Advertentie

‘Wietproef maakt Nederland nog meer narcostaat’

Naast een noodzakelijke harde aanpak van de drugscriminaliteit, moet Nederland ook stapsgewijs toe naar legalisering van soft- en harddrugs.

15 februari 2022
Drugs
Shutterstock

Naast een noodzakelijke harde aanpak van de drugscriminaliteit, moet Nederland ook stapsgewijs toe naar legalisering van soft- en harddrugs. Maar dan wel in overleg en samenspraak met de ons omringende landen. Tot die conclusie komt criminoloog en antropoloog Hans Werdmölder (70) in zijn boek ‘Nederland Narcostaat, na 50 jaar drugshandel en talloze liquidaties’.

Projectmanager Interne Beheersing Hoofddirectie Dienstverlening

JS Consultancy
Projectmanager Interne Beheersing Hoofddirectie Dienstverlening

Operationeel projectbegeleider energietransitie

JS Consultancy
Operationeel projectbegeleider energietransitie

U beschrijft de Nederlandse drugshandel en het drugsbeleid van de afgelopen vijftig jaar. Hoe kwam u daartoe?

‘In de jaren ’80 en ’90 deed ik als criminoloog onderzoek onder criminele Marokkaanse jongeren. Ik ben als barkeeper gaan werken in een buurthuis in de Amsterdamse wijk De Pijp waar veel jongeren kwamen. Zo kon ik met hen kennismaken. Ik ben ook hulpverlener geworden en heb hen in kaart gebracht. Het waren 40 jongeren: schoolverlaters, weglopers van huis, cannabisgebruikers en crimineel actieven. De termen ‘jeugdbendes’ en ‘buitenlandse jongeren’ waren toen taboe, dus noemde ik hen ‘hangjongeren’. Later heb ik ze weer opgezocht, wat leidde tot een proefschrift in 1990: Een generatie op drift. Daarna begon het onderwerp aan me te vreten. Tijdens lezingen stelden mensen mij persoonlijke en pijnlijke vragen: waarom schrijft u zo negatief over ons? Integendeel, zei ik. Er is een probleem en ik zou geen knip voor de neus waard zijn als ik daar als criminoloog geen aandacht aan zou besteden. In 2005 publiceerde ik ‘Marokkaanse lieverdjes’. Daarna vroeg ik mij af hoe het met de nu veertigers zou gaan. In 2015 schreef ik daarover ‘Marokkanen in de marge’. Wat bleek: zestien waren op hun pootjes terechtgekomen, acht zaten zonder plannen en langdurig zonder werk, maar waren wel getrouwd met kinderen. De rest was dood, schizofreen of psychiatrisch patiënt.’

Nederland is een narcostaat, schrijft u onomwonden. Wat is een narcostaat?

‘De facto is Nederland een narcostaat. Dat is anders dan een ‘de jure’ narcostaat, want dan is er een sturende hand van de overheid in het voorzien van de drugsproductie. Dat is niet zo, in tegenstelling tot Suriname vroeger en Mexico. Maar we zijn wel een exportland van drugs met hoge xtc-productie en veel doorvoer van cocaïne. We onderscheppen wel wat, maar dat neemt niet weg dat criminelen in Nederland jaarlijks 40 miljard kunnen verdienen, waarvan 18,9 in xtc. Die winsten hebben invloed op de legale economie.’

U schrijft ook op wie er politiek verantwoordelijk voor is dat Nederland narcostaat is geworden.

‘Ja, ten eerste zijn dat de politici die dit bedacht hebben halverwege de jaren zeventig: Van Agt, toen minister van justitie, maar ook de premiers Lubbers en Kok hebben het beleid met verve verdedigd. Ook toen ze werden aangevallen door de Franse president Jacques Chirac, die Nederland als eerste narcostaat nr. 1 in Europa noemde. Minister Borst verdedigde het ook. Het ging om het beperken van de schade: harm reduction. We hadden de minste drugsdoden, deden aan spuitenomruil en we verstrekten opiaten en methadon. Je kon gratis heroïne snuiven bij de GGD, want dan kwam je niet in de criminaliteit. Maar het lag ook aan de hulpverleners en de scene eromheen van kunstenaars als Aat Veldhoen en Simon Vinkenoog, ‘drugsprofessor’ Peter Cohen en arts Giel van Brussel. Het beleid werd door hen verdedigd. Recreatief gebruik was niet gevaarlijk. Dat was het punt, dat moesten we toestaan. We moesten een gidsland zijn. Maar criminelen en advocaten werden rijk.’

Wat als ‘de achterdeur’ ook meteen was gereguleerd door Van Agt? Was het dan ook zo uit de hand gelopen?

‘Je kunt niet aan de voordeur zeggen: je mag drugs kopen, maar aan de achterdeur mag het niet naar binnen. Dat kun je niet uitleggen. Dat was het gekke. Vandaar dat er nu dat experiment gesloten coffeeshopketen is. Maar het was al een slecht idee. Sowieso dat er alleen werd gehandeld, terwijl je zo’n besluit alleen in overleg en samenwerking met België, Duitsland en andere landen kunt nemen. Dat is een belangrijke les van 45 jaar geleden.’

Zijn we niet ook narcostaat geworden door onze ligging, infrastructuur, logistiek, voorzieningen en het simpele feit dat we een handelsnatie zijn?

‘Ja, we hebben een hele goede infrastructuur. Criminelen hebben zich ontwikkeld tot zakenmannen. Klaas Bruinsma had het grootste imperium. In een rapport van een commissie met als voorzitter de hoogleraar strafrecht Louk Hulsman uit 1971 stond: wij voorzien niet dat er handel in drugs zal gaan plaatsvinden. Dat hebben ze behoorlijk onderschat. Nederland is een handelsland met de belangrijke haven Rotterdam, Schiphol en financiële instellingen. We hebben een mild strafklimaat. Voor handel in softdrugs krijg je maximaal vijf jaar. Die Charles Zwolsman verdiende honderden miljoenen, kreeg 4,5 jaar straf en 100 miljoen boete. Met zijn goede advocaten werd dat steeds minder. Er is dan wel wetgeving om mannen te kunnen plukken, maar ze zaten dan drie jaar.’

Spelen de banken en het belastingstelsel ook een rol?

‘Een belastingparadijs zijn we ook. Daar hebben legale ondernemers van geprofiteerd, maar ook dit soort criminelen.’

Wat is in de aanpak de rol geweest van de lokale politiek, burgemeesters, gemeenten?

‘Met name burgemeesters in de grensgemeenten hadden veel last van agressieve drugstoeristen. Die kwamen drugs halen in Nederland en verkochten dat in hun eigen land. Daar hadden ze veel last van. Zij zijn bij elkaar gekropen. Er moest wel iets gebeuren. Zo is ook de gesloten coffeeshopketen tot stand gekomen. Zij willen legalisering van drugs. De VNG heeft ook geschreven dat het huidige beleid failliet is en niet zo kan doorgaan. Legalisering moet wel in overleg met andere landen. Daar wilden ze niet op wachten, dus namen ze het initiatief tot het experiment, maar dat is nog niet operationeel. Er zitten veel haken en ogen aan. Grote coffeeshops doen bijvoorbeeld niet mee, want die hebben veel toeristen als klant. En dan: hoe gaat de drugsmaffia hiermee om? Die zullen niet blijven stilstaan, ze laten hun winsten niet wegvloeien. Waarschijnlijk gaan ze nog meer dan nu in de cocaïne.’

U pleit voor een meersporenbeleid. Naast stapsgewijze legalisering ook het aanpakken van de maffia in samenwerking met andere landen.

‘Ja, in Antwerpen hadden ze te maken met uithalers van drugs. Daar stond vijf jaar op. In Rotterdam was die straf 95 euro voor trespassing. Op 1 januari is die straf verhoogd tot één jaar. Met een vervalst pasje wordt het twee jaar. Waarom gaat die strafmaat niet in overleg met België? En waarom slaan we de handen niet in elkaar? Maak er drie jaar van. We moeten stappen zetten naar harmonisering van straffen. Hier is een mild strafklimaat en daarom komen buitenlandse criminelen hierheen. 428 personen zijn in 2015 gearresteerd voor drugsdelicten, maar slechts acht personen kregen celstraf. Wat gaat er dan mis? Gaat het mis in opsporing, bij het OM, bij de advocaten?’

Zegt u het maar.

‘Er gaat heel veel mis. Er zijn ellenlange strafzaken. Advocaten halen het EVRM erbij en om dat te vermijden worden schikkingen getroffen: als jullie zoveel betalen, dan zetten we de strafzaak stop. Maar de echte verklaring ken ik niet, behalve dat de rechter in Nederland hier vaak in meegaat.’

Als we, zoals de VNG wil, kiezen voor het experiment met de gesloten coffeeshopketen varen we weer op eigen houtje. De kans is groot dat Nederland dan nog meer een narcostaat zal worden, zegt u. En daarom moeten we legaliseren?

‘Inderdaad. Criminelen zullen overstappen op de cocaïnehandel, waarmee ze nog meer geld verdienen. Dat gebeurt nu al. Daarom moet de georganiseerde misdaad keihard worden aangepakt en op meerdere fronten: in financieel opzicht, ophoging van de strafmaat, omgekeerde bewijslast, harmonisering van straffen, dus meer in lijn met de strafmaat in de omringende landen, meer gebruikmaken van kroongetuigen, meer recherchecapaciteit, internationale samenwerking en stapsgewijs legaliseren, te beginnen met softdrugs. Criminelen hebben een extreem verdienmodel. Het stoppen van gebruik cannabis en cocaïne kan niet. Er zijn 220.000 gebruikers van cannabis en 110.000 gebruikers van coke. Dan moet je maar overgaan tot legalisering van soft- én harddrugs. Over dat laatste zeggen mensen: wat een gratuite opmerking. Maar dat is de weg die we moeten gaan, in samenwerking met omringende landen. Dat moet stapsgewijs. Je zult het moeten doen met partnerschappen: in de EU, met België, Luxemburg, Duitsland. In Malta is het al gelegaliseerd. Maar dan moeten we als Nederland wel nieuw krediet bij hen opbouwen. Ga samenwerken. Ga vooraf controleren in de Zuid-Amerikaanse havens. Ga veel meer je best doen om de handel aan te pakken. Stop met langer een belastingparadijs te willen zijn, pak de brievenbusfirma’s aan. Ja, dan moet je inderdaad afstand doen van die inkomsten.’

Wat heeft de nadruk op ondermijning, door u ‘integrale aanpak’ genoemd, ons gebracht?

‘Men dacht: alleen de strafrechtelijk aanpak is niet voldoende, dus kiezen we daarnaast voor de bestuursrechtelijke aanpak. Burgemeesters en de fiscus kunnen het hen zo lastig maken. Dat heeft succes. Zeker in Brabant. In Amsterdam niet, want samenwerking is daar heel moeilijk: ieder domein werkt voor zichzelf. Maar de aanpak via de integrale benadering kan wel succes hebben. Criminelen bewaren nu het bonnetje van hun Rolex of worden drie keer aangehouden. Die aanpak moet je wel voortzetten. Tops en Tromp becijferden dat criminelen in Tilburg 800 miljoen verdienen per jaar. Dat is evenveel als de Tilburgse gemeentebegroting. Dat ondermijnt de legale economie, wan het gaat vaak naar huizen. Nieuwe bewoners kunnen het niet betalen, want criminelen besteden er grof geld aan. Dat stuwt de huizenprijzen op.’

In hoeverre is een internationale aanpak nodig en wat zijn de implicaties op de lokale aanpak?

‘We moeten hierin wel internationaal actiever worden. Lokaal kun je de coffeeshops laten bestaan. Geef ze de mogelijkheid om drugs te verkopen en ga dan accijns heffen. Maak negatieve reclame, zoals met tabak. Die weg moeten we bewandelen. Drugscriminelen zullen dan andere wegen zoeken. Dat valt niet uit te sluiten. In Italië hoor je dat ze nu kinderen kidnappen van rijke ouders. Maar dan zullen ze nooit meer van die extreme winsten hebben van cannabishandel en de cocaïnesmokkel.’

‘Nederland Narcostaat, na 50 jaar drugshandel en talloze liquidaties’ van Hans Werdmö
lder is half februari verschenen bij Just Publishers, 21,99.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hielco Wiersma
Legalisering van drugsgebruik belooft weinig goeds. Dat hebben recente voorbeelden in Canada en de USA wel duidelijk gemaakt. Het heeft zelfs een aanzuigende werking van allerlei negatieve neveneffecten. Dat dit bij wijze van proef tot Overheidsbeleid wordt gemaakt is onbegrijpelijk. Om van dit 'vergif' af te komen zijn andere maatregelen nodig.
Advertentie