Samen sterk tegen zware jongens
Tien jaar bakkeleiden de gemeentebesturen van de Brabantse dorpen Sterksel en Maarheeze over een leefbaarheidsprobleem. De bewoners losten het in soepele samenwerking zelf op.
Tien jaar bakkeleiden de gemeentebesturen van de Brabantse dorpen Sterksel en Maarheeze over een leefbaarheidsprobleem. De bewoners losten het in soepele samenwerking zelf op. Ze maken een eind aan het denderende vrachtverkeer door hun dorpskernen.
Twee gemeenteraden en twee collegebesturen komen er al tien jaar niet uit. Wat te doen met de verkeersoverlast van een afvalverwerkingsbedrijf aan beide kanten van de gemeentegrens? De oplossing waarbij het dorp in de ene gemeente wordt ontlast, geeft nieuwe hinder in het dorp aan de andere kant van de grens.
Met grens tussen aanhalingstekens, benadrukt Pieter Rozema, die vanuit netwerkorganisatie KNMH de beide dorpsraden ondersteunt. ‘Voor bewoners is die streep op de Noord-Brabantse kaart tussen Sterksel en Maarheeze een papieren werkelijkheid.’
Hoe zij de realiteit beleven, wordt duidelijk tijdens een bezoek aan het gebied, als een bonkende vrachtauto zich een weg baant over de klinkerstraat in het oude dorpscentrum van Sterksel. Het zijn zware jongens, met containers vol bouw afval. Alleen al voor dit afvalverwerkings- bedrijf biedt de vergunning ruimte voor 1.230 vrachtwagenbewegingen per et maal. Dat is een hele mondvol voor wat bewoners eenvoudigweg ‘onleefbaar’ noemen.
Kladblokje
In het dorpshuis zit Rozema aan tafel met Piet Konings van de dorpsraad Maarheeze en Toine Leemans uit de dorpsraad van Sterksel. Opvallend gebroederlijk, afgezet tegen het politieke geharrewar over dit dossier in en tussen de twee betrokken gemeenten, Cranendonck en Heeze-Leende. Rozema schetst de essentie van het probleem op een kladblokje. De dorpen – twee rondjes – liggen hemelsbreed vijf kilometer uit elkaar, met in het midden een stippellijn als gemeentegrens.
Het bewuste bedrijf ligt vlak naast de grens, nét in Heeze-Leende. Het meeste vrachtverkeer rijdt echter direct de grens met Cranendonck over, om via de kern Maarheeze naar de A2 te rijden. Terwijl de provincie en Heeze-Leende de onderneming sinds 2004 ruimte boden voor uitbreiding van de activiteiten, zag Cranendonck de overlast in Maarheeze verder toenemen. Rond 2008 erkenden beide gemeenteraden dat er sprake was van een gezamenlijk probleem, vertelt Piet Konings van de dorpsraad van Maarheeze. ‘Beide gemeenten lieten onderzoek doen, door verschillende bureaus, met uitkomsten die voor de ander niet acceptabel waren.’
De gemeente Cranendonck kwam daarop met een plan om het vrachtverkeer te spreiden over de dorpskern Maarheeze en het buitengebied. ‘Die tussenoplossing leidde in Cranendonck tot onenigheid, want bewoners die er eerder weinig last van hadden, kregen ineens dat zware verkeer voor de deur.’
De lokale onvrede werd inzet van politieke strijd en resulteerde in 2011 in een aangenomen motie die het gemeentebestuur opdroeg: “Los dit probleem op, maar niet over ons grondgebied.” Het waren de beide dorpsraden die elkaar vervolgens opzochten en besloten: als de politiek het niet kan oplossen, moeten wij dat samen doen. De samenwerking verliep gelijk soepel; van hard feelings was geen sprake, zegt Toine Leemans van de Sterkselse dorpsraad. ‘We zaten allemaal met hetzelfde probleem, wij zochten elkaar gewoon op.’
Ja of nee
De dorpsraden schakelden de hulp in van Pieter Rozema, van KNHM. De netwerkorganisatie ondersteunt bewoners bij burgerplanvorming door de inzet van vrijwillige professionals. Vaak zijn dat ervaren adviseurs of bestuurders die bekend zijn met de dynamiek van lastige politiek-bestuurlijke kwesties.
Juist dat de trekkersrol bij burgers ligt, maakt de casus in Sterksel en Maarheeze bijzonder, zegt Rozema. ‘Hier gaat het niet over speeltuintjes, maar over een belangrijk verkeers- en leefbaarheidsprobleem, waarmee je in het vakgebied van de raad en het college terecht komt. Dan is het wel even slikken als de bewoners zo veel regelen en voorbereiden, dat het gemeentebestuur eigenlijk alleen nog maar ja of nee kan zeggen.’
Toch is dat wat nu voor ligt, vijf jaar later en nadat 23 verkeersoplossingen zijn bekeken: een plan voor een verkeersroute door het buitengebied van Maarheeze, waardoor nog slechts enkele woningen van één straat aan de rand van het dorp in de herrie zitten. Dat was geen makkelijke boodschap aan deze bewoners, zegt dorpsraadlid Konings, die heel wat emotionele reacties moest incasseren. ‘Ze zijn niet blij met deze oplossing, maar hebben waardering voor hoe zorgvuldig we het hebben aangepakt. We zijn wel een jaar bezig geweest met een plan van aanpak om de dorpen erbij te betrekken.’
Leemans uit Sterksel vult aan: ‘Door te laten zien dat alle opties bekeken zijn, krijg je draagvlak voor het plan dat voor de dorpen als geheel de beste optie is.’ En hoe zit het met de rol van de gemeenteraad? Van controleren van het college is hier geen sprake en van politiek debat evenmin. Hoe democratisch is straks het besluit? Konings en Leemans zijn ervan overtuigd dat het brede draagvlak dat de dorpsraden in beide dorpen wisten te creëren juist democratisch is. Hun dorpsraden hebben bewoners huis aan huis benaderd en maandelijks teruggekoppeld tijdens openbare vergaderingen. ‘Wij hebben in de dorpshuizen steeds gevraagd: zijn jullie het ermee eens of niet?’, zegt Leemans. De gemeenteraad staat niet buitenspel, voegt Rozema toe, die heeft op vastgestelde momenten go of no go kunnen zeggen, zo ook over het eindvoorstel. Maar de rol van de raad verandert wel. ‘Hij toetst niet of de weg op de goede plek komt, maar of het proces van planvorming draagvlak heeft, of iedereen de kans heeft gehad zijn zegje te doen.’
Bestuurlijke agenda
Wethouder Wilma van der Rijt- van der Kruis (CDA, verkeer) uit Heeze- Leende is blij met het werk van de dorpsraden. Zij zorgden ervoor dat er een gezamenlijke bestuurlijke agenda kwam voor dit probleem, iets wat de bestuurders van de twee gemeenten niet gelukt is, zegt ze. De gevonden oplossing is bovendien haalbaar, financierbaar en heeft breed draagvlak, ook van de provincie en het bedrijf. ‘Daar kun je als college en raad geen nee meer tegen zeggen, vind ik. Burgerplanvorming verandert het karakter van besluitvorming in positieve zin, we gebruiken de methode nu opnieuw voor ons centrumplan.’
Toch zou de wethouder volgende keer wel iets anders doen: eerder afspraken maken over het budget. Nu is op de valreep in de gemeenteraad van Cranendonck discussie ontstaan over een eerlijke verdeling van de kosten voor de gemeenten samen, circa 1,6 miljoen van in totaal 3,2 miljoen euro (ook de provincie en de ondernemer dragen aan de kosten bij).
Een vervelende discussie met de eindstreep in zicht, vindt Van der Rijt. ‘De financiële kaders hadden we aan de voorkant moeten stellen. Dat hebben we niet gedaan.’
6 tips voor burgerplanvorming
Gebiedsontwikkeling samen met burgers, overheden en marktpartijen, waarbij burgers in de lead zijn. Dat is de essentie van burgerplanvorming, volgens netwerkorganisatie KNHM. Zes tips om het proces tot een succes te maken.
1. Plaats burgers in de trekkersrol, zodat zij zelf voor draagvlak zorgen. Andere partijen moeten hen die rol wel gunnen.
2. Creëer een transparant proces met go-/no go-momenten, begrensd in de tijd.
3. Geen lange besluitvormingsprocessen, hou de vaart erin.
4. Raad en B&W moeten zich committeren aan het proces en niet halverwege de spelregels veranderen.
5. Burgerplanvorming is apolitiek; de raad is aan het einde weer aan zet.
6. Ambtenaren moeten loslaten, niet de verdediging ingaan. Rozema: ‘De beste ambtenaar maakt ruzie in het gemeentehuis, niet erbuiten.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.