Gemeenten maken geen haast met het terugbrengen van het aantal vierkante meters winkeloppervlakte. Dat daalde de afgelopen jaar slechts met een magere 1,2 procent, zo blijkt uit cijfers van Locatus, die door omroep BNR naar buiten zijn gebracht.
Gemeenten traag met aanpak winkelleegstand
Gemeenten maken geen haast met het terugbrengen van het aantal vierkante meters winkeloppervlakte. Dat daalde de afgelopen jaar slechts met…
Retailagenda
Twee jaar geleden stelde minister Kamp zijn Retailagenda op. Een van de onderdelen van dat plan was het terugbrengen van de winkelleegstand, die met name tijdens de economische crisis sterk steeg. Dit kwam bovenop het effect dat stenen winkels al langer onder druk staan door concurrentie van webshops. In sommige gemeenten staat momenteel een vijfde van de winkeloppervlakte leeg. In dat licht is een daling van 1,2 procent weinig. Nederland telt momenteel nog ruim 30 miljoen vierkante meter aan winkeloppervlakte.
Cultuuromslag
Cees-Jan Pen, lector Brainport van Fontys Hogescholen, stelt tegenover BNR dat er een enorme cultuuromslag nodig is om tot daadwerkelijke terugdringing te komen. . 'We zitten midden in een enorme cultuuromslag van jaren van steeds meer groei. Regionaal afstemmen en elkaar wat gunnen loopt niet snel genoeg. Dat zie je in deze cijfers. Het is echt keuzes maken tussen écht gaan voor je binnenstad of toch aan de rand van de stad weer meer toevoegen. Die omslag kost gewoon jaren.'
Stimulans
De provincies pakken volgens Pen steeds meer hun rol in het aanpakken en aanspreken van de regio's, vertelt Pen bij BNR. ‘Maar de sanerings- en herstructureringsopgave blijft. Dus ik hoop dat een nieuw kabinet een stimulans voor geeft.'
Reacties: 3
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Retailagenda's zijn mooi, maar veel gemeenten hebben zich nooit wat gelegen laten liggen aan het winkelbestand. Hun werkterrein niet. Behalve bij hinder en vergunningen.
Daarnaast heeft het terugbrengen van de winkelleegstand veel te maken met ondernemerschap en inzicht van de winkeleigenaren. Het inzicht in hun doen en laten is essentieel om de fysieke winkels overeind te houden en tijdig in te grijpen bij dreigende ontsporingen. Volgens mij moet je als gemeente juist dat inzicht zelf organiseren en niet overlaten aan brancheorganisaties.
Jaap heeft deels gelijk, maar vergeet (en dat vergeet Locatus ook) dat winkeleigenaren (vaak grote investeerders) vaak niet tot meewerken bereid zijn. Ze laten liever panden leeg staan dan samen met gemeente en brancheorganisaties een oplossing te zoeken. Je kunt dus inzicht hebben, maar het valt en staat met medewerking.
Dat gemeenten zich nooit wat gelegen laten liggen aan het winkelbestand is uiteraard een misplaatste opmerking. Maar misschien geldt dat wel n de gemeente van Jaap.
De leegstand van winkels kent meerdere oorzaken. De vraag is wat een gemeente daar echt aan kan doen. Terugdringing van het m2 is altijd lastig. Wegbestemmen levert planschadeclaims op, tenzij je het omzet in woningbouw want daar is momenteel wel weer business in. In mijn gemeente is de positie van de pandeigenaren vaak doorslaggevend. Bestaande winkeliers en potentiele ondernemers klagen er over dat de huurprijzen zo verdomd hoog zijn (en blijven). Wat de gemeente wel in de hand heeft, is het maken van een aantrekkelijk openbaar gebied zonder dat groepen banjerende jeugd en het winkelend publiek elkaar in de weg zitten. Ook kan de gemeente iets doen aan een schappelijk parkeertarief voor bezoekers zonder langparkeerders (waaronder de winkeliers en hun personeel) in het centrum toe te laten. Het gaat vaak om botsende belangen. Het is moeilijk om iedereen tevreden te stellen en kritiek is gauw gespuid.