'Ravijnjaar kan een zegen blijken'
Gemeenten kunnen het ravijnjaar aangrijpen om met minder geld meer impact te hebben, betoogt Hilko de Boer. Lees hoe.
Vanaf 2026 ontvangen gemeenten veel minder geld van het rijk. Dat kan niet, roepen lokale bestuurders massaal. Dan moeten straks immers de bibliotheek, het zwembad en het theater dicht. Maar is dat wel zo? Misschien is het ravijnjaar wel precies wat gemeenten nodig hebben, stelt Hilko de Boer in een essay.
Andere systematiek
Zo’n 2,5 miljard euro. Dat is naar schatting het bedrag dat gemeenten in 2026 samen tekortkomen, of minder gaan krijgen. Het rijk stapt dat jaar over op een andere systematiek om het gemeentefonds te vullen. Dat gebeurt straks niet langer op basis van de trap-op-trap-af-methode, waarbij het gemeentefonds meegroeit met de uitgaven van de overheid. In plaats daarvan bepaalt de economische ontwikkeling (bbp) straks hoeveel geld gemeenten van Den Haag krijgen. Daar komt bij dat het nieuwe kabinet de incidentele SPUK-gelden wil opnemen in het gemeentefonds, met een korting van 10 procent.
Vier kansen
Het verwachte miljardentekort leidt tot kopzorgen in gemeenteland. In de afgelopen maanden luidde menig wethouder de noodklok. Dat doet ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De koepelorganisatie waarschuwt op elk mogelijk podium voor verschraling van de gemeentelijke voorzieningen. Waar het in het publieke debat veel minder over gaat, is wat gemeenten zélf kunnen doen in de aanloop naar het ravijnjaar. Terwijl die discussie juist veel interessanter is. Ik zie daarbij op hoofdlijnen vier kansen.
1. Weg met de spaarpotjes
Laten we eerst eens kijken naar dat gekke fenomeen dat we zien in gemeenteland: elk jaar wringen gemeenten zich in allerlei bochten om een sluitende begroting te maken. In de jaarrekening constateren ze vervolgens dat er miljoenen op de plank zijn blijven liggen. In 2022 ging het opgeteld om 3,7 miljard euro, zo’n 218 euro per inwoner. En ook voor 2023 is de verwachting dat er per saldo zeer veel geld overblijft. Door die forse exploitatieoverschotten is het eigen vermogen van gemeenten flink gegroeid. De reservepotten stromen over. Laten we eens beginnen om alle bestemmingsreserves zonder daadwerkelijke claim op te heffen. Voeg dat geld toe aan de algemene reserve. Daardoor wordt het deel dat structureel ingezet mag worden groter.
2. Realistischer begroten
En als we dan toch elk jaar zoveel geld overhouden: is het dan niet eens tijd om na te denken of we wel realistisch begroten? In een recent webinar vroegen we financieel ambtenaren wat nu eigenlijk het grootste probleem van de gemeente is. Het verrassende antwoord: te veel ambities. Gemeenten willen heel veel en schrijven dat ook op in hun begroting. Zelfs als ze weten dat ze niet de (interne) capaciteit hebben om al die ambities uit te voeren. Wat als we daarmee zouden stoppen? Verschillende gemeenten denken daar over na. De gemeente Veere denkt er 1,3 miljoen euro mee te kunnen besparen. De gemeente Barneveld mikt op 2,5 miljoen.
Ik weet: je kunt op basis van deze twee gemeenten niet landelijk extrapoleren. Maar laten we het als gedachte-experiment toch eens doen. Als je het gemiddelde van die besparingen deelt door het aantal inwoners in die gemeenten en vervolgens het rekensommetje maakt, dan kom je uit op een slordige 887 miljoen euro voor alle gemeenten in Nederland. Daarmee kun je een aardig ravijn dichten.
3. Inkomsten verhogen
Laten we ook eens kijken naar de inkomstenkant, want ook daar is winst te halen. Een aantal jaar geleden lieten we bij Finolia met een analyse al zien dat gemeenten tussen 2017 en 2020 overheadkosten niet volledig hebben doorbelast in hun leges. De grootste kans om de inkomsten te verhogen ligt doorgaans in het ruimtelijke domein. Het gaat dan om de leges voor omgevingsvergunningen. De omvang verschilt uiteraard sterk per gemeente. In een enkel geval gaat het hier om meerdere miljoenen. Geld dat we wel uitgeven maar niet in rekening brengen aan projectontwikkelaars en particuliere initiatieven.
Of je kiest voor een kostendekkendheid van 100 procent van leges is uiteraard een politieke keuze
Daarnaast zijn in veel gemeenten de leges voor begraven niet kostendekkend. Of je kiest voor een kostendekkendheid van 100 procent is uiteraard een politieke keuze. Laat de raad daar vooral haar eigen afwegingen in maken. Maar dan is het wél belangrijk dat ze weten wat de mogelijkheden zijn. Die mogelijkheden vind je – als je goed zoekt en je door complex jargon worstelt – in de paragraaf lokale heffingen van de begroting. Je hebt dan soms al een pagina of 200 achter de kiezen. Hoeveel raadsleden komen zover en snappen welke keuzes ze hebben? Wat mij betreft ligt daar een opgave voor begrotingsmakers: presenteer de opties duidelijk én toegankelijk, om zo het politieke debat te faciliteren.
4. De P&C-cyclus vernieuwen
Standaardisering behoort wat mij betreft tot het laaghangend fruit. Wanneer je standaardiseert, kun je vervolgens makkelijker kunstmatige intelligentie (AI) gebruiken. Denk daarbij aan het volledig automatisch genereren van de jaarrekening van gemeenten. Het opstellen van de jaarrekening kost nu ontzettend veel tijd en energie, terwijl het document bij de raad soms als hamerstuk wordt behandeld. In het bedrijfsleven wordt al geëxperimenteerd met de AI-jaarrekening. Wie pakt die handschoen in gemeenteland op?
Onze financiële stukken worden daarbij over het algemeen conservatief en risicomijdend opgesteld
Een meer fundamentele vraag is of de P&C-cyclus zelf niet op de schop moet. In de huidige financiële dynamiek van gemeenten is het verleden de basis voor alles wat we doen. We borduren voort op wat er al is, er komt steeds een beetje bij en er gaat zelden wat af. Onze financiële stukken worden daarbij over het algemeen conservatief en risicomijdend opgesteld. We gaan standaard uit van worst case-prognoses en nemen uit voorzorg hoge bedragen op in onze begroting.
Op basis van Zero Base Budgetting kun je de begroting van scratch af aan opnieuw opstellen. Met een soortgelijk proces is een aantal gemeenten bezig dat zich voorbereidt op de inrichting van een nieuw financieel systeem. In de kern komt het erop neer dat je het management verantwoordelijk stelt voor het opmaken van hun producten en diensten voor de samenleving. Op basis van te realiseren maatschappelijke doelen stel je deze producten en diensten op. Daar wil je op sturen, zowel op inhoud als op geld.
Details voeden niet de sturing en dragen niet bij aan een goed politiek debat
Creëer op basis daarvan een heldere sturingsstructuur en vertaal die naar wat er nodig is qua inrichting in een financieel systeem. Een landelijke standaard voor gemeenten zou dat makkelijker maken. Zorg ervoor dat de inrichting niet op een te laag niveau wordt doorgevoerd. Details voeden niet de sturing en dragen niet bij aan een goed politiek debat. Bovendien zorgen al die detailbudgetten voor extra lucht in de begroting, want bij elk potje houden we een veilige buffer aan.
Zegen
Gebruik een crisis om de bakens te verzetten, te innoveren en jezelf opnieuw uit te vinden. Meer geld maakt alles makkelijker, maar verbloemt ook de manier waarop gemeenten georganiseerd zijn en hoe de planning en control soms totaal niet helpend is. Pakken we die manier nu ook aan? Dan constateren we achteraf misschien wel dat het ravijn een zegen, in plaats van een vloek was.
Hilko de Boer is initiatiefnemer van het Finoliaportaal, een platform van leernetwerken voor financiële medewerkers binnen lokale overheden. Lees het hele essay deze week in BB14.
Binnenlands Bestuur organiseert op 24 september 2024 een Kennissessie Ravijnjaar. Wat kunnen we nu al leren van het ravijnjaar? Een kennissessie door Hilko de Boer en Gerard Zijlstra over anticiperen op tekorten, impactvol bezuinigen en in control blijven in financieel onzekere tijden.
Meer informatie vindt u hier.
https://onlinetouch.nl/binnenlandsbestuur/bb-13-2024?timeout=1722238935&Signature=s1%2BJ9dOSvNj8Hh7g7rWYc3jDpKYW4%3D&html=true#/26/