Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Helft wethouders gaat stoppen

Na de gemeenteraadsverkiezingen gaan er zo'n zevenhonderd wethouders stoppen.

11 maart 2022
Exit
Pixabay

Zevenhonderd wethouders stoppen, vermoedelijk, na de raadsverkiezingen met het wethouderschap. Een groot deel heeft de knoop al doorgehakt. ‘Het is tijd voor de nieuwe generatie’, zeggen de oudere stoppende wethouders. Jongere collega’s willen vooral hun horizon verbreden.

Projectmanager

JS Consultancy
Projectmanager

EMMA zoekt ervaren adviseur met ruimtelijk profiel

EMMA
EMMA zoekt ervaren adviseur met ruimtelijk profiel

Bijna honderdvijftig wethouders hebben de afgelopen tijd bekendgemaakt te stoppen na de raadsverkiezingen. Het overgrote deel is zestigplusser, vaak met minimaal twee perioden wethouderschap achter de rug. Ze dragen het stokje over aan de jonge garde. Stoppende vijftigers nemen de regie in eigen hand, bijvoorbeeld om nog een keer een andere carrièrestap te maken. En er is een groep die door de eigen partij tot afscheid nemen is gedwongen, omdat de keuze is gemaakt voor een ander politiek profiel of omdat het tijd wordt voor een jeugdiger ambitieuze wethouder.

Maar jonge wethouders stoppen ook. De 37-jarige Jelle Beemsterboer, CDA-wethouder in Schagen met drie jonge kinderen, vindt het na zestien jaar politiek tijd voor een stap buiten het gemeentehuis. ‘Het is niet leuk als je ’s avonds tegen je kinderen moet vertellen dat je weer weg moet voor een vergadering.’ Daarnaast is het wethouderschap er niet prettiger op geworden. ‘Je krijgt op sociale media heel veel bagger over je heen. Het is ook veel lastiger geworden om goed ambtelijk personeel te krijgen om je ambities te realiseren. En de bureaucratie is toegenomen: er zijn steeds meer regels van het rijk en de provincie. Je moet door roeien en ruiten om een paar woningen te kunnen bouwen. En als wethouder ruimtelijke ordening en economie heb ik bij alles de provincie nodig. Een kwart van mijn werkweek is vergaderen. Inwoners willen daadkracht maar intussen houden overheden elkaar bezig.’

Ook Erjen Derks, wethouder in Midden- Drenthe, die met zijn 31 jaar tot de jongste wethouders van Nederland behoort, heeft besloten om niet bij te tekenen voor een nieuwe periode van vier jaar. ‘Het klinkt misschien wat ongenuanceerd, maar ik heb niet meer dezelfde bevlogenheid als in 2018. En wanneer je niet meer de intentie hebt om voor de volle vier jaar door te gaan, wie houdt dan wie voor de gek als je dan toch zou doorgaan?’

Ambtelijke cultuur

Voor de jonge Drentse wethouder van Gemeentebelangen is er na acht jaar in gemeenteraad en college van burgemeester en wethouders nog een belangrijk argument om te stoppen. ‘Ik wilde niet te vertrouwd worden met de cultuur van de gemeente. Ik merkte dat ik te snel was en er moeite mee heb dat men vindt dat dingen niet kunnen. Ik had het gevoel dat wanneer ik nog een periode wethouder zou zijn, ik niet meer van die gemeentelijke cultuur los zou komen’, zegt Derks. ‘Bovendien, wanneer je een van de weinigen bent die elk ambtelijk advies terugstuurt, is het lastig vol te houden.’

Daarnaast moet de rol van de gemeente niet worden overschat, vindt Derks. De mate van invloed van de gemeente is volgens hem relatief gering. ‘Als wethouder ben je vooral aan het faciliteren en aan het inspireren. Als puntje bij paaltje komt zijn het maatschappelijke partners die de zaken uitvoeren. Je kunt van alles willen, maar als gemeente ga je over de meeste onderwerpen maar in beperkte mate.’

Paul Dirkse, wethouder in Leiden, was een van de eerste wethouders die de knoop doorhakte. Vlak voor de zomer van vorig jaar maakte de D66-bestuurder bekend dat hij na zes jaar wethouderschap zou stoppen. ‘Het wethouderschap is veeleisend. Je staat dag en nacht aan en het vergt ook heel wat van je gezin. Ik vind dat je scherp moet blijven: dat wil zeggen, dat je iets moet hebben met de thema’s in je portefeuille, vanuit een visie van wat er nodig is, en je moet scherp zijn op de inhoud. Ik merkte dat ik in sommige gevallen wist hoe het werkte. Je moet ook voorkomen dat je het gevoel krijgt: ik zit er te lang. Toen duidelijk werd dat er een goede opvolging was, heb ik er niet omheen gedraaid en bekendgemaakt dat ik zou stoppen.’

‘Het is veel lastiger geworden om goed ambtelijk personeel te krijgen om je ambities te realiseren’

Stoppen is niet eenvoudig, zeker als het een leuke baan is. Dirkse: ‘Je eigen stad een beetje beter maken is het leukste wat ik in mijn leven heb gedaan.’ Gemakkelijk was dat niet altijd. ‘Als je onderdeel van de stad bent die je bestuurt, kan dat tot teleurstelling leiden bij groepen in de stad die jou kennen en die verwachten dat je doet wat zij belangrijk vinden. Ik vind dat je daar integer mee moet omgaan, en dat betekent dat je niet altijd kunt doen wat ze van je verwachten.’

‘Loslaten betekent pijn en dat mag er ook zijn’, zegt Oetra Gopal. Na acht jaar wethouderschap in Hoogezand-Sappemeer en vier jaar in Tynaarlo — zij verhuisde naar een prachtige arbeiderswoning in Zuidlaren — heeft de GroenLinks-wethouder besloten niet nog een keer te verhuizen. ‘Wanneer je iets met veel liefde en passie hebt gedaan, is het lastig om daarmee te stoppen. Het zou ook heel raar zijn als dat niet zo was.’

Bezuinigingen

Voor diverse stoppende wethouders zijn nieuwe bezuinigingen van het rijk een reden om ermee te stoppen, zo niet voor Dirkse en Gopal. ‘Bezuinigen maakt het moeilijker, maar dwingt je als bestuurder tot het maken van goede keuzes. Heb je een plan, heb je een idee en heb je focus en durf je dat te verdedigen? Dat scherpt de politiek’, zegt Dirkse. Gopal: ‘Bezuinigingen lopen als een rode draad door mijn wethouderschap. Maar bezuinigingen bieden ook kansen. Veel geld hebben, wil niet zeggen dat je dan goed bestuurt. Er valt veel te winnen als we zaken in samenhang en als team oppakken, maar we zijn helaas in de gemeentelijke wereld nog te veel in stukjes aan het sturen.’

Opvallend is dat al bijna zestig wethouders – twee keer zo veel als vier jaar geleden – zijn vertrokken naar een andere baan. Twintig jaar geleden maakte elke wethouder zijn periode vol. Dirkse vermoedt dat het iets te maken heeft met de veranderde dynamiek in het ambt. ‘De maatschappelijke druk is erg hoog geworden. Agree to disagree is veel moeilijker geworden. Er is een grote neiging tot verketteren. Ik heb gemerkt dat sommige mensen op sociale media echt furieus reageerden. “Zullen we een kopje koffie drinken”, reageerde ik dan en dat leidde in negen van de tien gevallen toch tot een leuk gesprek. Bovendien helpt corona daarbij niet. We moeten wel heel scherp blijven dat die wijze van bejegening niet in onze raadszalen komt en niet onze ethiek en mores gaat worden.’ Voor Dirkse was er geen enkele twijfel om de rit vol te maken. Hij wil de zelf mee geformeerde coalitie naar de eindstreep brengen. ‘Voor mij is het belangrijk om dat af te maken. Er had wel iets heel bijzonders voorbij moeten komen om daarvan af te wijken.’

Wie eenmaal aan het wethouderschap heeft geproefd, zoekt ook als er een nieuwe uitdaging moet worden gevonden naar een maatschappelijk betekenisvolle functie. De tijd dat wethouders tien jaar lang op hun lauweren konden rusten, is lang voorbij. Bovendien zijn ze nog volop ambitieus.

Dirkse: ‘Ik ben 54 jaar. Ik heb nog twintig jaar te gaan voor mijn pensioen. En ik zoek naar een plek waar ik met een concreet doel iets kan opbouwen om met energie een bijdrage te leveren de wereld beter te maken.’ Onzekerheid en geloof in een mooie, nieuwe functie gaan soms hand in hand. Gopal: ‘Ik heb nog tien jaar te gaan. Dat was ook een overweging om te stoppen. Spannend is het wat er gaat gebeuren. Ik heb veel gelezen over dat het niet gemakkelijk is om na het wethouderschap een baan te vinden. Maar ik heb de regie in eigen hand genomen. Ik wil niet voor zekerheid gaan en ook niet op routine draaien. Ik heb in de verpleging gewerkt, in de re-integratie, juridisch werk gedaan voor asielzoekers en ben manager geweest. Ik hoop dat men mij beoordeeld op mijn kennis en kunde en dat ik breed inzetbaar ben in onderwijs, zorg en re-integratie.’

Arsenal

De jonge dertiger Erjen Derks heeft geen angst dat hij niets vindt. Hij zoekt vooral een nieuwe uitdaging. ‘Ik kom uit de voetballerij en daar heb ik geleerd dat je talenten op hoge weerstand moet laten trainen om beter te worden. Ik heb geconcludeerd dat ik naar een nieuw speelveld moet. Om de vergelijking in sporttermen door te trekken: ik wil van FC Utrecht naar Arsenal.’ Wat daarbij het beste past, een baan in loondienst of een eigen bedrijf, weet hij nog niet. Zeker is dat het een plek is waar hij invloed kan hebben en bij kan dragen aan het oplossen van sociaal-maatschappelijke knelpunten in de samenleving.

Jelle Beemsterboer vindt het vooral heel leuk dat hij mag zoeken naar – en nadenken over – iets anders. ‘Het is een avontuur en we gaan kijken wat het brengt. Ik ga in ieder geval een studie in de avond doen. Dat lijkt mij na zoveel jaren ’s avonds vergaderen heerlijk.’

Meer informatie

Voor een overzicht van alle wethouders die al hebben besloten om na de raadsverkiezingen van 16 maart 2022 en de formatie van een nieuw college te stoppen, kijk op de website van De Collegetafel (www.decollegetafel.nl) dat onderzoek heeft gedaan naar stoppende wethouders.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie