Advertentie
carrière / Nieuws

Zorgen over dalend budget voor opleidingen bij gemeenten

De dalende aandacht voor scholingsactiviteiten blijkt uit onderzoek van het A+O fonds Gemeenten.

30 maart 2012

Nog niet de helft van de gemeenteambtenaren volgt een opleiding, cursus, training of workshop. De bonden maken zich zorgen over de dalende uitgaven en het goeddeels ontbreken van strategische personeelsbeleid. 

De dalende aandacht voor scholingsactiviteiten blijkt uit onderzoek van het A+O fonds Gemeenten. In 2009 lag het opleidingspercentage nog op 56 procent. In 2010 was het gedaald tot 49 procent. Vooral de kleinste gemeenten houden de hand op de knip: amper één op de drie medewerkers wordt daar nog (bij)geschoold – in 2010 was dat nog de helft.

Het bedrag dat gemeenten voor 2010 hadden begroot voor opleidingen, was gemiddeld 217.000 euro. De gemiddelde uitgaven lagen 5.000 euro lager. In de vorige monitor O&O (opleidings- en ontwikkelingsbeleid) waren de gemiddelde uitgaven aan opleidingen juist iets hoger dan begroot.

Niet alleen is er minder uitgegeven dan begroot, maar de verwachting voor de toekomst is ook somber. Volgens een groeiend aantal gemeenten zal het budget voor ontwikkeling en opleiding de komende drie jaar gemiddeld afnemen. Eén op de drie gemeenten gaat daarvan uit.

Weerslag

Bezuinigingen in de gemeentelijke sector hebben onmiskenbaar hun weerslag op het opleidingsbeleid. Bij verschillende gemeenten constateren de onderzoekers dat er sprake is van overcapaciteit. Daardoor komt het opleidings- en ontwikkelingsbeleid niet alleen onder druk te staan, het verandert ook van karakter.

Vakbonden en gemeentelijke werkgevers, verenigd in het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden (LOGA), spreken hun zorgen uit over de tendens dat gemeenten minder middelen beschikbaar stellen voor opleiden en ontwikkelen. Juist in een tijd van krimpende budgetten in een periode waarin er ook nog eens veel verandert voor gemeenten, is investeren in opleiden en ontwikkelen in hun ogen noodzakelijk, ‘en in het belang van zowel de werkgever als de werknemer.’

Bert de Haas, vakbondsonderhandelaar van Abvakabo FNV en bestuurslid van het A+O fonds Gemeenten, maakt zich grote zorgen over de tendens die uit de monitor naar voren komt. ‘Het grootste probleem vind ik dat uit het onderzoek blijkt dat tweederde van de gemeenten geen strategisch opleidingsbeleid heeft geformuleerd.

Dan heb je dus ook te weinig kennis waar je je mensen voor de lange termijn voor wil opleiden. Ja, op ad hoc basis volgt personeel wel cursussen management development of omgaan met nieuwe ICT-applicaties, maar echt strategisch opleiden blijkt erg lastig te zijn. Dat is juist in deze tijd erg nodig’, aldus De Haas.

Digitalisering

Hij wijst op de vele ontwikkelingen die er zijn waar organisaties op zouden moeten inspelen, zoals de digitalisering en de vorming van de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) en de intergemeentelijke belastingdiensten. Die niet klassieke gemeentelijke organisaties vragen om andere specifieke competenties en vaardigheden.

Het ontbreken van strategische plannen is overigens niet iets van deze tijd. Ook tien jaar terug constateerde het A+O fonds Gemeenten datzelfde. ‘Toen zijn we een brochure gaan maken om gemeenten aan te sporen tot het maken van strategische opleidingsplannen. We moeten constateren dat er niks van terecht is gekomen. We denken er nu over die brochure te actualiseren en opnieuw uit te brengen’, aldus De Haas.

Extra vervelend nu, vergeleken met 2002, is dat door de crisis veel ambtenaren boventallig dreigen te worden. Met scholing en training zouden deze medewerkers volgens De Haas naar ander werk kunnen worden geleid of laten doorontwikkelen.

‘Maar dan moet je wel weten waar je als organisatie over drie of vier jaar wil staan. Als je dat plan niet klaar hebt liggen, ontstaat er een zorgwekkend plaatje. Zeker in combinatie met de reeds teruglopende uitgaven en de door velen uitgesproken verwachting dat deze nog verder zullen teruglopen’, zegt De Haas.

Het A+O fonds Gemeenten probeert de aandacht voor strategische personeelsplanning hoog op de agenda te krijgen, maar dwingen kunnen ze gemeenten niet. De bonden proberen van hun kant meer aandacht voor opleidingen onderdeel te laten zijn van de nieuwe cao. De onderhandelingen daarover liggen echter stil.

Selectiever

Uit de benchmark, waaraan 291 gemeenten deelnamen, blijkt verder dat gemeenten selectiever worden als het om het toekennen van opleidingsbudgetten gaat. Bij ruim een kwart van de gemeenten wordt nadrukkelijk gekeken naar de noodzaak tot het volgen van een opleiding. En bijna alle gemeenten stellen financiële en niet-financiële voorwaarden aan opleidingen. Dat duidt volgens de onderzoekers op een meer zakelijke uitvoering van het O&O-beleid, in samenhang met bezuinigingen in de sector. In die zin zal het ook geen toeval zin dat er een toename is van opleidingen op het gebied van resultaatgericht werken.

Toch stellen de onderzoekers ook vast dat één op de tien gemeenten een opleiding inkoopt, ongeacht de kosten. En het aandeel gemeenten dat buiten de kosten van een opleiding voorwaarden stelt aan een opleiding is nauwelijks toegenomen. Nog steeds stelt slechts één op de vijf gemeenten altijd voorwaarden aan een opleiding buiten de kosten.

Gemeenten zijn wel kritischer waar het gaat om de opleidingseisen. Het percentage gemeenten dat de eis stelt dat de opleiding binnen een bepaalde tijd is afgerond is 64 procent. Dat is twee keer zo hoog als vorig jaar. ‘Hetzelfde geldt voor de eis dat een erkend diploma of certificaat behaald dient te worden’, aldus de onderzoekers. Zeven van de tien gemeenten eist dat inmiddels.


Meer jong dan oud in de schoolbanken

Ouderen en ambtenaren met veel dienstjaren op de teller volgen minder vaak opleidingen dan hun jongere collega’s. Ook lager geschoolden investeren relatief weinig in hun ontwikkeling. Dienstjaren en leeftijd blijken belangrijke factoren voor het volgen van scholing. Mensen die kort in dienst zijn – tot en met twee jaar – volgden in 2010 vaker scholing dan mensen die twintig jaar of langer in dienst zijn: 72 versus 50 procent. De verhoudingen tussen medewerkers jonger dan 35 jaar en 55-plussers liggen nagenoeg gelijk.

Als voornaamste reden om niet in de schoolbanken plaats te nemen, geeft 60 procent van de oudere medewerkers aan geen scholing nodig te hebben om hun werk te kunnen doen. Het aandeel lager opgeleide gemeenteambtenaren dat scholing volgt ligt stukken lager dan het aandeel middelbaar of hoger opgeleiden.

Van de lager opgeleiden laat nog niet de helft zich (bij)scholen. Van hun meer geletterde collega’s volgt twee op de drie een opleiding. Ook in vergelijking met eerder onderzoek kachelt de scholingsdeelname van laagopgeleiden het hardst achteruit: ten opzichte van 2009 is er sprake van een daling van 16 procent. De gemiddelde daling was zes procent. De kosten hoeven voor de deelnemers geen probleem te zijn: in 93 procent van de gevallen zijn die (grotendeels) voor rekening van de werkgever.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Criticus - NL
Cursussen genoeg gevolgd en er is budget voor nog meer trainingen en workshops. Maar zolang al die extra kennis en ervaring zich niet uitbetaald in extra loon, neemt het animo om je nog meer te ontwikkelen wel hard af. Ik werk immers niet alleen voor mijn baas, maar bovenal voor mijn inkomen.
PVe / sr. adviseur
Er zit wel iets in wat Criticus opmerkt, hoewel ik met ruim 40 dienstjaren nog regelmatig cursussen of seminars kan volgen. In Nederland kijkt de overheid al snel naar de ambtenaren als er bezuinigd moet worden. Deze staan dan altijd vooraan en achteraan als het gaat om salarisverhoging. In Duitsland is kennelijk meer mogelijk, zie de ruim 6% salarisverhoging in de komende twee jaar. Ik heb er al eens voor gepleit om in de rechtspositieregeling een verplichting op te nemen om per kalenderjaar een x-aantal studiepunten te halen door het volgen van cursussen, zoals bij andere beroepsgroepen, bijv. advocatuur, mediators ook het geval is.
Advertentie