Tweede Kamer doet zelf onderzoek naar IT-uitgaven

De Tweede Kamer gaat zelf onderzoek doen naar de reden dat IT-projecten meer tijd en geld kosten dan gepland. Daartoe wordt een werkgroep opgericht binnen de vaste kamercomissie van Binnenlandse Zaken.

Omdat in het debat van 12 maart met de minister van Binnenlandse Zaken de onduidelijkheid over de IT-kosten bleef, hebben CDA, PvdA, SP en VVD het initiatief tot de werkgroep genomen. Volgens Jos Hessels, Tweede Kamerlid voor het CDA, is het onderzoek dat de werkgroep gaat verrichten “een voorbereidend parlementair onderzoek, onder de naam van de vaste Kamercommissie”.

Deze werkgroep krijgt een eigen onderzoeksbudget en mag de aan de Kamer adviserende instanties om advies vragen. Ook kan het externe bureau’s inhuren om onderzoek te doen. Accountancybureau’s kunnen dan bijvoorbeeld gevraagd worden om onderzoek te doen naar ICT-projecten van de overheid.

“Het gaat niet alleen om de ICT-kosten. We willen boven water krijgen waar het lek nu precies zit. Waarom zijn er zoveel projecten die niet volgens plan verlopen? Ligt het aan de organisatie, aan de architectuur? Dat wil de werkgroep uitzoeken,” aldus Hessels.

Volgende week wordt de precieze samenstelling van de werkgroep bekend. Daarna wordt een plan van aanpak opgesteld, met een tijdsplanning. Volgens Hessels zal dat ‘vrij snel’ bekend zijn. Het onderzoek moet uiterlijk in september zijn afgerond.

De werkgroep zal beginnen met een gesprek met de Algemene Rekenkamer, die ook onderzoek doet naar de ICT-uitgaven. “De Rekenkamer heeft aangegeven dat ze in hun onderzoek niet naar nieuwe gegevens zullen kijken. Er zullen in dat onderzoek dus hiaten zitten. Wij willen datgene onderzoeken waar de Rekenkamer niet naar kijkt, zodat ons onderzoek aanvullend is op dat van de Rekenkamer,” aldus Hessels.

De Kamer wil niet wachten met het eigen onderzoek tot het rapport van de Rekenkamer in juni beschikbaar is. Hessels: “We willen deze zomer alle informatie hebben die nodig is, zodat we in september onze conclusies kunnen trekken óf kunnen beslissen tot verder onderzoek.” (MV)