Minder nieuwe woningen door transformatie

In 2017 zijn er 7.570 nieuwe woningen ontstaan door transformatie van kantoren en maatschappelijk vastgoed. Dat is minder dan in de twee voorafgaande jaren toen respectievelijk 7.825 (2015) en 8.095 (2016) woningen op deze manier werden gerealiseerd.

8 procent woningproductie

Dat blijkt uit cijfers van het CBS. In totaal werden vorig jaar zo’n 1.900 panden getransformeerd. Het gros daarvan bestond uit kantoren en maatschappelijk vastgoed (samen bijna 60 procent). Maar ook winkels (10 procent) en industriële panden (10 procent) kregen een nieuwe bestemming als woning. Tezamen droegen de transformaties voor 8 procent bij aan de nieuwe woningproductie.

Oorzaken terugloop 
Het CBS deed geen specifiek onderzoek naar de oorzaken van de terugloop van het totale aantal transformaties. Wel is bekend dat veel gemeenten de relatief makkelijk te transformeren panden al eerder ter hand hebben genomen. Ook gebrek aan personeel bij zowel gemeenten als bouwers kan in de daling een rol spelen.  

Amsterdam koploper
Amsterdam is wederom de absolute koploper met 635 via transformatie gecreëerde woningen. Van alle provincies scoort Zuid-Holland dankzij de bijdragen van Den Haag en Delft het best: een op de vijf getransformeerde woningen lag in deze provincie. Wordt de transformatie uitgedrukt als percentage van de totale lokale woningproductie, dan scoren vooral Huizen (81 procent), Valkenswaard (53), Stichtse Vecht (48), Purmerend (44) en Roosendaal (43) goed.

Vooral kleine huurwoningen
Het CBS onderzocht ook wat voor type woningen dankzij transformatie tussen 2014 en 2016 werd gerealiseerd. Meer dan de helft is kleiner dan 50 vierkante meter. In negen op de tien gevallen betreft het huurwoningen. Ze worden voornamelijk bewoond door jonge eenpersoonshuishoudens met een laag inkomen, waaronder een aanzienlijk aantal studenten.