoordelijkheid in de keten leidt over het algemeen tot problemen omdat sturingsmogelijkheden beperkt zijn. De gemeente kan bij de inkoop van leerroutes proberen te kiezen voor een verdeling van verantwoordelijkheden, onder meer door het ‘doorleggen’ van deze financiële prikkel naar samenwerkingspartners. 

    Zolang het Ministerie geen duidelijk standpunt inneemt, blijft de gemeente met onzekerheden zitten. De gemeente kan niet op het Ministerie wachten, omdat het inkoopproces tijd kost. Wij adviseren u om onzekerheden mee te nemen in de aanbestedingsstukken en risico’s te beleggen bij de partij die het beste in staat is deze te beheersen. 


Hoe bieden gemeenten hun statushouders goede dienstverlening? 

Gemeenten hebben de nodige voorbereidingstijd nodig om van de implementatie van de nieuwe Wet inburgering werkelijk een succes te maken en statushouders echt een goede dienstverlening te bieden. Die voorbereiding is niet alleen belangrijk om inhoudelijke redenen, maar ook om overschrijdingen op het inburgeringsbudget te voorkomen. Het is aan gemeenten om in deze fase van de invoering van de nieuwe wet keuzes te maken, hiermee voorkomt u problemen in de uitvoering. 


Contactpersonen

Zwanet van Kooten Senior manager BDO Advisory | branchegroep Lokale Overheid Eveline Bakker Sr. Manager Aanbestedingsrecht BDO Utrecht

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

H. Wiersma / gepens.
Maar eerst moeten de financiële problemen rond de compensatie Rijk richting gemeenten zijn opgelost!