Vastgoedorganisaties en woningcorporaties luiden de noodklok over het investeringsklimaat op de woningmarkt. De situatie is volgens partijen als Aedes, IVBN, NEPROM, Vastgoed Belang en het Professioneel Platform Vastgoed.nl aanzienlijk verslechterd. Zij roepen het kabinet op om snel werk te maken van structurele verbeteringen, onder meer via fiscale hervormingen en versterking van de uitvoeringskracht bij overheden.
Vastgoedpartijen roepen op tot beter investeringsklimaat
Contrast op de woningmarkt: het investeringsklimaat verslechtert, de bouwproductie krabbelt op.

Onvoldoende effect
De organisaties wijzen op eerdere toezeggingen tijdens de Woontop en de Nationale Prestatieafspraken, die onvoldoende effect sorteren. Zo blijft de realisatie van 100.000 nieuwe woningen per jaar ver buiten bereik zonder stevige investeringen van zowel woningcorporaties als commerciële beleggers. De politieke onzekerheid en dreigende beleidsmaatregelen, zoals de inmiddels ingetrokken huurbevriezing, maken investeren onaantrekkelijk.
Woningmarktadviseur Capital Value wijst aanvullend op het structureel achterblijven van buitenlandse investeringen en pleit voor maatregelen zoals een lagere overdrachtsbelasting en een gelijk fiscaal speelveld. Volgens topman Arjan Peerboom is een stabiel huurbeleid essentieel om het vertrouwen van investeerders terug te winnen.
Licht herstel van de bouwproductie
ING Research brengt echter licht optimistisch nieuws. Volgens een onderzoek van de bank laat bouwproductie in 2025 een bescheiden herstel zien. Na een krimp van 2,9 procent in 2024, dat vooral werd veroorzaakt door minder afgegeven vergunningen en dalende verkoop in 2023, trekt het bouwvolume sinds begin dit jaar weer aan. Vooral de woningnieuwbouw draagt bij aan deze groei.
Structurele obstakels
Toch is het herstel broos, stelt ING. Structurele obstakels zoals netcongestie en een tekort aan bouwgrond blijven de sector parten spelen. De bank voorziet een lichte stijging van het aantal opgeleverde nieuwbouwwoningen naar circa 70.000 in 2025, gevolgd door stabilisatie in 2026.
De verbeterde leenruimte voor consumenten dankzij lagere rente en hogere lonen speelt een rol in het herstel. Desondanks blijft de verwachte groei van de bouwproductie beperkt tot 1,5 procent in 2025 en 2 procent in 2026.
Een ander positief signaal is het afnemende aantal faillissementen onder bouwbedrijven. Hoewel in 2024 vooral gespecialiseerde bedrijven, zoals installateurs van zonnepanelen, het moeilijk hadden, zijn de meeste bouwondernemingen volgens ING financieel gezond gebleven.
Stijgende loonkosten
Aannemers tonen bovendien meer vertrouwen in de markt. Ze zien hun orderportefeuilles groeien en nemen weer personeel aan. Waar begin 2024 het ondernemersvertrouwen nog bijna negatief was, is sindsdien sprake van een gestage toename. In juni 2025 gaf een derde van de bouwbedrijven aan hun verkoopprijzen te willen verhogen. Hoewel materiaalkosten relatief stabiel blijven, drukken de stijgende loonkosten op de marges. De marktvraag lijkt echter voldoende om prijsverhogingen te absorberen.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
De stagnatie in de woningbouw heeft te maken met een aantal factoren:
x) er is onvoldoende balans tussen vraag en aanbod.
x) de stapeling van (extra) kosten op onroerend goed had een zéér nadelig op de woningbouw sector.
x) hetzelfde geldt voor de stikstofaffaire(s), de bureaucratisering rond het verlenen van bouwvergunningen en de lapmiddelen van de Overheid van de afgelopen jaren om de woningbouw weer op gang te krijgen.
Er lijkt inmiddels enige kentering aan te komen, maar of dat op korte tot middellange termijn voldoende is zal de toekomst moeten uitwijzen.