Gedeputeerde wil naam verwijderd van Keolis-trein

De Overijsselse gedeputeerde Bert Boerman laat zijn naam weghalen van een trein van vervoerder Keolis. Overijssel, Gelderland en Flevoland trokken gisteren de concessie van Keolis voor het busvervoer in de regio in, omdat het bedrijf heeft gesjoemeld met de contracten voor de levering van bussen. Boerman wil daar niet mee geassocieerd worden, zegt hij tegen De Stentor.

Onjuist

Gelderland, Flevoland en Overijssel maakten dinsdag bekend af te willen van een contract waarin een deel van het busvervoer in de drie provincies is gegund aan het ov-bedrijf Keolis. Bij de aanbesteding is bewust onjuiste informatie verstrekt, zeggen ze. De zogenoemde concessie IJssel-Vecht gaf Keolis het recht om het busvervoer te verzorgen in delen van de drie provincies. Met de concessie is 900 miljoen euro gemoeid.

Afspraken

Eind mei meldde Keolis zelf aan de provincies dat een aantal medewerkers, waaronder een directeur van het bedrijf, buiten het bedrijf om afspraken hadden gemaakt met de leveranciers van 600 elektrische bussen. Die hoefden volgens de ‘side letter’ niet te rekenen op financiële of juridische consequenties als de bussen niet op tijd geleverd zouden worden. Maar het feit dat die bussen in december van dit jaar klaar zouden staan, was juist een grote reden voor de gunning. De Nederlandse bussenbouwer VDL greep om die reden mis: zij konden niet op tijd zoveel elektrische bussen leveren. In mei stelde de provincie Gelderland nog geen maatregelen te zullen nemen voordat alle feiten boven tafel waren, maar nu hebben de provincies toch besloten om het contract te ontbinden.

Naam

Keolis verzorgt ook een deel van het treinvervoer in de regio. Gedeputeerde Boerman kreeg vorig jaar  al kritiek dat Keolis, die haar treinen allemaal een naam geeft, de busconcessie gegund kreeg een paar weken nadat de naam van de gedeputeerde op de trein prijkte. Toen zag het provinciebestuur het probleem niet. Maar nu heeft Boerman toch verzocht om zijn naam te laten verwijderen.

Intenties

Volgens John Bijl, directeur van het Periklesinstituut, is het de enige beslissing die Boerman had kunnen nemen. ‘Maar wel om de verkeerde reden. Die naam had natuurlijk al nooit op die trein moeten staan. Uiteindelijk moet je je bij dit soort geschenken, want dat zijn het, altijd afvragen met welke intenties het wordt gegeven. Voor een bestuurder kan het best moeilijk zijn dat nog helder te kunnen zien. Maar je kan altijd aan een ander, een buitenstaander, vragen: ‘moet ik dit nou wel doen?’ Het is makkelijk om ja te zeggen, terwijl het antwoord eigenlijk ‘nee’ moet zijn. Ik denk dat het morele kompas van Boerman in dit geval beter geijkt had moeten zijn.’ Lachend:  ‘Misschien moet hij voor straf maar zelf zijn naam van die trein poetsen.’