De dorpen Dedemsvaart en Gramsbergen slaagden erin 40 procent van de hele subsidiepot voor maatschappelijke initiatieven van de gemeente Hardenberg naar zich toe te halen. In de meeste van de overige 15 kernen belandde aanzienlijk minder geld.
Ongelijke verdeling subsidiepot Hardenberg over kernen
Er is werk aan de winkel om toekomstig subsidiebeleid van Hardenberg transparanter en effectiever te maken.

Leefbaarheid
Die ongelijke verdeling ontdekte de gemeentelijke rekenkamer van de Overijsselse gemeente in een onderzoek naar het gebruik van het Fonds Maatschappelijke Initiatieven (FMI) tussen 2017 en 2024. Van de in totaal 883.000 euro ging 350.000 euro naar Dedemsvaart en Gramsbergen. Balkbrug, iets groter nog dan Gramsbergen, sleepte in die periode krap 8.000 euro binnen.
Sinds 2017 kunnen inwoners, verenigingen en stichtingen in de gemeente Hardenberg een subsidie aanvragen via het FMI. Het doel van het fonds is om de leefbaarheid, sociale samenhang en betrokkenheid in buurten en dorpen te vergroten. Honderden initiatieven kregen steun, van sportvoorzieningen tot culturele activiteiten. De gemeenteraad verhoogde in 2020 het budget van 50.000 naar 330.000 per jaar.
Actieve kernen
In de praktijk ging een groot deel van het FMI-budget naar enkele actieve kernen zoals Dedemsvaart en Gramsbergen. ‘In andere dorpen werd veel minder aangevraagd’, aldus de rekenkameronderzoekers. ‘Hierdoor is het geld niet evenwichtig verdeeld over de gemeente.’ De rekenkamer doet daarom ook de aanbeveling de spreiding van het budget over kernen, sectoren en doelgroepen te bevorderen, zodat niet alleen actieve kernen profiteren. ‘Denk bijvoorbeeld aan het koppelen van subsidieplafonds per kern of het instellen van stimuleringsmaatregelen voor ondervertegenwoordigde gebieden’, aldus het advies van de rekenkamer aan college en gemeenteraad.
Willekeur
Het rekenkameronderzoek wijst op andere verbeterpunten. Jarenlang was zo onduidelijk hoeveel geld waaraan werd uitgegeven. Pas vorig jaar werd een intern register opgesteld, maar een openbaar register waarin iedereen kan zien wie subsidie krijgt is er niet. Verder is er nooit een duidelijke evaluatie geweest, terwijl dat volgens de wet wel verplicht is.
Ook ontbreken heldere doelen en duidelijke regels, met de kans op willekeur als gevolg. Een initiatief kwam alleen in aanmerking voor een eenmalige bijdrage, maar sommige organisaties lukte het desondanks meermaals een subsidie te ontvangen voor eenzelfde soort initiatief. Criteria waren niet altijd duidelijk gedefinieerd of afgebakend. Zo mag volgens de criteria de uitvoerder van de subsidie niet een professionele organisatie zijn, maar was het onduidelijk wanneer er gesproken kon worden over een professionele organisatie.
AZC-activiteiten
De onderzoekers stuitten op nog andere voorbeelden van willekeur. Een project waarvoor subsidie werd aangevraagd mocht geen evenement zijn. De subsidieaanvraag voor de organisatie van het Oranjefeest werd afgewezen, terwijl de organisatie van Week voor de Vrouw wel drie keer een subsidie ontving. ‘Dit suggereert willekeur in de uitvoering van het FMI’, aldus de rekenkamer. Zo werden ook subsidieaanvragen voor AZC-activiteiten in bepaalde gevallen afgewezen, terwijl een soortgelijke aanvraag wel subsidie ontving.
‘Wij vinden het FMI een waardevol instrument, maar benadrukken dat er werk aan de winkel is om toekomstig subsidiebeleid transparanter en effectiever te maken. Zodat alle inwoners van gemeente Hardenberg gelijke kansen hebben om hun ideeën waar te maken’, aldus rekenkamervoorzitter Harriët Gerrits.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.