De Test: onderwijsinspectie.nl
Een van de informatiebronnen die ouders bij de schoolkeuze voor hun kind kunnen raadplegen, is de Onderwijsinspectie. Het panel van…
Panel
![]() | Wolfgang Ebbers Hoofdonderzoeker publieke dienstverlening bij Novay en verbonden aan Center for e-Government Studies Universiteit Twente. |
![]() | Arda Gerkens met portefeuille ICT. |
![]() | Matt Poelmans Burgerlink. |
SCORE: 6-
De uitwerking is wel heel erg vaktechnisch, de rapporten zijn volledig en betrouwbaar, maar ontoegankelijk.
(Score is gemiddelde van de drie individuele oordelen)
Arda Gerkens heeft de website van de Onderwijsinspectie met het oog van een ouder bekeken; haar oudste zoon gaat over anderhalf jaar naar de middelbare school. Vandaag bezoeken ze een open dag. ‘Van te voren ben ik naar de website gegaan, omdat ik benieuwd was wat de inspectie over deze school zegt’, vertelt Gerkens.
De site vindt ze ‘duidelijk gestructureerd en helder’. Maar dan de rapporten. ‘Die zetten ze integraal op het internet. Misschien dat een onderwijskundige er wijs van wordt, maar als ouder begrijp ik niets van de inhoud.’ Die inhoud is heel objectief. Gerkens zegt te begrijpen dat je als inspectie wetenschappelijke maatstaven moet aanhouden. ‘Maar daardoor is het wel totaal onleesbaar.’
In dat oordeel is het panel unaniem. ‘De uitwerking is wel heel erg vaktechnisch’, stelt Wolfgang Ebbers. En ook Matt Poelmans vindt dat de Onderwijsinspectie in al haar degelijkheid haar doel voorbij schiet. ‘De rapporten zijn volledig en betrouwbaar, maar ontoegankelijk.’ Overigens is het volgens Poelmans maar de vraag of ouders die voor de schoolkeuze staan naar de website van de Onderwijsinspectie gaan. ‘Als ik uit ga van de burger, denk ik dat die zou googelen op “schoolkeuze”.’ Dan valt Poelmans op dat de inspectie in de eerste hitlist helemaal niet voorkomt. ‘De overheid gaat ervan uit dat de doelgroep de informatie vanzelf wel vindt.’ Zorg dat je – net als iedere aanbieder van informatie – hoog in Google komt, adviseert Poelmans. ‘Maak je product aantrekkelijk en vermarkt het.’
Neem de database van scholen. ‘Die is ouderwets – met z’n pdf-bestanden’, constateert Poelmans. ‘Een zoeksysteem op basis van een geografische kaart zou veel logischer zijn. Dat kan heel simpel, zie wijwaarderen.nl.’ Ebbers meent zich te herinneren dat dit in het verleden nou juist de werkwijze van de inspectie was. ‘Op een kaart met rode en groene markeringen kon je in één oogopslag zien welke scholen bij jou in de buurt oké waren.’ Ook zonde vindt Ebbers - die de database met schoolrapporten als een goede trigger ziet voor mensen om naar de site te gaan – dat de inspectie ouders niet voor zich probeert te winnen.
‘Als inspectie zou ik ouders meenemen in het toezicht op scholen. Wanneer er bijvoorbeeld klachten zijn die buiten de radar van de inspectie vallen, zou ik het prettig vinden als ouders die aandragen.’ Door al die verschillende informatie centraal rond een school beschikbaar te stellen, creëer je een soort van “schoolpagina’s”. ‘Dat maakt de kans dat je ouders echt betrekt ook weer groter.’ Die ambitie ziet hij in de site wel terug – je kunt een klacht achterlaten – maar Ebbers vindt de mogelijkheden ‘onvoldoende uitgevent om het te doen vliegen’.
Het ontbreken van een oordeel van ouders vindt Poelmans de meest fundamentele kritiek. ‘Bij een dienst als de Onderwijsinspectie wil je weten wat de feitelijke gegevens zijn, maar kwaliteit zit ook in een subjectief klantenoordeel.’ Een dergelijk beoordelingssysteem, bijvoorbeeld met een aantal sterren om een school te beoordelen, zou de overheid zelf moeten opzetten. ‘Dat maakt het interessant voor andere gebruikers en het is een manier om er voor te zorgen dat scholen ook echt iets met kritiek doen.’
‘Een gemiste kans, concludeert Poelmans kritisch. En met een knipoog: ‘Het volgende rapport moet beter.’ ‘Het kan leuker en handiger’, stelt Ebbers. ‘Al kun je er met wat inspanning nu ook wel doorheen komen’. Gerkens eindoordeel luidt: ‘De site zelf is helder. Maar ik ben niet veel wijzer geworden.’ Toevallig sprak ze onlangs iemand van de Onderwijsinspectie, vertelt Gerkens. ‘Die persoon erkende dat ze meer met hun informatie kunnen en willen doen, maar dat ze niet weten hoe.’ Bij deze een gratis advies.