Aan het begin van Thomas Manns De Toverberg arriveert Hans Castorp in een sanatorium in de Zwitserse Alpen. Hij raakt gaandeweg verstrikt in een wereld waarin alles traag beweegt, vol discussies over moraal en goede bedoelingen, maar zonder dat iemand geneest, vertrekt of dat er iets verandert. Het is een roman over uitstel, over denken in plaats van doen. Bij het herlezen dacht ik: het lijkt wel Nederland.
Vanaf de Toverberg
Bij het herlezen van Thomas Manns De Toverberg over uitstel en denken in plaats van doen, dacht Cees Vermeer: het lijkt wel Nederland.
Het is een vast ritueel. Bij elk maatschappelijk vraagstuk dat om politiek-bestuurlijke aandacht vraagt, is de eerste actie het belijden van de goede bedoelingen. We willen ‘alle kinderen dezelfde kansen geven’, ‘iedereen een plek om te wonen’, ‘onze planeet leefbaar houden’, ‘de menselijke maat herstellen’. De meeste politici lijken dat oprecht te menen. Maar het heeft iets ongemakkelijks. Want terwijl iedereen verklaart hoezeer het hem/haar raakt dat gezinnen geen woning kunnen vinden, dat de jeugdzorg knelt, dat het klimaat op apengapen ligt, dringt zich een simpele vraag op: wie gaat wat doen? Wie duwt, trekt, duikt erin en komt pas weer boven als er echt iets is geregeld?
In onze politieke cultuur kiezen we steeds meer voor symbolisch handelen. Er komt een plan. Een motie. Een nader onderzoek. Het loont electoraal om goede bedoelingen te belijden en empathie te uiten. Wie daarentegen keuzes maakt en werkelijk handelt, maakt onvermijdelijk vuile handen en fouten. Op handelen kun je makkelijk worden afgerekend door media, samenleving en volksvertegenwoordigingen. Voor bedoelingen is er altijd wel een gat op de electorale markt te vinden. Zelfs met een pleidooi in de Tweede Kamer om acht mensen in één cel te plaatsen, iets wat door de nazi’s in handelen is omgezet.
Het zou helpen als we bij elk debat, elke vergadering, elke passage in een bestuursakkoord één simpele vraag stellen: wie gaat wat doen?
Weldenkende burgers, bestuurders en ambtenaren zien de kloof groeien tussen politieke beloften en de maatschappelijke werkelijkheid. Ze zien het vertrouwen in onze rechtstaat zinken in een moeras van woorden en loze daden. Het zou helpen als we bij elk debat, elke vergadering, elke passage in een bestuursakkoord één simpele vraag stellen: wie gaat wat doen?
Uiteindelijk zal een samenleving genoeg krijgen van praten en daden willen zien. Echte problemen hebben echte oplossingen nodig. Overheidsmanagers zullen zichtbaar moeten acteren om de focus op het handelen te krijgen. Als zij het niet doen, wie dan wel? De Verenigde Staten laten zien wat er gebeurt wanneer praatjesmakers niet alleen twijfelachtige bedoelingen hebben, maar het uitvoerend vermogen van de overheid laten afbreken door types als Elon Musk. Hoedt u voor ondernemers die zeggen het publiek belang te dienen.
Soms vrees ik dat we, net als Hans Castorp, geloven dat praten en uitstellen ook vormen van handelen zijn. Het is tijd om het balkon in de Alpen te verlaten en af te dalen naar de realiteit. Wie weet, misschien geneest er dan iemand en verandert er eindelijk wat.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.