Advertentie
sociaal / Nieuws

‘Te veel eisen aan jeugdinterventies’

Interventies in de Jeugdzorg en de jeugdhulpverlening moeten aan te veel wetenschappelijke eisen voldoen. Als alle toegestane methoden evidence based moeten zijn, is er geen enkele ruimte meer voor innovatie.

13 december 2010

Dat stelde Erik Gerritsen, bestuursvoorzitter van het Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam (BJAA) deze week op een conferentie over de OMPG-aanpak (overlastgevende multiprobleemgezinnen). Bovendien kost het vergaren van het harde wetenschappelijke bewijs dat een methode werkt, handenvol met geld. Dat kan volgens Gerritsen beter worden besteed aan een betere salariëring van de gezinsmanagers die werken met OMPG-gezinnen.

 

De verantwoordelijke ministeries (VWS en Justitie) hanteren steeds vaker als regel dat interventies alleen nog worden betaald als het wetenschappelijk nut is aangetoond. Binnen de reclassering bijvoorbeeld is die werkwijze al volledig doorgevoerd. Binnen de jeugdzorg en de opvoedinstellingen doet het ook steeds meer opgeld, aldus Gerritsen. Volgens hem is dat op den duur de dood in de pot.

 

De OMPG-aanpak is enkele jaren geleden ontwikkeld als antwoord op gezinnen die op geen enkele wijze in het gareel zijn te krijgen. In de OMPG-werkwijze wordt één gezinsmanager eindverantwoordelijke voor de totale problematiek binnen een gezin. Als het evidence based-criterium enkele jaren geleden ook al had gegolden, was die nieuwe OMPG-aanpak nooit van de grond gekomen, betoogt Gerritsen.

 

‘Natuurlijk moet je op de een of andere vaststellen of een methode werkt. Niemand wil kwakzalverij en we moeten kijken of goed met het beschikbare geld wordt omgegaan. Maar het slaat door, het is een beetje een eigen industrie aan het worden en de bureaucratie neemt enorm toe’, aldus Gerritsen, ook voormalig gemeentesecretaris van Amsterdam.

 

Natuurkunde

 

‘Wetenschappers kosten ook geld, zij willen vaak grote kathedralen bouwen van controlegroepen en wat al niet. Als ze dan 5 jaar later eens met hun conclusies komen, is de werkelijkheid alweer veranderd en kun je dus weer opnieuw beginnen. Jeugdzorg is geen natuurkunde, we moeten ruimte houden voor innovatie’.

 

Zijn betoog wordt ondersteund door de Britse social worker Paul Nixon, die in de Angelsaksische wereld geldt als expert op het gebied van Family Group Conferences. Familieleden en vrienden van overlastgevers worden dan actief ingeschakeld om de problemen rond een gezin te helpen oplossen. In Nederland is de aanpak bekend onder de naam Eigen Kracht Conferenties. De werkwijze wordt steeds meer ingezet bij overlastgevende, multiprobleemgezinnen.

 

Nixon, spreker op het OMPG-congres in Amsterdam: ‘In de sociale wetenschap kun je nooit zo’n hard bewijs vergaren als in de natuurkunde of de geneeskunde. Je kunt niet twee families in een laboratorium zetten en kijken welke aanpak de beste is. Vergelijk het maar met democratie. Is het wetenschappelijk bewezen of te bewijzen dat dit de beste staatsvorm is? Nee, maar er zijn wel hele sterke aanwijzingen voor. In Engeland spreken we dan ook liever over evidence informed practise, dat is minder sterk dan evidence based. We moeten niet ál te veel nadruk leggen op dat wetenschappelijke bewijs’, aldus Nixon.

 

Onder toezicht

 

De Brit is warm pleitbezorger van de Eigen Kracht Conferenties, die ook hier steeds meer in zwang raken. ‘Iederéén heeft wel iets van een netwerk om zich heen. Uit onderzoek blijkt dat voor Europeanen familie het allerbelangrijkste in hun leven is, belangrijker nog dan hun gezondheid. In 95 procent van de gevallen dat dit netwerk wordt ingezet, rollen ook daadwerkelijk oplossingen uit de bus. Ik pleit er dan ook voor dat bij de rechter pas ondertoezichtstelling (OTS) voor de kinderen mag worden aangevraagd als éérst zo’n Eigen Kracht Conferentie is geprobeerd’.

 

Uit cijfers blijkt dat als kinderen toch uit huis geplaatst moeten worden, het in 45 procent van de gevallen lukt om hen via zo’n Eigen Kracht Conferentie in het eigen (familie-) netwerk op te vangen. Volgens de Amsterdamse wethouder Lodewijk Asscher, ook spreker op het congres, wordt het houden van zo’n conferentie door de gemeente Amsterdam soms al als voorwaarde gesteld voor het verkrijgen van subsidie.

 

Uit onderzoek blijkt overigens dat in een kwart tot een derde van de multiprobleemgezinnen licht-verstandelijke beperkingen van ouders of kinderen een rol spelen. Onder de doorsnee bevolking is dat percentage 1-3 procent, onder jongeren 13 procent. Hulpverleners zijn nog te weinig alert op deze problematiek binnen deze gezinnen, aldus Natalie Kramp, manager Jeugdbescherming en OMPG bij de William Schrikker Groep.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Jurja Steenmeijer
Interessant verhaal, ik begon me al af te vragen wanneer de grenzen van het Evidence-Based werken bereikt zouden worden. Het is goed dat er een oproep komt vanuit de jeugdzorgsector om vragen te stellen bij deze manier van werken en financieren. Wie goed heeft opgelet heeft de afgelopen jaren al van diverse kanten kritische kanttekeningen gezien. Het bewijs voor de effectiviteit van een programma of interventie wordt tegenwoordig vooral (en bijna uitsluitend) gezocht in Randomized Controlled Trials (RCT). Het zou de jeugdzorg, en de financiers - zij zijn beide stakeholders - sieren wanneer gekeken wordt naar andere vormen van 'bewijs' van effectiviteit en efficiëntie. En die zijn er! Er is nog een hele slag te maken van 'doen wat een hulpverlener intuïtief goed acht' en 'het leveren van wetenschappelijk bewijs door zoveel mogelijk een laboratorium-situatie te benaderen'. Er is een onderzoeksmethode die niet alleen kijkt naar de 'uitkomsten' van een programma, maar vooral naar de contexten waarín en mechanismen waardóór die uitkomst ontstaat. Zo kunnen de werkzame bestanddelen worden geïdentificeerd en wordt inzicht verkregen in de Black Box van een programma. Nu de jeugdzorg op termijn onder regie van de gemeente komt, is het zaak breder te kijken naar de verschillende manieren waarop 'evidence' geleverd kan worden.
Advertentie