Noord-Holland stelt strengere milieueisen aan Corus

Teruggefloten
GroenLinks gedeputeerde Bart Heller is verheugd dat de milieuvergunning aan Corus is verleend en dat de milieubelasting door de strengere milieuvergunning afneemt. In dezelfde verklaring worden de ‘bezwaarmakers’ bedankt voor hun ‘consultatie’ bij de nieuwe vergunning. Hans Jager van Natuur en Milieu, een van de organisaties die bezwaar hebben gemaakt tegen de eerdere vergunning, legt uit dat zij de nieuwe vergunning hebben ingezien en geaccordeerd voordat hij werd verleend; dit om te voorkomen dat provincie nogmaals door de Raad van State teruggefloten zou worden.

Zware metalen
Natuur en Milieu is tevreden met de nieuwe vergunning. Vooral de proef met de ‘doekfilters’ zal ervoor zorgen dat er minder uitstoot is van stof en zware metalen zegt Jager. ‘Corus was van mening dat hun installatie milieutechnisch gezien de huidige stand van de techniek vertegenwoordigt. Uit onze voorbeelden van fabrieken in omringende landen blijkt dat dit niet zo is, al blijft het een gebied vol interpretatie.’

Te soepele vergunningsverlening
Noord-Holland is niet de enige provincie die door de Raad van State wordt bekritiseerd om de te soepele vergunningverlening aan grote bedrijven. Natuur en Milieu krijgt geregeld gelijk in dergelijke procedures waarin provincies gewezen worden op strengere Europese wetgeving op het milieugebied. ‘Wij voeren op dit moment nog zo’n twintig procedures rond de vergunningverlening aan grote bedrijven door provincies, onder meer in Groningen, Brabant, Limburg en Zuid-Holland,’ zegt Jager. ‘Recent kregen wij nog gelijk in een zaak tegen Noord-Brabant en Shell-chemie. Vaak beoordelen ze hun milieutechniek te positief en controleren ze het niet voldoende.'

Sufferdje
Een nieuwe punt waar Jager tegenaan loopt is de publicatieplicht, daar zouden sommige provincies niet naar behoren aan voldoen. Het blijkt dat sommige provincies nieuwe vergunningen sinds de opheffing van de staatscourant enkel nog in het ‘plaatselijke sufferdje’ zetten. ‘Een wel heel beperkte opvatting van publicatieplicht,’ meent Jager.

Lees ook: