Investeerder en starter in competitie op woningmarkt

Particuliere investeerders blijken vaak actief in wijken waar jonge mensen willen wonen. Daardoor kan competitie ontstaan tussen de investeerders en de koopstarters, zo blijkt uit onderzoek van het Kadaster.

Particuliere investeerders sloegen hun slag voordat de overdrachtsbelasting per 1 januari 2021 werd verhoogd. Koopstarters wachtten juist tot ná die datum, omdat ze dan geen overdrachtsbelasting meer hoeven te betalen. Na 1 januari 2021, toen iedereen van 18 tot 35 jaar vrijstelling kreeg van overdrachtsbelasting bij aankoop van hun eerste woning (zolang zij niet eerder van deze vrijstelling gebruik hebben gemaakt) ziet het Kadaster in die leeftijdscategorie twee keer zo veel woningtransacties als in januari 2020.

Particuliere investeerders
In de afgelopen 10 jaar kochten particuliere investeerders nog nooit zoveel woningen. In de G4 kochten particuliere investeerders de afgelopen 10 jaar ruim 25 procent van de verkochte woningen. In heel Nederland was dat ruim 15 procent. In het laatste kwartaal van 2020 kochten particuliere investeerders in de G4 ruim 40 procent van de verkochte woningen, in heel Nederland was dit bijna 30 procent. De aandelen bereikten daarmee het hoogste punt in de afgelopen 10 jaar.

Particuliere investeerders kochten steeds vaker een woning van eigenaar-bewoners. In de afgelopen 10 jaar kochten particuliere investeerders in de G4 zo’n 13 procent van de door eigenaar-bewoners verkochte woningen. In heel Nederland lag dat aandeel op ongeveer 7 procent. In het laatste kwartaal van 2020 kochten particuliere investeerders in de G4 ruim 25 procent van de door eigenaar-bewoners verkochte woningen. In heel Nederland lag dit op iets meer dan 15 procent.

Populaire wijken
Voor de G4 – Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag – onderzocht het Kadaster binnen de eigenaar-bewoner-markt waar het aandeel particuliere investeerders in 2020 het grootst was. Het gaat – in willekeurige volgorde – om de volgende wijken: Bijlmer Centrum (D,F,H), Burgwallen-Oude Zijde, De Weteringschans, Holendrecht/Reigersbos en Sloterdijk (Amsterdam); Charlois, Delfshaven, Feijenoord, Kralingen-Crooswijk en Noord (Rotterdam); Transvaalkwartier, Rustenburg en Oostbroek, Leyenburg, Moerwijk en Laakkwartier en Spoorwijk (Den Haag) en Overvecht, Binnenstad en Zuidwest (Utrecht).

Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 6 van deze week (inlog)