De rijksoverheid heeft niet 130 miljoen euro geïnvesteerd in de OV-chipkaart, zoals tot nu toe werd aangenomen, maar meer dan 1 miljard euro. Dat blijkt uit een brief van staatssecretaris Tineke Huizinga (Verkeer) aan de Tweede Kamer.
OV-chip kost geen 130 miljoen, maar 1 miljard
De rijksoverheid heeft niet 130 miljoen euro geïnvesteerd in de OV-chipkaart, zoals tot nu toe werd aangenomen, maar meer dan 1…
Dat bericht Trouw. In de brief bevestigt Huizinga, die vorige week een motie van wantrouwen overleefde, dat in 2001 500 miljoen euro aan de NS beschikbaar is gesteld voor het plaatsen van toegangspoortjes op stations. 226 miljoen werd in de kaart zelf gestoken. Tot vorige week wist de Tweede Kamer niet beter dan dat er 130 miljoen aan rijkssubsidie in de kaart was gestoken.
Dat geld is in 2003 aan decentrale overheden verstrekt. Daarnaast hebben onder meer de stadregio’s Rotterdam en Amsterdam ook nog eens tientallen miljoenen gekregen voor de afsluiting van metrostations.
In haar overzicht meldt Huizinga overigens niet hoeveel geld er voor 2000 aan het project, dat keer op keer met grote tegenvallers heeft te maken, is uitgegeven. Tot nu toe vond de staatssecretaris steeds dat de OV-chipkaart vooral de verantwoordelijkheid is van de OV-bedrijven omdat die het meeste geld zouden hebben geïnvesteerd.
De NS zegt in een reactie dat de 500 miljoen voor de toegangspoortjes en de 226 miljoen voor kaartjes uit het Fonds Eenmalige Bijdrage NS (FENS) komen. Dit fonds ontstond, met toestemming van de rijksoverheid, na de verkoop van Telfort in 2000. Het geld is dus van de NS, zegt een woordvoerder.
