De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een hulpgids gepubliceerd om gemeenten te ondersteunen bij de invoering van de Wet Modernisering Elektronisch Bestuurlijk Verkeer (Wmebv). Deze wet, die op 1 januari 2025 in werking treedt, geeft burgers en bedrijven het recht om officiële berichten digitaal aan gemeenten en andere overheidsorganisaties te versturen. Dit omvat berichten zoals aanvragen, beschikkingen, besluiten, klachten en zienswijzen.
Hulp voor gemeenten bij invoering wet digitaal verkeer
De wet regelt de rechtspositie van burgers en bedrijven in hun digitale contact met de overheid.
Handvatten en praktijkverhalen
De hulpgids van de VNG biedt gemeenten een uitgebreide leidraad om Wmebv-proof te worden. Het document beschrijft de vereisten waaraan voldaan moet worden en biedt praktische handvatten voor het inrichten van e-formulieren en notificaties. Daarnaast bevat de gids praktijkverhalen en inzichten van diverse gemeenten, samenwerkingsverbanden, leveranciers en consultants.
Meer tijd nodig
De ingangsdatum van de Wmebv is eerder verschoven naar 1 januari 2025, nadat bleek dat veel overheidsorganisaties meer tijd nodig hadden om aan de eisen van de wet te voldoen. De wet regelt de rechtspositie van burgers en bedrijven in hun digitale contact met de overheid en verplicht overheidsorganisaties om burgers te helpen bij digitaal verkeer. Toch blijft het mogelijk om per post te communiceren met de overheid.
De VNG adviseert gemeenten om tijdig te beginnen met de voorbereidingen en in gesprek te gaan met hun ICT-leveranciers. Naast de hulpgids van de VNG zijn er ook hulpmiddelen beschikbaar gesteld door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het Interprovinciaal Overleg (IPO).
400 processen
Dat de voorbereiding op de Wmebv veel tijd kost, werd al eerder duidelijk uit diverse implementatiepilots. Gemeenten als Groningen, Barneveld, Veldhoven en Zevenaar ontdekten tijdens deze pilots dat de wet ruim 400 processen raakt. Ook de Unie van Waterschappen (UvW) concludeerde na onderzoek met de waterschappen Noorderzijlvest, Amstel, Gooi en Vechtstreek, en Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier dat de implementatie veel tijd vergt en samenwerking tussen verschillende organisatieonderdelen vereist. De provincie Limburg, betrokken bij een pilot van het IPO, ontdekte dat het tijdrovend is om formele communicatieprocessen in kaart te brengen en te toetsen aan de wettelijke eisen.
