Gemeenten negeren de potentiële economische en maatschappelijke winst van het goed vermelden van fysieke toegankelijkheidsinformatie op hun websites. Dat concludeert het bureau BMI uit eigen onderzoek.
'Toegankelijkheid is blinde vlek'
Gemeenten laten kansen liggen bij het goed vermelden van toegankelijkheidsinformatie op hun site.
Bij het bezoeken van openbare ruimten, musea of café’s/restaurants komen de bijna 2 miljoen Nederlandsers met een fysieke beperking (motorisch, visueel) regelmatig problemen tegen met de toegankelijkheid van die voorzieningen. Een dagje uit kan op die manier mislukken. Heldere informatie over fysieke toegankelijkheid zou een bezoek aan dergelijke gelegenheden flink kunnen vergemakkelijken.
BMI uit Vlissingen heeft door het invoeren van de term ‘toegankelijkheid’ op de websites van alle 441 Nederlandse gemeenten deze zomer onderzocht in hoeverre daarop zichtbaar is of de gemeente actief beleid heeft op het gebied van de (fysieke) toegankelijkheid. 79 Procent van de 441 Nederlandse gemeenten (348) blijkt dergelijke informatie niet te bieden.
Slechts 10 procent van de gemeenten toont daarentegen hits op de toegankelijkheid voor iedereen. Ruim 2 procent (10) hanteert een overzicht van de toegankelijkheid van lokale gebouwen en faciliteiten. Amersfoort geeft bijvoorbeeld een specifiek overzicht van de toegankelijkheid van horecagelegenheden. Negen gemeenten hebben een eigen toegankelijkheidswebsite: Amsterdam, Breda, Den Haag, Nijmegen, Rotterdam, Utrecht, Tilburg, Venlo en Zoetermeer. (FB)