ruimte en milieu / Partnerbijdrage

Slimme en Gezonde Stad pakt luchtkwaliteit aan

Slimme en Gezonde Stad (SGS) pakt luchtkwaliteit aan. “Luchtkwaliteit is zo belangrijk”.

29 mei 2017

“Luchtkwaliteit is zo belangrijk”.

Het ministerie van Infrastructuur & Milieu heeft het programma Slimme en Gezonde Stad (SGS) opgezet. Doel? Een betere gezondheid van mensen in steden, als gevolg van een betere luchtkwaliteit, weinig geluidsoverlast en een slimme inrichting van de stad. “We moeten een waarde hangen aan luchtkwaliteit.”

Inwoners van steden moeten gezond kunnen wonen, werken en ontspannen. Dus moet er een goede milieukwaliteit en voldoende voorzieningen worden gerealiseerd. Een gezonde stad nodigt uit tot recreatie, ontmoeting en bedrijvigheid. In het project Slimme Gezonde Stad werkt het ministerie samen met gemeenten, kennisinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties.

Volksgezondheid op spel

“Dergelijke programma’s zijn heel zinvol”, zegt Jan Theo Hoefakker, Managing Director Public Transport bij PitPoint over ‘SGS’. “De volksgezondheid staat op het spel. Bovendien gaat het om maatschappelijke kosten.” De stad is volgens hem een bijzonder goed voorbeeld als het gaat om het belang van duurzaamheid. “Men verbruikt veel energie in de stad en tegelijkertijd produceren bewoners van de stad samen veel grondstoffen die nodig zijn voor de circulaire economie.”

Dossier luchtkwaliteit

Hoefakker benadrukt het belang van het dossier luchtkwaliteit. “Luchtkwaliteit is zo belangrijk. Zeker in steden zijn er zoveel mensen die die lucht inademen. We moeten daarom een waarde hangen aan luchtkwaliteit. We moeten het meenemen in de kosten voor mobiliteit. Dat zal versneld voor een adoptie van schonere mobiliteit zorgen. Álle vervoersbewegingen kunnen duurzaam. Of het nu om elektrisch rijden, waterstof of Groengas gaat.”

Milieuzones niet zaligmakend

Hoefakker is ook van mening dat de milieuzones niet zaligmakend zijn zoals ze nu worden ingezet. “Het is een aardig middel, ook om een signaal af te geven. Maar de effectiviteit kan nog beter. Nieuwe dieselvoertuigen mogen de stad nog gewoon in. Dat is al beter voor de luchtkwaliteit dan oude diesels, maar nog steeds niet goed vanuit duurzaamheidsoogpunt. Ik snap oprecht niet waarom in de stad nog dieselvoertuigen rijden. Hoe kan dat? Technisch zijn er prima oplossingen, terwijl ook de maatschappelijke kosten en baten goed te verantwoorden zijn. Op deze manier zet je de overgang naar schone brandstoffen niet in gang.”

Uitstoot waarderen

Wat moet er dan wel gebeuren? Een waardering hangen aan de uitstoot, “…en deze ook mee laten wegen in de gunning bij aanbestedingen”, stelt Hoefakker. “We krijgen de rekening uiteindelijk toch gepresenteerd. Waarom nemen we die nu niet mee?” De voornaamste uitdaging is volgens Hoefakker dat er te weinig inzicht is in de hoogte van die rekening. “We moeten inzichtelijk maken wat de schaduwkosten van fossiele mobiliteit zijn. Daar slagen we onvoldoende in. Blijkbaar is het nog steeds niet helder hoe ziek je wordt van fossiele brandstoffen, en hoeveel levensjaren het je kost.”

Gemeente kan drempel verlagen

Volgens Hoefakker kunnen gemeenten veel betekenen als het gaat om het aanbrengen van faciliteiten. “Wanneer de vuilniswagens op waterstof rijden en er een tankstation komt, kunnen andere mensen die ook gebruiken. Dat verlaagt de drempel voor schone mobiliteit. We hebben simpelweg een laadinfrastructuur voor schone brandstoffen nodig. En strategische locaties voor deze faciliteiten. Oftewel: we hebben ander gemeentebeleid nodig, die de beschikbaarheid van voorzieningen stimuleert.”

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.