Advertentie

Tariq Ramadan revisited

Opnieuw heeft Tariq Ramadan intellectueel Nederland hopeloos verdeeld, en ditmaal met voor hem zeer nadelige gevolgen.

28 augustus 2009

Nadat was gebleken dat Ramadan werkt voor het door Teheran gefinancierde televisiestation Press TV, werd hij eerst door de gemeente Rotterdam ontslagen als adviseur en bruggenbouwer, om vervolgens ook zijn congé te krijgen bij de Erasmus Universiteit, waar hij als gasthoogleraar een vak doceert dat ‘burgerschap en identiteit’ heet.

 

Laatstgenoemd ontslag lijkt mij onterecht. Misschien had Ramadan beter niet benoemd kunnen worden, maar nu dat is gebeurd, is het zijn academische vrijheid om te spreken en te werken voor de instellingen van zijn keuze - ook als die politiek minder in de smaak vallen bij zijn superieuren. Zelfs bij een vak als burgerschap en identiteit gaat het om de expertise en niet om de politieke opvattingen van de docent. Daarom kan Ramadan van Oxford, waar hij ook een leerstoel heeft, gewoon blijven zitten. In de verte doet Ramadans ontslag denken aan de affaire-Suys, die speelde aan de Universiteit van Amsterdam.

 

Jef Suys (1899-1956) werd in de academische wereld algemeen beschouwd als een vooraanstaand filosoof en politicoloog, maar hij mocht geen hoogleraar worden, omdat hij marxist zou zijn. Zelf heeft Suys zijn communistische sympathieën altijd ontkend - zoals Ramadan altijd ontkent dat hij iets met moslimfundamentalisme te maken heeft - maar de beschuldigingen bleven als een molensteen om Suys’ nek hangen. Net als bij Ramadan namen veel collega’s het voor Suys op, maar liet het bestuur van de universiteit hem zakken uit opportunistische overwegingen. Er is weleens beweerd dat Suys van verdriet is gestorven, maar dat zal wel overdreven zijn.

 

Anders ligt met betrekking tot Ramadans adviseurschap van de gemeente Rotterdam. Dat hele idee om bruggen te bouwen, heeft nooit gefunctioneerd. Dat kan ook niet anders, want Ramadan spreekt geen woord Nederlands. Logisch dat de bruggen die hij wilde bouwen nooit verder kwamen dan de helft. De andere helft ging ten onder in onduidelijkheid, wollig taalgebruik en onkunde bij het plaatselijk bestuur. De oplettende lezer weet misschien nog dat er een ‘beëdigd vertaler’ aan te pas moest komen, om uit te leggen dat Ramadans woorden al of niet ‘uit hun context’ waren gehaald. (Zie mijn column in Binnenlands Bestuur, nr. 18).

 

Een kwalijke rol daarbij speelde de Rotterdamse wethouder Rik Grashoff, die beweerde dat er een hetze tegen Ramadan aan de gang was, maar die er ondertussen vooral op toezag dat zijn eigen positie niet in gevaar kwam. Toen de kwestie met Press TV opdook, had Grashoff weinig tijd nodig om Ramadan alsnog te ontslaan. Of Grashoff zelf weleens zo’n tv-praatje van Ramadan heeft gezien, valt te betwijfelen. Volgens Stevo Akkerman, die voor Het Parool urenlang naar Press TV keek, zegt Ramadan eigenlijk geen onvertogen woord. W.F. Hermans is nog eens uitgestoten door de gemeente Amsterdam, omdat de schrijver naar Zuid-Afrika ging, terwijl de Verenigde Naties hadden opgeroepen tot een boycot. Geen enkel land boycot Iran, dus waarover gaat het nu?

 

Door al dat paniekvoetbal mag Ramadan heel wat gouden handdrukken tegemoet zien. Waarom stellen wij de wethouder en de leden van het universiteitsbestuur niet hoofdelijk aansprakelijk, zodat zij de schade uit eigen zak kunnen terugbetalen?

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie