/ Blog

Gemeentelijk netwerk ’16-27': hoe houden we kwetsbare jongeren binnenboord?

Gemeentelijk netwerk ’16-27′: hoe houden we kwetsbare jongeren binnenboord?

29 oktober 2019

In elke gemeente heeft circa tien procent van de jongeren tussen de 16 en 27 jaar moeite om op eigen kracht volwassen te worden. De stap naar volwassenheid voor kwetsbare jongeren is complex door de vele verschillende betrokken partijen en het feit dat het vraagstuk overlapt met meerdere domeinen en wetten. Dit maakt het moeilijk om de problematiek te overzien.

Tegelijkertijd is er vaak weinig zicht op hoe vaak bepaalde knelpunten voorkomen. Dit bemoeilijkt beleidskeuzes. Vanuit Van Dam & Oosterbaan bezochten enkele collega’s de bijeenkomst gemeentelijk netwerk 16-27.

In deze blog bespreken Julia Marthaler en Jinke Akkerman welke initiatieven er werden gedeeld en hoe inzicht in zowel beleid als data van toegevoegde waarde kan zijn bij het vraagstuk 16-27.

 

Afbeelding

Jinke Akkerman (l) en Julia Marthaler


Het vraagstuk 16-27: inzichten vanuit beleid & data

Je 18e verjaardag. Het moment waarop je officieel volwassen wordt en de wereld voor je open ligt, vol kansen en mogelijkheden. Of toch niet? Voor jongeren in een kwetsbare positie is de realiteit vaak anders. Voor hen brengt de overgang naar volwassenheid een vermeende zelfstandigheid met zich mee die eigenlijk nog niet van hen kan worden verwacht.

Jeugdzorg houdt in principe op bij 18 jaar. Van de een op de andere dag hebben jongeren daardoor geen recht meer op begeleiding die zij kregen vanuit de Jeugdwet. In plaats daarvan zijn ze aangewezen op ondersteuning vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Participatiewet. Deze wetten zijn veeleisender en vraaggerichter.

Een concreet voorbeeld hiervan is dat jongeren in een gezinshuis hier na hun 18e verjaardag niet meer kunnen verblijven. Ze kunnen niet meer terecht bij de hulpverlener die ze jarenlang begeleid heeft. Dat terwijl de weg naar volwassenheid vaak met vallen en opstaan verloopt en niet stopt wanneer iemand 18 jaar is. Voor jongeren in een kwetsbare positie is het terugvallen op eigen familie niet vanzelfsprekend en de bekende steun vanuit de Jeugdwet biedt ook geen stabiele basis meer.


Aanpak 16-27

Bovenstaand probleem is niet nieuw. Wel nieuw, is het besef dat het probleem alleen kan worden opgelost door met alle betrokken partijen op een andere manier naar het vraagstuk te kijken. Vanuit dat oogpunt is de ‘Aanpak 16-27’ in het leven geroepen: een aanpak die erop gericht is om jongeren in deze levensfase doorlopend te blijven ondersteunen, ook na hun 18e levensjaar.

Vanuit de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) worden er regelmatig bijeenkomsten georganiseerd voor beleidsambtenaren uit het hele land die zich bezighouden met dit vraagstuk. Vorige week waren ook wij, Julia Marthaler en Jinke Akkerman, Young Professionals bij Van Dam & Oosterbaan, met onze collega Inez van de Wiel aanwezig. Inez werkt op dit moment aan een project over de overgang 18-/18+.


Gemeentelijke initiatieven

Vanuit het hele land zijn gemeenten in samenwerking met andere betrokkenen druk bezig om initiatieven op te zetten voor de aanpak 16-27. Tijdens de bijeenkomst van 8 oktober werden aan de hand van deelsessies meerdere initiatieven gedeeld. Initiatieven gericht op verschillende thema’s, zoals wonen en zorg, schulden, samenwerking tussen gemeenten en de participatiescan.

De participatiescan is een tool die is ontwikkeld om regionale netwerken te helpen bij het verbeteren van een eenduidige aanpak om jongeren in een kwetsbare positie naar werk te begeleiden. Gemeenten, scholen, het UWV, werkgevers en andere partijen kunnen met elkaar het gesprek aangaan en met de participatiescan als leidraad gezamenlijk aan de slag. De uitleg vanuit het Nederlands Jeugd Instituut over de vernieuwde participatiescan leidde tot een discussie over welke gesprekspartners zinvol zijn om rond de tafel te hebben. Want welke problematiek speelt er in de regio? Wie moet je daarvoor aan tafel krijgen? Aan welke samenwerkingen is nog niet gedacht?

Tijdens een andere deelsessie werden de best practices van de gemeente Ede besproken op het gebied van begeleid wonen. Zij gaven aan dat hun aanpak lijkt te werken door de manier waarop ze jeugdigen spreiden door de gemeente heen, de persoonlijke maar strikte begeleiding en de samenwerking met andere partijen. Door de jeugdigen te spreiden voorkomen ze dat er veel overlast op de locatie komt voor omwonenden. Op deze wijze integreren ze makkelijker in de wijk.  

 

Kortom: een dag met waardevolle inzichten, waarover we nog lang hebben nagepraat met Inez. Want wat betekenen deze inzichten voor haar dagelijkse werk? En hoe gebruikt zij haar datagedreven achtergrond vanuit Van Dam & Oosterbaan bij de problematiek 16-27? Om iets te betekenen voor deze doelgroep, is volgens haar inzicht hebben in cijfers ontzettend belangrijk. Met cijfers is het mogelijk om bepaalde knelpunten in kaart te brengen en aan de hand daarvan inhoudelijke keuzes te maken. Hoe Inez deze knelpunten bij het vraagstuk 16-27 inzichtelijk maakt met behulp van data lees je in de rest van deze blog.


De rol van data bij het vraagstuk 16-27 jaar

Om de scope en focus van een project goed te kunnen bepalen, is het belangrijk om inzicht te hebben in de cijfers. Ga je je in het project ‘Jongeren 16-27’ richten op het aanpakken van de knelpunten die alle jongeren ervaren bij het volwassen worden? Of op de knelpunten bij kwetsbare jongeren – en wie zijn dat dan? Daarnaast kun je er ook voor kiezen om de focus te leggen op geïndiceerde jongeren die zorg ontvangen vanuit de Jeugdwet, Wmo of Zorgverzekeringswet.

 

Bij de inventarisatie van cijfers is het daarom goed om stil te staan bij verschillende onderwerpen, binnen de verschillende leefgebieden waarop jongeren problemen ervaren (zorg, wonen, werk en inkomen, schulden, onderwijs). Je vergelijkt daarbij de gemeente of regio met een selectie van vergelijkbare gemeenten én het gemiddelde in Nederland.

 

Alle jongeren 16/27 jaar

Om een beeld te krijgen van aantallen, is het belangrijk om in de basis inzicht te krijgen in het aantal jongeren van 16-27 jaar per gemeente. Daarnaast wil je weten hoe de groei of krimp van deze leeftijdsgroepen er de afgelopen jaren heeft uitgezien en wat de prognoses voor de komende jaren zijn. Tot slot is het goed om een beeld te krijgen bij hoeveel jongeren er per maand 18 jaar worden. Zo kom je te weten hoeveel jongeren er per maand te maken krijgen met de consequenties van het stopzetten van de begeleiding vanuit de Jeugdwet.

 

Kwetsbare jongeren

Er bestaan verschillende definities van kwetsbare jongeren. Verschillende groepen jongeren kunnen namelijk in een kwetsbare positie zitten. Er kan overlap tussen deze groepen bestaan. Denk bijvoorbeeld aan jongeren die onder de NEET-groep vallen, voortijdige schoolverlaters of thuiszitters zijn, kampen met een licht verstandelijke beperking, een vluchteling of dakloos zijn of een uitkering hebben.

 

Cijfers over deze groepen zijn veelal met openbare bronnen te vinden. Aanvullend kunnen interne bronnen bij een gemeente gedetailleerde informatie verschaffen.

 

Jongeren in zorg

Het is belangrijk om te weten hoeveel jongeren per leeftijdsjaar tussen de 16 en 27 jaar zorg ontvangen via de Jeugdwet, Wmo of Zorgverzekeringswet. Cijfers over jeugdigen in de Jeugdwet of Wmo zijn via interne bronnen inzichtelijk te maken. Het is interessant om hierin de verdieping te maken in: welke aanbieders ondersteuning bieden in zowel de Jeugdwet als in de Wmo?

Van welke aanbieder switcht een jeugdige bij de overgang van jeugd naar Wmo? En sluit het zorgproduct dat binnen beide wetten wordt ingezet op elkaar aan? Hoeveel tijd zit er tussen het einde van de jeugdindicatie en de start van de Wmo-indicatie? En verschilt deze doorlooptijd per verwijzer of per aanbieder?

 

Naast de Jeugdhulp en Wmo, gefinancierd door de gemeente, kan een jongere uiteraard ook in de GGZ terecht komen. Het aantal is inzichtelijk te maken via open data van Vektis, die geaggregeerde gegevens van alle verzekerden bevat en inzicht geeft in alle door zorgverzekeraars betaalde zorgkosten binnen de Zorgverzekeringswet.

 

Conclusie

Door met data een beeld te vormen van het totaal aantal jongeren tussen de 16 en 27 jaar, het aantal kwetsbare jongeren en de overgang van de Jeugdwet naar Wmo, is het mogelijk om inhoudelijk betere keuzes te maken. Wanneer alle gegevens verzameld zijn, is het van belang dat het niet bij een verzameling blijft, maar dat er tot actie wordt overgegaan.

Scores per gemeenten dienen te worden vergeleken en schematisch overzichtelijk te worden gemaakt. Dat maakt ons vanuit Van Dam & Oosterbaan van toegevoegde waarde: we brengen expertise van data & beleid samen.

 

Lees ook:

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.