Het gaat om de Wet Houdbare overheidsfinanciën (Hof). Die wet moet ervoor zorgen dat het Nederlandse tekort niet boven de EMU-norm van –3 procent uitkomt. Wat de gevolgen precies gaan zijn voor de lagere overheden is nog niet bekend, maar zeker lijkt dat aan hun investeringen paal en perk wordt gesteld.
Hoewel de tekortnormverplichting voor Nederland vanaf 2013 gaat gelden, en de beperkingen vanaf dan ook de gemeenten, provincies en waterschappen treffen, blijft het opvallend stil rondom de wet die dat alles moet regelen. Boze tongen beweren dat het allemaal met de Tweede Kamerverkiezingen te maken heeft.
Het wetsvoorstel nu indienen, zou koren op de molen zijn van de anti-Europa-partijen in het Hollandse politieke spectrum. De zoveelste EU-maatregel die onze soevereiniteit aantast. Dat zou de werkelijke reden zijn, zo wordt gefluisterd, dat de wet op zich laat wachten. Sinds het vroege voorjaar ligt hij immers al ter advisering bij de Raad van State.
Wat er ook van waar moge zijn, om aan de Brusselse regels te moeten voldoen brengt de Wet Hof in elk geval een aantasting van de lokale autonomie met zich mee. Meer specifiek: de begrotingsvrijheid van gemeenten, provincies en waterschappen gaat er grotendeels aan. Ook al heb je als gemeente bijvoorbeeld de middelen voor de bouw van een nieuw schoolgebouw keurig gereserveerd en hoef je je niet eens in de schulden te steken, dan nog is het zeer de vraag of je die uitgave vanaf volgend jaar daadwerkelijk mag doen.
Brussel – en de vertalers van het beleid in Den Haag – hebben er blijkbaar geen boodschap aan dat lagere overheden met een baten-en-lasten-stelsel en een sluitende meerjarenbegroting werken. Met een boekhouding volgens die principes kun je heel mooi schommelingen in uitgaven tussen verschillende jaren opvangen. De kosten van rente en aflossing kun je bovendien over meerdere jaren uitsmeren. Dat maakt het dus ook mogelijk de lasten in rekening te brengen bij toekomstige gebruikers. Om bij het voorbeeld van het nieuwe schoolgebouw te blijven: ook latere generaties profiteren daarvan.
Maar al dat moois past niet in de digitale Brusselse boekhouding. De verbeelding is in de politiek al lang niet meer aan de macht. Het zijn de boekhouders met hun spreadsheets die de toon zetten. Ze zijn van hetzelfde soort als de spreadsheetboys die in de private sector bepalen wat wel (weinig) en niet (veel) mag. Nauwelijks of geen business meer, maar de cijfers kloppen.
Spreadsheet-boys
Voor zover ze het al niet deden, moeten gemeenten, provincies en waterschappen nog meer aan de leiband gaan lopen van het rijk. Er ligt een…
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Dit artikel staat er al tijdje maar door vakantie zie ik het nu pas. De wet Hof is een onding en moet van tafel, maar in dit artikel wordt m.i. ten onrechte Brussel verantwoordelijk gehouden voor het onheil. De 3%-norm is geen Brusselse norm maar een Nederlandse norm; de norm is niet opgelegd door Brussel een idee van de lidstaten, Nederland voorop. Verder: de boekhoudkundige afspraken zijn eveneens geen dictaat van Brussel. Het zijn internationaal vastgelegde afspraken om economische activiteiten eenduidig te meten en daardoor vergelijkbaar te maken. De schoen wringt in Nederland o.a. door het mengelmoesje van investeringsverantwoordelijkheden en co-financieringen: rijkswegen waar gemeenten aan mee moeten betalen, scholen die door gemeenten moeten worden gebouwd maar geexploiteerd worden met een rijksbijdrage etc. etc. Dat is dus vragen om problemen.