Groeiend aantal gemeenten krap bij kas
Meer en meer gemeenten komen knijp te zitten. Dat blijkt uit het jaarlijkse verslag van het ministerie van Binnenlandse Zaken over zijn toezicht op de provinciale en gemeentelijke financiën. Over de provincies bestaan minder zorgen.
Meer en meer gemeenten komen knijp te zitten. Dat blijkt uit het jaarlijkse verslag van het ministerie van Binnenlandse Zaken over zijn toezicht op de provinciale en gemeentelijke financiën. Over de provincies bestaan minder zorgen.
Dramatisch achteruit
De financiële positie van de meeste Zeeuwse gemeenten is in rap tempo dramatisch aan het verslechteren vanwege de tekorten in het sociaal domein. Reden waarom de Vereniging van Zeeuwse Gemeenten vorig jaar namens de Zeeuwse gemeenten een ‘brandbrief tekorten sociaal domein Zeeuwse gemeenten’ aan de Tweede Kamer stuurde, waarin wordt gepleit voor een extra structureel budget van 45 miljoen euro voor de Zeeuwse gemeenten gezamenlijk.
Onder toezicht
Vier van de dertien Zeeuwse gemeenten zijn onder preventief begrotingstoezicht geplaatst als gevolg van tekorten in het sociaal domein – het hoogste aantal van alle provincies. Het gaat om Vlissingen, Middelburg, Borsele en Schouwen-Duiveland. Op dit moment staan acht gemeenten onder verscherpt (preventief) toezicht van de provincie vanwege hun financiële positie. Buiten de vier Zeeuwse gemeenten Borsele, Schouwen-Duiveland, Middelburg en Vlissingen zijn dat Haaksbergen, Assen, Zwijndrecht en Vlaardingen. In 2019 waren dat er slechts drie van de in totaal 355 gemeenten.
2005 het moeilijkst
De provinciale toezichthouders constateren dat gemeenten als gevolg van de tekorten ‘flink interen op de kwaliteit van maatschappelijke dienstverlening’. De afgelopen twintig jaar overziend, was 2005 financieel het moeilijkste jaar. Liefst dertig gemeenten stonden toen onder verscherpt toezicht omdat ze hun begroting niet sluitend konden krijgen. Kanttekening: toen waren er ook veel meer gemeenten: 467.
Provincies
Uit het overzicht van de financiële kengetallen blijkt dat de provincies Utrecht, Zuid-Holland en Zeeland er ten opzichte van de andere provincies relatief het minst goed voorstaan. Deze drie provincies hebben relatief gezien hogere schulden en daardoor ook een lagere solvabiliteit dan de andere provincies. Het meest solvabel zijn Gelderland en Overijssel, provincies die veel eigen vermogen hebben na de verkoop van energiebedrijven waarvan ze grootaandeelhouder waren.
Opcenten
De belastingdruk in de provincies Drenthe, Friesland, Gelderland, Groningen, Zeeland en Zuid-Holland ligt boven het landelijke gemiddelde. Deze provincies hebben naar verhouding hoge opcenten op de motorrijtuigenbelasting. De onbenutte belastingcapaciteit is hierdoor lager dan die van de andere provincies. De provincies Utrecht en vooral Noord-Holland hebben relatief de meeste ruimte om hun opcenten op de motorrijtuigenbelasting te verhogen.
Bekijk het complete overzicht over de financiële posities deze week in BB15 (inlog)
(voor de jongeren onder ons: een tijdelijke accijnsbelasting op brandstoffen om het begrotingstekort terug te dringen).